Intussen op de brug bij het park Valkenberg in Breda.
Even verder op staat een vuurtoren met zijn winterjas aan. Aldo Rossi – The Lighthouse.
De kroegen zijn al weken bezig buiten allerlei voorzieningen in te richten om zoveel mogelijk te kunnen profiteren van de komende feestmaand. Net een mooi klûnfeest achter de rug en elfde-van-de-elfde. Maar met een sluitingstijd van 8 uur in de avond zal men met hun plannen nog even geduld moeten hebben. Havermarkt op donderdagavond rond 20:15 uur.
Breda, Lange Brugstraat.
Breda, de Barones.
Breda, de Torenstraat.
Karrestraat.
Grote Markt Zuid.
Grote Markt Noord.
Om papieren zakken te kunnen gebruiken om een boekblok
te vormen, kies ik voor een bindvorm waarmee je losse
bladen kunt inbinden.
De zakken zijn verschillend van formaat maar ik wil ze
steeds op dezelfde plaats met elkaar verbinden.
Daarom kies ik er voor de zakken een ‘ondersteuning’ te
geven.
Op die ondersteuning kan ik de zakken bevestigen en kan ik
toch zorgen dat alle bladen op dezelfde positie met elkaar
verbonden worden.
De bindwijze staat beschreven in een van de vele boeken
van Keith Smith: Smith’s sewing single sheets.
De ondersteuning bestaat uit twee stroken karton, een brede en een smallere. De smalle plak ik op de brede. Zo ontstaat er een richel waar de zak op gelijmd kan worden en een breedte die het mogelijk maakt ook iets in de zakken te stoppen zonder dat dit direct een probleem oplevert met de dikte van het boek. De twee stroken karton hebben dezelfde lengte. Dat is waar voor alle pagina’s. Net zo groot als de grootste papieren zak en het voor- en achterplat. Het karton is ook de basis om de binding doorheen te halen. Dit is de kleinste zak.
Dit is de grootste zak. Alle papieren zakken krijgen hiermee aan een kant een goede ondersteuning. Ik heb ook nog nagedacht over een bredere ondersteuning maar dat vond ik te veel karton kosten.
De eerste richels zijn gesneden en geplakt. De brede strook karton is 2,5 cm breed, de smalle 1 cm. De lengte is 34 centimeter.
Omdat grijs maar grijs is heb ik gezocht naar een papier waarmee de richels te beplakken is. Lang geleden kocht ik een set decoratie papier met Turkse motieven. Aan het boek wat ik ga maken zit niets Turks aan maar het is mooi papier en het is hoog tijd dat ik het een keer gebruik.
Leuk dat maken van een stempel. plakken en vernissen.
Maar werkt het ook?
Kun je er bijvoorbeeld zelf schutbladen mee maken?
Vandaag kon ik dat gaan uitproberen. Verf, roller, stempel en papier. eerst maar eens testen.
De eerste afdruk is altijd een beetje moeilijk.
Maar ik vind die structuur van het touw mooi terugkomen in de afdruk. Er is weinig inkt nodig om een afdruk te maken en de stempel laat zich goed schoonmaken.
De eerste stempel was rond een herfstblad geformeerd. De tweede stempel haat meer uit van de richting die de touwtjes zelf kiezen.
De eerste afdrukken waren op papier van 90 gram. Dit papier is zwaarder. Ik schat 120 gram. Dat begint al geschikt te zijn voor een schutblad.
Misschien is het combineren van twee heel drukke stempels niet zo’n goed idee. Daar moet misschien beter over nagedacht worden (vorm, kleur, variëren met verschillend touw,…).
De eerste test bevalt me goed!
Een boek met als boekblok geen katernen maar
papieren zakken. Dat is het plan.
Met de zakken ben ik een tijdje geleden al bezig
geweest. Ik heb er 10 geselecteerd.
Maar de bekleding van de boekband is ingewikkelder.
ik wil twee voorpanden van een blouse gebruiken waar
twee zakken op zitten.
De stof is te dun om zomaar op een kartonnen basis
voor een boekband te lijmen. Dus ga ik daar vlieseline
bij gebruiken.
Eerst maar eens een van de twee panden strijken om
te zien of het groot genoeg is om er een boekband
mee te bekleden waarin de papieren zakken passen.
Dit is het pand en ik heb dat afgelopen zondag eerst maar eens gestreken.
Dan omdraaien en zien hoeveel van de vlieseline er eigenlijk nodig is. Er zijn verschillende soorten vlieseline maar de meest stevige die ik ooit als eerste stuk kocht, gebruik ik het meest.
Eerlijk gezegd vertrouw ik niet alleen op de vlieseline en de lijm die daar al op zit en die smelt bij verwarming met het strijkijzer. Zeker aan de randen voeg ik nog wat lijm toe. Dat is wel oppassen want de lijm komt erg snel door het textiel heen en de combinatie van een warm ijzer en lijm is niet goed. Het zakje op het pand kan wel gewoon open met de knoopjes.
De rand rechts lijkt op het eerste gezicht helemaal dicht. Dat is die rand ook maar die verbergt de knoopsgaten. Of ik die rand kan gebruiken voor dit boek is twijfelachtig. Het formaat van de textiel met de zak erop en het formaat dat ik nodig heb voor de boekband zijn niet voor elkaar ontworpen.
Nadat de vlieseline is gehecht aan het textiel snij ik het textiel op maat. De maten komen niet helemaal overeen met wat ik nodig heb. Dat wordt nog experimenteren maar dat is ook de reden waarom ik met de achterplat van het boek begonnen ben.
Sekishu washi is traditioneel, handgemaakt papier
uit Japan. Het werd en wordt gemaakt in de Iwami-regio.
Gelijk allemaal vergeten.
Japan is in, Japans eten, Japanse producten.
Mij trekt Japan niet zo.
Maar de kunst kan door de schijnbare eenvoud
erg mooi zijn.
En Japans papier heeft bijzondere eigenschappen en
kan daardoor veel verfijnder zijn dan het papier
dat in bulk in West-Europa wordt gemaakt.
Sekishu, handmade paper sample. Dit is de eerste pagina van het pakket dat ik kocht.
Op de BoekKunstBeurs stond de etsmaker Yuriko Miyoshi.
Deze kunstenares wil ook ambassadeur zijn van het handgemaakte
Japanse papier en verkocht mij een pakket met 15 vellen papier.
Die 15 vellen, daar wil ik een boekje mee maken.
Het papier is een klein beetje kleiner dan A4, de
eigenschappen van het papier en hun uiterlijk
verschillen enorm.
Soms is het papier glad, dan zacht of ruw. Doorzichtig
of waterdicht, soms egaal soms met stukjes bast van
een boom.
Kozo is wel heel vaak het materiaal waaruit het papier
is gemaakt. Dat staat voor of vezels van de papiermoerbeiboom,
gampi en/of mitsumata plant.
Papiermoerbei of broussonetia papyrifera:
De schors bestaat uit sterke vezels , die worden gebruikt voor de fabricage van papier van hoge kwaliteit. De jonge bladeren en twijgen worden gebruikt als hertenvoer.
Gampi is papier van een heestersoort:
Wikstroemia canescens (soort) – Kleine heester die van nature voorkomt in het Himalaya-gebergte en andere bergachtige streken in Azië, met tal van dunne takken waaruit vezels worden gewonnen. Deze worden als geneesmiddel tegen diarree gebruikt.
De plant waarvan mitsumata wordt gemaakt is:
Edgeworthia chrysantha, The bark fibres of this plants are used for making the handmade Japanese tissue called “mitsumata paper”. Along with kōzo and gampi, it is used for making traditional Japanese paper (washi). Among other applications, mitsumata is used for banknotes as the paper is very durable
Genoeg geleerd voor vandaag.
15 vellen. 15 ingewikkelde namen. 15 gram gewichten, informatie over basismateriaal en de toepassing van het papier.
Ieder vel papier is voorzien van een toelichting in de vorm van een kaartje. Hopelijk kan ik dat eenvoudig van het papier verwijderen. De aanduiding van de papiersoort is een beetje ingewikkeld maar ik denk dat dit gaat om de doorzichtige papiersoort met de naam Sekishu Kozo-shi (zeg maar papier (shi) gemaakt van kozo en afkomstig uit Sekishu).
Dit papier sprong meteen in het oog. Het is nabehandeld, ik vermoed, door na het zeven druppels water op het resultaat te laten vallen. Dat vervormd het papier door op de plaats van de druppel vezels opzij te duwen en in dit geval zelfs gaten te veroorzaken. Harusame-shi. Ik zag op internet dat hiervan ook machinaal gemaakte varianten van te koop zijn.
Deze Sekishu Kozo-shi is gemengd met stukjes zwarte bast van een plant. Dat geeft een leuk effect.
De manier van papier maken is erkend door UNESCO als immaterieel (of levend) werelderfgoed. Kawahira.
Het papier komt in verschillende kleuren. Sekishuwashi Kubota / Chiri-iri Washi is heel stevig en licht van kleur, Binchotan Suki-komi Washi bevat houtskool en is daarom zwarter. Het heeft ook een eigen geur! Kakishibu Some-gami is gekleurd met sap van de Kaki (vrucht) waardoor het de bruine kleur heeft en meer water afstotend is.
Weer een heel avontuur.
Nu nog een boekje er van maken.
In het boek Ecoverf II las ik in een bijzin over hoe je een stempel zou kunnen maken. Daarvan maak ik dan mijn interpretatie.
De basis is een stuk ‘hout’.
Het is een plankje uit een soort van kastje dat
in onze douche gestaan heeft.
De kern van dat ‘hout’ is een soort plastic met
daar omheen een soort van multiplex afgedicht
aan boven en onderkant met een laagje fineer.
Voordeel is dat het oppervlak vocht dicht is en
heel glad.
Van een restje maakte ik de twee plankjes die
ik insmeerde met houtlijm. Had ik nog staan.
Daarop plak ik stukjes van een koord.
Het te beplakken oppervlak is ongeveer even groot.
Rechts leg ik de stukje koord rond de vorm van
een herfstblad. Dat zul je in de afdruk niet kunnen zien.
Daar zie je gewoon een gat. Links volg ik gewoon
de vorm die het koordje aanwijst.
Het linkerplankje heb ik net belegd. De witte
houtlijm is nog niet droog en de touwtjes
steken hier en daar nog uit.
Het rechterplankje is al wel gedroogd maar
die lak ik nu af met vernis. En die is op de
foto nog niet droog.
De vernis zorgt ervoor dat het straks schoon
te maken is, je van kleur naar kleur kunt en
dat de plankjes herbruikbaar worden.
Idee is om de twee onafhankelijk van elkaar te
kunnen gebruiken of om ze over elkaar heen
af te drukken in twee kleuren.
Dat is ten minste het idee.
Het toegangsbewijs van de tentoonstelling
Kunst in de Heilige Driehoek bestond onder andere
uit een armbandje met daarin zaadjes.
Die armband heb ik in een potje met zand gezet
met veel water.
Er kwamen 2 plantjes uit.
Maar of die uit de potgrond of uit het armbandje
komen, dat weet ik niet.
Het potje had ik al weg willen doen maar een van de
twee plaatjes begint al groot te worden.
Van een echte, breedgedragen traditie van de
elfde van de elfde heb ik geen weet.
Het was altijd een feest van de carnavalsverenigingen
in hun stamkroegen of in een feestlocatie.
Nu tijdens een coronapandemie is het plots een
studentenfeest waar de horeca goed aan wil verdienen.
Misschien niet zo slim?
Maar de dag erna vond ik op de Havermarkt in Breda, deze
goudkleurige ketting.
Daar ben ik best blij mee want die gaat als
boekbeslag dienen op een van mijn volgende boeken.
Boekbeslag.
Discriminatie, om welke reden of in welke vorm
dan ook, is verwerpelijk. Het is toe te juichen
dat mensen daartegen protesteren.
Als protesteren de vorm aan neemt van kinderen
pesten die net naar een Sinterklaasfeest zijn
geweest is het misschien een idee om na te gaan
of dat wel het juiste middel is.
In ieder geval riep het in Breda reacties op
van groepen die juist op die manier in de hoek komen
van volksmenners met heel andere denkbeelden.
Misschien goede bedoelingen maar verkeerde methode.
Breda, Kennedylaan. Uitgang kinderfeest.
In Breda is er een soort van doorloop evenement in
plaats van de traditionele aankomst met de boot.
Voor de kinderen zal het niet veel uitgemaakt hebben.
Net als het weer stoort hen deze andere vorm niet.
Tenslotte is de aanwezigheid van de Goedheiligman
en zijn helpers toch het belangrijkst.
Al vroeg was het Valkenberg aan alle kanten afgezet. Ook aan het Kasteelplein.
Deze wandelaars met hond waren blijkbaar nog niet op de hoogte.
Dit is drie uur later. Er staat een rij vanaf de ingang van het Valkenberg, rond het Kasteelplein en in de Cingelstraat met enthousiaste kinderen en hun ouders (en andere familieleden).
Cingelstraat, Breda.
Op zaterdag is het bordes van het Stadhuis eenvoudig toegankelijk (zal op zondag ook wel zo zijn). Dat geeft een goed beeld van de vorm van de nieuwe fontein.
Vermoedelijk volgt er nu een lange tijd met veel minder interessante foto’s. Het aansluiten, uitproberen en bestraten levert niet zo veel nieuws op vrees ik. Maar ik ga het bijhouden. Breda, Grote Markt.
Het liet me niet los.
De omslag van de beursuitgave ‘Je kunt niet alles weten’,
een soort van sprookje met dieren in de hoofdrol,
geschreven door Bette Westera en met illustraties van
Henriëtte Boerendans, zat me niet lekker.
De omslag die we uitgereikt kregen op de BoekKunstBeurs
was gerild en al gevouwen. Maar door de vouwen was de titel
die op een soort van ‘achterflap’ zat niet direct leesbaar.
Eerst zocht ik de oplossing in het anders vouwen van de omslag. Probleem daarmee is dat de rillijnen zichtbaar blijven. Dan kun je een oplossing bedenken waardoor dit minder zichtbaar wordt…..
Gelukkig had ik op de beurs naast mijn ingebonden exemplaar
ook nog een niet ingebonden exemplaar meegenomen.
Ik besloot voor een heel andere oplossing te kiezen. Van een van de twee omslagen sneed ik de titel en de afbeelding uit. Die zou ik gebruiken om een eigen omslag te maken. niet iedereen zal het knip en plakwerk mooi vinden maar zie het maar als een alternatief boekontwerp. Het zou een boek worden met als eerste boekblok de tekst en illustraties en een tweede boekblok met informatie van de BoekKunstBeurs. Mooi lettertype voor de titel (LetterpressAmsterdam).
Dit is de omslag van mijn ontwerp. Als je het boek in je hand hebt zie je natuurlijk dat de titel en de afbeelding losse onderdelen zijn die er opgeplakt zitten..
Dat bond ik in precies zoals op de beurs en met het strikje dat ik bij een van de binders zag in de Pieterskerk in Leiden.
Deze stukken papier vertellen iets van het pad dat het boekje aflegde: de voorkant van de tas die op de beurs werd uitgedeeld, de instructie hoe het boek te binden en het toegangskaartje.
De losse delen vormde ik om tot een soort van katern.
Katern nummer twee.
Katern nummer een. Beide samen in één boekje.
De drie resultaten: links het boekje dat intussen de omslag opgegeven heeft, in het midden het model dat ik niet op tijd af kreeg (ook bekend als het ‘bladerboek’) en rechts mijn uiteindelijke versie met eigen ontwerp omslag en twee boekblokken.