The Valkhof Experience


Afgelopen zondag heb ik The Valkhof Experience bezocht.
Een tentoonstelling in Museum het Valkhof in Nijmegen.
Centraal in de tentoonstelling staat de collectie.
Dergelijke collectietentoonstellingen willen nog wel eens
als een stiefkindje behandeld worden.
Niet in Nijmegen.





Met prachtige belichting en een hele mooie opstelling zijn ruim 80 voorwerpen te ervaren.






Voor iedereen lag een exemplaar van de tentoonstellingskrant gereed om mee te nemen.





Helaas heb ik vandaag niet meer tijd maar de komende dagen
zult u meer informatie en indrukken meekrijgen
van deze mooie tentoonstelling en het Soeterbeeck lezingenprogramma
dat gisteren werd gehouden.

Max Havelaar

Twee weken geleden nog eens naar de film gekeken van Fons Rademakers.
En toen zag ik ineens dat er een munt uitkwam.
Het is namelijk 150 jaar geleden dat de Max Havelaar verscheen.
Dus heb ik me een cadeau gegeven.





Het postpakketje van De Munt.






Het Max Havelaar vijf Euro munststuk.





Filosofie van de kunst: hoofdstuk 4: Vorm

Filosofie van de kunst
Anne Sheppard

Hoofdstuk 4: Vorm.

Een kunstwerk kan beschreven worden in termen van emotie
(met al de problemen die we eerder zagen in hoofdstuk 3)
of in termen van Vorm.
Dat is wat anders dan in termen van techniek.
Bij techniek ligt de nadruk op het hoe
(fijne penseelvoering, olieverf, klei,xe2x80xa6).
Bij vorm bespreek je zaken als het perspectief,
kleurgebruik, de ideale proporties van bijvoorbeeld
menselijke lichamen of gebouwen of de driehoeksopbouw (compositie)
van een werk.





Rembrandt, Abraham ontvangt drie mannen, 1656.


Deze afbeelding is uit het boek “De God van Rembrandt”.
Dat boek is geschreven door Gerda Hoekveld-Meijer.
Bij deze ets staat een prachtige verhandeling over hoe de compositie
in elkaar zit en waarom hij zo in elkaar zit.
Zeer leesbaar, zeer interessant.



Speciaal vraagt aandacht het gebruik van die vormkenmerken
in een werk, hun samenhang of juist hun tegenstelling, hun structuur.

Kant onderkent in dit verband twee soorten schoonheid:
1. vrije schoonheid

Dat is de schoonheid van een object vanwege zijn vorm zonder dat je daarbij het doel van het object er bij betrekt. Een voorbeeld hiervan zijn bloemen of decoratieve figuren.


2. Afhankelijke schoonheid.

Hanslick (muziektheorie, Sheppard wil onderzoeken
of zijn theorie die ontwikkeld is vanuit een beperkt,
specifiek kunstgebied, toepasbaar te maken is op alle kunstuitingen)
Hanslick geeft aan dat een esthetische analyse
op basis van vormen alleen mogelijk is als je naar de kern van muziek kijkt.
Dus een muziekstuk met zang valt niet onder deze beschouwing
(is geen kunst?).
Vormen waar je dan naar kijkt/luistert zijn de melodie,
de harmonie, het ritme en de instrumentatie.

Kritiekpunten op Hanslick liggen voor de hand:
= zijn ideexc3xabn passen alleen op instrumentele muziek;
= Hanslick stelt dat muziek niet kan weergeven,
geen emoties tot uiting kan brengen.
Daar wordt door veel mensen anders over gedacht.
= hij sluit de titel of de tekst die bij de muziek hoort
volgens de componist, uit van zijn analyse.

Dus te veel beperkingen en gebaseerd op een te kleine hoeveelheid werken
om hier te kunnen spreken over een algemener theorie.

Vervolgens maakt Sheppard nogmaals een dergelijke analyse.
Deze keer van de werken van Clive Bell en Roger Fry.
Bell spreekt zich uit over de xe2x80x98significante vormxe2x80x99 en
spreekt in dit verband veel over Paul Cxc3xa9zanne.

Wikipedia:

Paul Cxc3xa9zanne (Aix-en-Provence, 19 januari 1839 xe2x80x93 Aix-en-Provence, 22 oktober 1906) was een Franse kunstschilder. Cxc3xa9zanne behoort tot het postimpressionisme, een Europese kunststroming die volgt op het impressionisme. Zijn werk vormde een brug tussen het impressionisme en het kubisme.



Zo schrijft Bell in zijn standaardwerk Art onder andere het volgende:
xe2x80x9dCxc3xa9zanne is the Christopher Columbus of a new continent of form.xe2x80x9d
(Cxc3xa9zanne is de Columbus (lees de ontdekker)
van het nieuwe continent genaamd Vorm.)
Dit werk is overigens in zijn geheel te lezen via het Project Gutenberg.
Daar is voor deze beschrijving gebruik van gemaakt.





Paul Cxc3xa9zanne. Deze zwart/wit afbeelding staat in het werk Art van Clive Bell zoals ik dat vond op Project Gutenborg. Ik heb gezocht naar een kleurenversie van dit werk maar kon dat zo gauw niet vinden. Helaas ken ik de naam van het werk niet en dat geldt ook voor het jaartal waarin het gemaakt is.




En even eerder schreef Bell:
xe2x80x9cFrom that time forward Cxc3xa9zanne set himself to create forms
that would express the emotion that he felt
for what he had learnt to see.
Science became as irrelevant as subject.
Everything can be seen as pure form, and behind pure form
lurks the mysterious significance that thrills to ecstasy.
The rest of Cxc3xa9zanne’s life is a continuous effort to capture and
express the significance of form.xe2x80x9d


(Vanaf die tijd heeft Cxc3xa9zanne zich ten doel gesteld
vormen te creeren die de emoties uitdrukken die hij voelt
voor wat hij geleerd heeft te zien.
Wetenschap (Kennis) werd net zo onbelangrijk als het onderwerp.
Alles kan gezien worden als een pure vorm,
en achter die pure vorm lonkt de significante vorm
die vervoert tot extase.
De rest van het leven van Cxc3xa9zanne (na 1880) is een constante poging
de significante vorm te vangen en uit te drukken.)





Paul Cxc3xa9zanne, The house with the cracked walls, 1892 – 1894. Niet dezelfde afbeelding als de zwart/witte maar vergelijkbare sfeer/voorstelling.




Bell heeft minder waardering voor de klassieke Griekse kunst
of de Renaissance omdat daar sprake is
van een hoge mate van realistische nabootsing.
Mooi aan deze opmerking is dat Bell er dus van uit gaat
dat het schilderen van de significante vorm in die kunst wel degelijk aanwezig is.

Fry spreekt vooral over het belang van de vormkenmerken en de structuur
die daarmee gecrexc3xaberd wordt. Daarbij doen zich twee problemen voor:
1. hoe bekijk, analyseer je individuele vromen in een werk.
Daarvoor wordt geen handreiking gedaan.
2. wat is dat nou dat xe2x80x98significantexe2x80x99, significant ten opzichte van wat?

Vervolgens maakt Sheppard naar mijn gevoel een aantal vreemde bokkensprongen.
Ze beschrijft een ruimtelijk schilderij en geeft dan aan
dat het moeilijk is dat werk puur als vormen te bekijken.
Geeft vervolgens aan dat in de Islamitische kunst,
waar afbeeldingen van mensen of dieren verboden zijn (?, volgens mij
niet helemaal correct), de neiging bestaat
afbeeldingen van tweedimensionale vormen te maken (bloemen,
sierlijke decoraties op basis van tekst bijvoorbeeld).
Wij, westerlingen, zullen dat snel saai vinden.
Onze westerse neiging is om in een afbeelding een soort van foto te zien.





Schotel, Ottomaans, Iznik, circa 1480, Gemeentemuseum Den Haag, OCE19360006.




Dat westerlingen snel oordelen dat afbeeldingen met uitsluitend
tweedimensionale vormen saai zijn betekent nog niet
dat dit waar is voor iedereen.
Daarnaast zou het zo kunnen zijn dat de ideale manier van werken
met alleen vormen nog niet tot volle ontwikkeling is gekomen.
xe2x80x98De feiten geven aan hoe moeilijk het voor mensen is
belangstelling voor louter tweedimensionale visuele vormen
te blijven opbrengen!xe2x80x99
Feiten? Welke feiten?
Sheppard is hier niet overtuigend.
Intuxc3xaftief voel ik wel voor haar standpunt maar ze overtuigd hier niet.

Sheppard gaat dan nogmaals in op het begrip xe2x80x98significantexe2x80x99 vorm.
Terecht lijkt me.
Significant duidt er volgens haar op dat vormpatronen op zich
slechts van een beperkt belang zijn.
Die zijn blijkbaar minder significant.
Probleem is alleen dat blijkbaar in genoemde theoriexc3xabn niet wordt uitgelegd
wat xe2x80x98significante vormenxe2x80x99 precies zijn.

Bell stelt bijvoorbeeld dat de kunstenaar door de zuivere vorm
de esthetische emotie tot uitdrukking brengt.
Klinkt allemaal heel geleerd maar h
et blijft allemaal erg vaag.

Inmiddels ben ik aangekomen op pagina 58 waar Suzanne Langer
het als volgt uitlegt:
xe2x80x98dat vormen van kunst op de een of andere manier overeenkomen
met vormkenmerken van menselijke emoties in het algemeenxe2x80x99.

Een gemeenschappelijk en opvallend kenmerk van de formalisten
die Sheppard bespreekt is dat ze er zich bewust van zijn
dat de verschillen tussen de verschillende kunstvormen
(muziek, schilderen, beeldhouwen, dans enz) groot zijn.

De vraag die bij mij al lezend opkwam is hoe breed is nu dat formalisme.
De ideexc3xabn die tot dit punt besproken zijn waren niet erg breed.
Ze hadden betrekking op muziek of op schilderkunst. Niet meer.

Er wordt gesproken over vormelementen.
Misschien is het goed een kleine opsomming te geven van die vormkenmerken:
Muziek: ritme, instrumentarium
Poxc3xabzie: metrum, rijm
Proza: plot en thema (rangschikking van woorden,
structuur van de tekst en inhoud)

Het verbaast me dat Sheppard stelt dat er tussen de kunstvormen
weinig overeenkomstige vormen zijn. Wat te zeggen van
= beeldende kunst/kleur en muziek/klankkleur
= beeldende kunst/symmetrie en poxc3xabzie/rijmschema
= literatuur, muziek en dans/herhaling
= literatuur/thema en muziek/thema

Plots komt deze structuur op pagina 60 en 61 dan toch aan de orde.
Ik ben verward.

Sheppard staat dan nog even stil bij het formalisme in relatie tot
de literatuur en gaat dan nog even in op het structuralisme.
De stroming die sterk de nadruk legt op de relatie
tussen verschillende vormelementen in een werk
en de allesomvattende structuur.
Zo kunnen herhaling en contrasten leiden tot een symmetrisch schema in een tekst.

Sheppard haalt nog een stroming aan, de nieuwe Amerikaanse kritiek.
Ze hanteren 3 normen waaraan een kunstwerk volgens hen moet voldoen:
eenheid, complexiteit en intensiteit.
Mijn eerste indruk daarvan is dat eenheid en complexiteit vormkenmerken zijn
en intensiteit meer naar de expressie (hoofdstuk 2) verwijst.

Het probleem voor mij met dit hoofdstuk is dat er weinig samenhang in zit.
Dat kan komen omdat er eigenlijk geen allesomvattende theorie
over het formalisme bestaat of dat Sheppard haar werk niet goed doet.
Voorlopig ga ik nog maar even van het eerste uit:
er is gen allesomvattende formalistische theorie.

Op pagina 63 probeert Sheppard die dan toch te formuleren.
Volgens haar luidt de allesomvattende formalistische theorie als volgt:
xe2x80x98het essentixc3xable kenmerk van kunst is de presentatie van elementen
in geordende en gexc3xbcnificeerde relaties.
Welke elementen het betreft, verschilt van kunstvorm tot kunstvormxe2x80x99.

Deze theorie houdt zich alleen met het kunstwerk bezig.
Het geeft verklaring voor de relatie tussen de kunstenaar en het publiek.
Het geeft geen toelichting op de relatie van het werk en de wereld.
De theorie zegt niets over de informatieoverdracht die er plaatsvindt.

Kortom, hier is het laatste woord nog niet over gezegd.

De kunst van het Kijken

Ik kwam een leuke gids tegen op het web dat als een programma
dient voor groepen bezoekers van het Museum voor Moderne kunst
in Brussel. Het is geschreven door ANN Goossens.

De Kunst van het Kijken

In het verhaal verwijst ze naar de bekende uitdrukking xe2x80x98Het ei van Columbusxe2x80x99.
En wat blijkt, het is veel meer dan zo maar een verhaal.





William Hogarth, Columbus breaking the egg, 1752.jpg.




Toen Christopher Columbus in 1493 was teruggekeerd van zijn historische reis naar de Nieuwe Wereld, werd hem een feestmaal aangeboden. Een van de gasten probeerde de prestatie van Columbus te bagatelliseren door te vertellen dat het eigenlijk alleen maar een kwestie was van de eerste te zijn geweest. “Dat kan iedereen.”
Columbus nodigde de man daarop uit om een ei rechtop op tafel te zetten. Toen hem dit niet lukte, zette Columbus het ei met een ferme klap op tafel neer, zodat de schaal aan de onderkant werd ingedeukt en het ei bleef staan.
“Ja, kunst. Dat kan iedereen”, riep de gast uit.
“Precies”, zei Columbus. “Het is alleen een kwestie van als eerste op het idee komen.”


(anekdotes.nl / broodjeaap.nl)

De afbeelding maakte me nieuwsgierig of beter gezegd de maker
van de ets: William Hogarth.
Hogarth is een Engelse kunstenaar die deze afbeelding maakte en gebruikte
om voorinschrijvingen te krijgen voor zijn boek: xe2x80x9cThe Analysis of Beautyxe2x80x9d.
Zelf beschreef Hogarth zijn boek als een War with the Connoisseurs,
een oorlog met de kenners.

Het boek beschrijft 6 principes waaraan volgens hem schoonheid voldoet.
De principes zijn:
fitheid

geen schoonheidseigenschap op zich, meer een voorwaarde tot.


varixc3xabteit

afwisseling in muziek bijvoorbeeld streelt het oor. Continue eenzelfde noot beledigt het oor.


regelmatigheid, uniformiteit of symmetrie

in de betekenis van georganiseerde varixc3xabteit

.
eenvoud of gedistingeerd

ook weer in relatie tot varixc3xabteit.


complexiteit

in de bedoeling dat je beetje bij beetje als toeschouwer er in slaagt de schoonheid in te zien, misschien zou je kunnen spreken van gerijptheid.


grootsheid

een mate van verhevenheid.



Heel leuk is dat in de afbeelding van Het ei van Columbus
een paar zaken zitten die door ons ontrafeld kunnen worden:

De vissen op de schaal bij het ei.
Die vormen geen toeval. Ze vormen twee xe2x80x98Sxe2x80x99-en die naar een onderdeel
van de theorie van Hogarth verwijzen: de xe2x80x9cLine of beautyxe2x80x9d.
Deze lijn van de schoonheid komt er op neer dat als je in vormen
op een schilderij of zoals hier een grafisch werk een xe2x80x98Sxe2x80x99 ontdenkt,
dan is dat omdat deze lijn van de schoonheid het oog van de toeschouwer
trekt en de schoonheid van het hele tafereel verhoogd.
Sommige mensen zien soortgelijke vormen in de doek op tafel
en de messen. Maar dat vind ik wat ver gezocht.

De compositie
de driehoek waarvan de top boven het hoofd van Columbus zweeft
is dezelfde vorm die Leonardo da Vinci gebruikt in zijn Laatste Avondmaal.
De schaal bevat nu niet de hostie maar de vondst van Hogarth:
de xe2x80x9cLine of beautyxe2x80x9d.
En naar het idee van Hogarth was de xe2x80x9cLine of beautyxe2x80x9d net zoxe2x80x99n eye-opener
als dat het ei van Columbus in het verleden was geweest.





Kijken.




In de “papieren gids” wordt het verhaal van Columbus onder andere gebruikt
om de vraag te beantwoorden “wat is kunst”.
Nog interessanter is het overzicht: Kunst in het kort.
Daarin wordt in drie stappen de kunstgeschiedenis in beeld gebracht en verklaard.
Misschien wat grote stappen snel thuis maar wel overzichtenlijk.

Hier de verkorte versie ervan:

Oude Kunst Moderne kunst Hedendaagse kunst
Tot 1865 Na 1865 Na 1980
Moet “mooi”zijn Moet “nieuw” zijn Moet onze cultuur en gewoontes toelichten

Vast onderwerpen zoals religie of portretten Conceptuele kunst. Het concept is belangrijker dan de uitvoering Vrije onderwerpen van de kunstenaar maar nadruk op hoe de cultuur in elkaar zit



De moeite waard om een op het internet op te zoeken.
Zoek op “De kunst van het kijken”.

Kunstvaria

Volgens mij weer een hele mooie verzameling.





Albrecht Durer, Adam and Eve, 1504.


Niet vaak te zien op Kunstvaria maar wel prachtig.





Bartolome Esteban Murillo, Saint Justa, circa 1665.


Nieuw ontdekt. Het schijnt een echte Murillo te zijn.
Mooi maar niet de absolute top wat mij betreft.





Diana Al-Hadid, Spun of the limits of my lonely waltz, 2006.


Verrassend. Maakt mij heel nieuwsgierig om meer werk
van deze kunstenaar te zien.





Ferdinand Hodler, Genfersee mit Jura, 1911.


Het bijzondere aan dit werk is dat dit een van de vele versies is
die Hodler maakte van het gezicht op het Meer van Geneve.
Impressionisten maakte wel vaker meerdere versies van een uitzicht
om toch maar vooral het effect van de zon op het onderwerp
in beeld te brengen.
In dit geval heeft Hodler 13 versies gemaakt in 1911.





Incense burner or lamp, Cambodia, Angkor period, 12th century.






Marble torso of a Roman Emperor, 1st half of 1st century AD.



Marble torso of a Roman Emperor.



Marble torso of a Roman Emperor.



Marble torso of a Roman Emperor.






Master of the Beffi Triptych, The Madonna and Child, Scenes of the life of Christ and the Virgin, Early 15th century.






Maurice de Vlaminck, Le Port.






Pablo Picasso, Hands entwined III.






Pablo Picasso, La Minotauromachie, 1935.






Paul Signac, Breakfast, 1886 – 1887.


Signac komt niet vaak aan bod.
Toch trekt zijn werk altijd weer opnieuw.





Romain Bernini, Fodder on his wings, 2010.






Samuel Palmer, Morning of Life, 1861.






Three Satyrs fighting a serpent circa 1st century AD.


Er zijn een paar hele bijzondere stukken die de komende tijd
op de markt komen.
Normaal gesproken probeer ik zoveel mogelijk geen reclame te maken
voor de verkopende partijen. Die hebben geen extra steun nodig.
Maar het zijn deze keer wel heel bijzondere voorwerpen.

De torso die eerder in deze kunstvaria aan bod kwam is zo’n bijzonder stuk.
Maar dit veel kleinere beeld is ook bijzonder al was het alleen maar
omdat een van de vorige eigenaren Lorenzo Dexe2x80x99 Medici was.

Nu volgt een beschrijving van het veilinghuis van het betreffende stuk:

Three Satyrs Fighting a Serpent, Roman Imperial, circa 1st century A.D., is the only ancient sculpture confirmed to have been in xe2x80x98il Magnificoxe2x80x99sxe2x80x99 collection. Letters written to Lorenzo by his agents reveal that the marble group was excavated in Rome in early 1489 from the same location where several ancient sculptures, including the renowned Apollo Belvedere, had recently been discovered. Following Lorenzoxe2x80x99s death, the satyr group disappeared for 350 years until its reappearance in a private collection on the Dalmatian coast (then part of the Austro-Hungarian Empire) circa 1857. While the work was published in the late 1930s and a plaster cast created (now at the University Museum in Graz), the whereabouts of the original ancient group were unknown for several decades, until earlier this year in an Austrian Family Collection it was discovered. It had descended in the family of the collector who had acquired it circa 1857 and they had become unaware of its acclaim.

Lorenzo dexe2x80x99 Medici played a pivotal role in the Italian Renaissance, particularly in the renewal of interest in antiquity, and gathered a significant collection of ancient art. Recently published letters dating to 1489 indicate that Three Satyrs Fighting a Serpent was excavated from the gardens of the convent of S. Lorenzo in Panisperna on the Viminal Hill in Rome in early 1489. The marble group left Rome for Florence, destined for Lorenzoxe2x80x99s collection, on the morning of 13 February, packed in a crate and strapped to a mule. In a letter from the same day, Lorenzoxe2x80x99s agent describes the group of satyrs as xe2x80x9cthree beautiful fauns on a small marble base, all three bound together by a great snakexe2x80xa6 and even if one cannot hear their voices they seem to breathe, cry out and defend themselves with wonderful gestures; that one in the middle you see almost falling down and expiring.xe2x80x9d (L. Fusco and G. Corti, Lorenzo de Medici: Collector and Antiquarian, Cambridge, 2006).

Lorenzo de Medici created an informal academy where he encouraged his court artists, including the Renaissance masters Antonio del Pollaiuolo, Domenico Ghirlandaio and Michelangelo Buonarroti, to study from classical antiquity.
Striking evidence of the influence of Three Satyrs Fighting a Serpent on artists in Lorenzoxe2x80x99s circle can be found in at least two works: Michelangeloxe2x80x99s marble relief entitled xe2x80x9cBattle of the Centaursxe2x80x9d circa 1490 1492, now at the Casa Buonarroti in Florence,



Volledig.

“De drie saters en de slang” is een beeldengroup uit ongeveer
de eerste eeuw na Christus.
Het beeld werd opgegraven in de tijd van Lorenzo de Medici (1489)
en zijn agent raadde aan het beeld te kopen.
Het beeld verdween daarna voor 350 jaar en kwam later
in een prive collectie terrecht,
In de jaren 30 van de twintigste eeuw werd er een afgietsel v
an gemaakt.
Nu komt het beeld op de markt.
De agent beschreef het beeld naar Lorenzo als volgt:
drie prachtige wezens op een kleine marmeren basis,
alle drie verbonden door een grote slang…
en hoewel je ze niet kunt horen lijken ze te ademen,
te gillen en zichzelf te verdedigen middels prachtige houdingen.
Die in het midden valt en bezwijkt bijna.”
Lorenzo had aan zijn hof een kleine academie waar kunstenaar als
Michelangelo,Antonio del Pollaiuoloen Domenico Ghirlandaio werkten.
Met en door hen nam de aandacht voor de kunst uit de klassieke oudheid toe
en kwam de renaissance verder tot bloei.


Van opzij.



In detail: Michelangelo, Centauromachia, 1492.

and Pollaiuoloxe2x80x99s engraving xe2x80x9cBattle of the Nudesxe2x80x9d circa 1489, the finest impression of which is now in the Cleveland Museum of Art.





Antonio del Pollaiuolo, Battle of the nudes, 1465-1490.






Zhang Huan, Free tiger returns to mountains, No 66, 2010.





'Speelhuisvrouw' van Sylvia Thijssen

Deze sculptuur was onlangs te zien op mijn weblog.
Alleen had ik het van de achterkant gefotografeerd.
Dat is natuurlijk niet de bedoeling.
Vandaar nog twee foto’s van dit beeld in de Speelhuislaan in Breda.





Er was veel zon maar helaas scheen de zon op de verkeerde kant van de sculptuur.






‘Speelhuisvrouw’ van Sylvia Thijssen.





Kalkoven

Het zal een van de laatste foto’s worden
van de sloop van de Suikerfabriek in Breda.
De gebouwen van de CSM zijn nu bijna allemaal met de grond
gelijk gemaakt, de machines afgevoerd, alles
wat nu nog rest zijn de wegen, wat kelders en
een laatste stukje van de kalkoven.





Restanten.





Gestolen

Er werd deze week nogal wat kunst gestolen.
De belangrijkste werken zijn de volgende vijf:





Amedeo Modigliani, La femme a l’eventail (Woman with a fan), 1919.






Fernand Leger, Nature morte aux chandeliers, 1922..






Georges Braque, Olive tree near l’Estaque, 1906.






Henri Matisse, Pastorale, nympe et faune, 1906.






Pablo Picasso, Le pigeon aux petits pois, 1912.





Zwanen in Westerpark

Let bij de volgende foto’s ook eens naar de rimples in het water.





Plots zagen we de jonge zwaan en een van zijn ouders vlak bij de brug.






Hij is al heel snel.
























De eieren nog toegedekt door het inmiddels stinkende, want rottende hooi. Lekker warm.










Ed Moses

Met zo’n naam moet je wel oppassen dat je niet
te hoge verwachtingen schept.
En ook in dit logje:
Is het abstract of realistische kunst?

P.S.
De kunstenaar zelf zegt dat het niet abstract is!





Ed Moses, #3 Akell, 2010.


Akell schijnt een naam te zijn.





Ed Moses, Atzul, 2007.


Atzul is in ieder geval een naam.





Ed Moses, Blue Nus, 2007.






Ed Moses, No Title, 2007.






Ed Moses, Red, 2009.






Ed Moses, The Red One, 1976-1985.






Ed Moses, Yes, 1999.




Het is niet nodig uit te leggen dat iets in dit werk mij trekt.
Ik zelf vermoed dat het de felle kleuren
en het veelvuldig gebruik van de kleur rood is.
Ook de op bloemen gebaseerde motieven spreken aan.
Doen me een beetje aan Indiaase kunst denken.

Sebastian Goegel



Sebastiaan Goegel, Blumenbild, 2008.





Tot voor kort had ik nog nooit iets gezien van deze kunstenaar.
Los van het werk, waarvan hier een paar voorbeelden zijn te zien,
was het vooral het verhaal van de galerie
dat me deed besluiten hier een log over te maken.

Eerst maar eens het verhaal:

The great philosophical questions are actually banal, says Goegel, because everyone asks them. In fact, the only reason they’re considered ‘great’ is because everyone asks them. In the works of the Leipzig-based artist they are at any rate omnipresent: life and death, becoming and passing, accompanied by the whole panoply of human fears and needs and the states that summon them. They all take – in some cases drastic – shape here, but never in a way that would convey a moral judgement.

Goegel, who also draws, tattoos and sculpts, focuses mainly on creating forms. He then varies and experiments with these forms in a creative process that itself constitutes a kind of material for him, until he has managed to find a pictorial equivalent for the desired atmosphere or mood. What makes Goegel’s works special is that most viewers intuitively recognize their themes, although they would be hard put to describe them.

With a combination of word and image – Goegel always give his works short and telling titles – the artist explains and interprets what is depicted. The fine, mocking humour that often shines through here can be read as a discreet hint to acknowledge the artist’s inadequacies – but not to take them too seriously. The fact that Goegel doesn’t think much of bombastic posturing is obvious both from his above remark on the ‘great philosophical questions’ and from the way he depicts his themes.

Just as one can articulate universal certainties using complex sentence structures in order to lend them an exalted gravity, it is also possible to exaggerate the pathos of basic truths using pictorial means. The chosen theme is then presented with a grand gesture and, most importantly, without any trace of irony. Not so with Goegel.

The rich formal variety and somberly glowing colours of some of his works do indeed make an opulent impression. But upon closer inspection, it becomes evident that these images instead represent extremely incisive metaphors for specific sensations, or that they convey communicative vibrations that are capable of evoking very concrete emotional associations in the respective viewer. It’s an impression similar to when you wake up and can still clearly recall the basic feeling of a dream, but the ‘story’ has already faded.

This is what makes Sebastian Goegel’s artworks as haunting as they are bewildering: primal fears, drives, predilections that we wouldn’t dare to live out in our daily existence are given physical form in these pictures – in a thoroughly personal way for each of us. Because every viewer has his own experiences and conflicts, whose reverberations only he can recognize.







Sebastian Goegel, Existence, 2010.




De Nederlandse vertaling:

De grote filosofische vragen zijn eigenlijk banaal,
zo zegt Goegel, want iedereen stelt die vragen.
Eigenlijk is de enige reden waarom ze de xe2x80x98grotexe2x80x99 vragen genoemd worden
gelegen in het feit dat iedereen ze stelt.
In het werk van de uit Leipzig afkomstige kunstenaar
zijn deze grote vragen in allerlei vormen aanwezig:
leven en dood, aanstormend of gaand,
met alle vormen van menselijke angsten,
vragen en de hoedanigheden waarin ze tot uitdrukking komen.
Ze krijgen allemaal vorm, soms dramatisch, maar zonder een oordeel te vellen.

Goegel die ook tekent, tatoexc3xabert en beelden maakt,
richt zich op het maken van vormen.
Daarmee varieert en experimenteert hij in een creatief proces
dat zich als een soort materiaal vormt tot hij een verbeelding vindt
die de equivalent is van een gewenste atmosfeer of stemming.
Goegels werken zijn zo bijzonder omdat de kijkers intuxc3xaftief
de themaxe2x80x99s herkennen, al kunnen ze die vaak moeilijk beschrijven.

Met een combinatie van woord en beeld licht de kunstenaar
zijn werk toe en interpreteert wat is verbeeld.
Goegel voorziet zijn werken van korte, verhalende titels.
Zijn delicate en spottende humor schijnt door de titels heen
en kan gezien worden als een hint naar de tekortkomingen
van de kunstenaar en om ze niet te serieus te nemen.
Goegel heeft bombastisch gedrag niet hoog staan
en dat wordt duidelijk uit bovenstaande opmerkingen
over de grote filosofische vragen
en uit de manier waarop hij zijn themaxe2x80x99s verbeeldt.

Net zoals iemand universele zekerheden kan uiten,
middels complexe zinsstructuren, om hen een verheven gewicht te verlenen,
zo kan men ook basiswaarheden met overdreven pathos verbeelden.
De gekozen themaxe2x80x99s worden gepresenteerd met grote gebaren
en nog belangrijker, zonder enige ironie.
Dat is niet het geval bij Goegel.

De rijke variatie in vormen en somber glanzende kleuren
op sommige van zijn werken maken een weelderige indruk.
Maar als je verder kijkt wordt het duidelijk dat deze beelden
een uiterst scherpe metafoor vertegenwoordigen voor specifieke sensaties,
of dat ze communicatieve vibraties overdragen
die de mogelijkheid hebben concrete emotionele associaties
op te roepen bij de kijker.
Het is een indruk vergelijkbaar met ontwaken terwijl je nog helder
het basisgevoel van de droom kunt herinneren,
terwijl het xe2x80x98verhaalxe2x80x99 al is vervaagd.

Dat is het wat het werk van Sebastiaan Goegel
zo achtervolgend zowel als verbijsterend maakt:
oerangsten, driften, voorkeuren die je in je dagelijks leven
niet durft najagen, krijgen een fysieke vorm in deze schilderijen
xe2x80x93 voor iedereen persoonlijk te doorgronden.
Omdat iedere kijker zijn eigen ervaringen en conflicten heeft,
wiens echoxe2x80x99s alleen door de kijker kunnen worden herkend.





Sebastian Goegel, Obsession, 2010.





Het verhaal is een marketingverhaal van iemand die de woorden kent
die tegenwoordig in zijn maar het merendeel van de tekst is nietszeggend.
Het komt er op neer dat Goegel schilderijen maakt die iedereen op
zijn of haar eigen manier zal ervaren.
De kunstenaar doet niet meer dan zich laten leiden door zijn materiaal
om tot een sfeerbeeld te komen.
Niet mis mee maar dat kan ook met minder woorden.

Is het abstract of realistische kunst?

Kunstvaria

De afbeeldingen die onder de titel Kunstvaria op mijn web log verschijnen
selecteer ik niet op een bepaald thema.
Voor de vuist weg kies ik uit de afbeeldingen die bij mij
voorbijkomen alle afbeeldingen die me om wat voor reden dan ook aanspreken.
Natuurlijk spelen onbewust daar allerlei elementen in mee:
wat speelt er in de actualiteit;
wat heb ik onlangs gezien;
waar ben ik over aan het lezen enz.

Als gevolg daarvan dringt zich soms een thema op
uit de afbeeldingen.
Deze keer is het de tegenstelling tussen Realisme en Abstracte kunst.
Ook de twee volgende logs over Sebastiaan Goegel en Ed Moses
passen in dit kader.

Geniet!





Albert Anker, Der Schulspaziergang, 1872, Sammlung Christoph Blocher.


Hyperrealisme van bijna 150 jaar geleden uit zwitserland.

Deze kunst uit Zwitserland schijnt in Zwitserland erg populair te zijn.
Nog steeds.





Andrei Lanskoy, Lxe2x80x99abxc3xaeme du soir, 1960.


Prachtige abstracte kleuren en vormen uit Rusland.

Ook een titel die bij de Russische ziel hoort:
de afgrond van de avond.





Boris Grigoriev, Russian man, 1920.


Een ander Rusland, minder abstract, niet minder mooie kleuren.





Carla Arcardi, MovenzeNotturne1991.


Abstract Italiaans.





Dmitri Baltermants, Tchaikovsky, 1945.


Een foto, dus realistisch?

Het thema van deze Kunstvaria had ook gerust Rusland kunnen zijn.





Edouard Manet, Self-Portrait with a palette, 1878.


Impressionisme, de aanloop naar abstracte kunst.





Egyptian bronze and wood, Ibis, 715 – 332 BC.






Giovanni Battista Tiepolo, A family group, late 1750.


Een schets van een familie, niet realistisch of abstract.
Het is geen foto maar we begrijpen wel hoe een schilderij hiervan
er uit zou kunnen zien.





Gustave Courbet, La Vague (de golf), 1869.


Realistisch….maar bij Courbet kan realisme erg shockeren.





Joaquxc3xadn Sorolla y Bastida, Andalucxc3xada the round-Up, 1914.


‘Het lijkt’, maar is het realistisch?





Justin Reyes, Still live with banana, purse and change, vanitas, 2009.


Een foto, dus realistisch?





Large dish, The eight Buddhist precious emblems: bag of plenty, hat of invisibility, flywhisk, sword, pair of books, castanets, fan, 1690 – 1760, Okawachi Kilns.


Prachtig werk van de pottebakker.
Hoe realistisch zijn de acht Boeddhistische voorwerpen
die hier getoond worden?

Ik heb heel wat op het internet gezocht naar deze 8 voorwerpen.
Afhankelijk van het land wordt er een min of meer
dezelfde invulling gegeven aan deze acht voorwerpen.
En de opsomming hierboven geeft maar 7 voorwerpen.
Ik vind tot nu toe deze informatie dus niet betrouwbaar.
Maar een prachtig stuk is het zeker.





Robert Polidori, Louise-Marie-Adxc3xa9laxc3xafde de Bourbon-Penthixc3xa8vre, Duchesse dxe2x80x99Orlxc3xa9ans geschilderd door xc3x89lisabeth-Louise Vigxc3xa9e-Le Brun in 1789, foto uit 2007.


Een foto met daarop een realistisch schilderij.
Een foto, dus realistisch?





Roger Ballen, Culmination, 2007.


Ik weet nog steeds niet waar ik nu precies naar kijk.
Een foto, dus realistisch?





Ryan Gander, The gaga of the visual language, In green and red, 2010.


Abstract zou ik zo zeggen.





Shepard Fairey, Basquiat, 2010.


Zeg het maar.





Syed Sadequain Ahmed Naqvi, Three sitting figures, 1963, Karachi.


Abstract.





Uta Barth, Untitled #1, Detail, 1979 – 1982/2010.


Intrigerend.





Yasumasa Morimura, Angels descending staircase, 1991.


Een foto(montage), dus realistisch?





Yves Klein, Anthropomxc3xa9trie, Le Buffle, 1960 – 1961.


Abstract.




China reisverslag / travelogue 37

De volgende hal of woning die ik in de Verboden Stad
bezocht was Yong Shou Gong,
In het Engels is dat het Palace of the Immortals.
Paleis van de onsterfelijken.
Wel een geschikte plaats om een hele serie
prachtige kunstwerken te bewaren
waarvan er enkele hieronder te zien zijn.





Versiering van een muur.






Het inmiddels bekende informatiebord.


Yong Shou Gong
(Hall of immortality)
Constructed in 1420 during the Ming Dynasty, the hall was originally named Chang Le Gong (palace of Eternal Happiness). The name was later changed to Yu De Gong (Palace of Moral Cultivation) and it was renamed Yong Shou Gong in 1616 during the Ming Dynasty.
In the Ming Dynasty, it was the residence of the empress. Emperor Chongzhen once moved here to fast as a penance to Heaven because of frequent natural disasters. In the Qing Dynasty, it was a residence for some important imperial concubines. Concubine Dongxe2x80x99e and Concubine Ke of Emperor Shunzi, the empress of Emperor Yongzheng and Concubine Ru of Emperor Jiaqing all lived here at some time during the Qing Dynasty. The mother of Emperor Xiaozong of the Ming Dynasty, the only emperor of the Ming and Qing Dynasties to be born in the palace, lived here for a short time. The words xe2x80x9cYong Shouxe2x80x9dcome from The Analects of Confucius, meaning, xe2x80x9cpray for benevolence and longevity.xe2x80x9d



Nederlandse samenvatting.
Yong Shou Gong.

Dit paleis of hal werd gebouwd in 1420 gedurende de Ming Dynastie.
De uiteindelijke naam kreeg dit gebouw in 1616.
Er leefden verschillende concubines,
er hebben een keizerin en een keizer gewoond
voor korte of langere tijd.
Een keizer werd in het gebouw geboren.
De woorden xe2x80x9cYong Shouxe2x80x9d zijn afgeleid van het boek De Analecten.

De analecten (of: gesprekken) van Confucius (Lunyu) is de naam van een verzameling van 499 uitspraken van Confucius. Behalve uitspraken bevat het werk ook anecdotes over Confucius en dialogen die hij met zijn leerlingen zou hebben gevoerd. De tekst wordt sinds de Han-dynastie tot de Confucianistische Klassieken gerekend en sinds 1190 tot de Vier Boeken. Vanaf dat moment werd het boek xc3xa9xc3xa9n van de meest bestudeerde, meest becommentarieerde en daarmee ook xc3xa9xc3xa9n van de meest invloedrijke werken uit de Chinese geschiedenis.



De woorden betekenen: bid voor xe2x80x9cwelwillendheidxe2x80x9d en xe2x80x9ceen lang levenxe2x80x9d





Plate with yellow cloud-and-dragon design over a blue ground. Tongzhi period 1862 – 1874.


Schaal met het bekende Draak in de wolken-ontwerp.





Satijnen tasje.






Detail van het tasje: gekleurde bloemen en een insekt.









Plafond.






Detail van het plafond.







De Verboden Stad: 04/10/2009
Hall of Immortals (Yong Shou Gong).






Naamplaatjes. Als meisjes gekozen werden om aan het hof te gaan werken kregen ze afhankelijk van hun status daarvoor een soort toegangspasje.









Verguld album voor Li Fei. Deze vrouw werd in 1855 gepromoveerd van de zesde naar de vierde rang van Concubines. Zij kreeg daarbij dit ereteken.









Verguld zegel van een concubine Xun uit 1894.









De binnenplaats met een waterput.






Een van de meest interessante voorwerpen was deze draagstoel. Een enorm gevaarte maar prachtig versierd.






Nogmaals.






Court robe (reproduction).


Replica van een kleed dat men aan het hof droeg.





Juwelendoosje.









Headdress with flowers, een haarspeld met bloemen.



Detail.






Lower table used as a kang. Volgens de hofregels werd de tafel met gouden hoeken gebruikt door de keizerin-weduwe en keizerin. De tafel met zilveren hoeken was voor de concubines.


Het begrip Kang zullen we later nog zien op foto’s in hun originele vorm.
Eetkamerstoelen en tafels zoals wij die nu in het westen kennen
waren er in traditioneel China niet.
Men kende er houten verhogen, vaste banken,
die tegen de muur waren aangebracht
en waardoor indien nodig warme lucht kon worden gevoerd.
In koude tijden dus een soort bank met centrale verwarming.
Als vervanging van een dergelijke vaste, houten opstelling
die toch ietwat lomp was, kunnen deze sierlijke tafeltjes gebruikt worden.





Female court hat.


Hoed voor aan het hof, voor een vrouw.





Headdress.


Nog een hoofddeksel.





Nog even terug langs de draagstoel gelopen. Versiering van de stoel.





Magnesiet in de suikerfabriek Breda

Naar aanleiding van onderstaande foto en de tekst
ontving ik via e-mail een aanvulling.
Die kun je onder de foto lezen.






Bakstenen of ovenwand?.





Hallo beste “Argusvlinder”

De kalkoven is aan de binnenzijde bemetseld
met vuurvaste magnesiet stenen.
Dat zijn de stenen die je op de foto’s ziet.
Er werd kalk in gebrand, die later werd geblust.
Dit bluswater, de kalkmelk,
werd gebruikt in het zuiveringsproces van de suiker.

mvg



Met dank van de Argusvlinder voor deze reactie.

Un tableau ne vit que par celui qui le regarde

De titel van deze log is een bekende uitspraak van Pablo Picasso.
Ik zag deze uitspraak in een documentaire van AVRO’s Close up.
De documontaire heette:
Kunst van het ogenblik – Matisse tot Malevich.
De uitzending vindt plaats in het kader van de tentoonstelling
in het Haags Gemeentemuseum.



De vandaag gestolen Picasso, samen met vier andere belangrijke werken, Le pigeon aux petits pois (De duif met erwten), 1912.


 

un tableau ne vit que par celui qui le regarde

Nu zegt mij zo’n tekst in het Frans niet zo veel, maar de vertaling
laat zien dat deze uitspraak heel relevant is in het kader
van de samenvatting die ik aan het maken ben
van het boek: Filosofie van de kunst, Anne Sheppard.

een schilderij leeft alleen door degene die ernaar kijkt

En een artikel over/met Picasso zonder afbeeldingen
dat kan niet.
Voor de verandering een kleurplaat (en daaronder natuurlijk het origineel).


Kleurplaat van Demoiselles d’Avignon.



Pablo Picasso,Demoiselles d’Avignon, 1907.


 

Babyfoto's van het zwaantje

Toen ik aan kwam lopen was mij nog niet duidelijk
waar het zwaantje was en of er nog nieuwe jonge
zwanen waren bijgekomen.





De ouders.






Piep, daar is het jonge zwaantje.






Moeder maakt een verslagen indruk op het nest.






Maar het jonge zwaantje weet al goed hoe het verenkleed in vorm te houden.






Zo jong als het is, zo lenig is het zwaantje ook.






Prachtig in de dons.




Alles behalve 'zwaan kleef aan'

Gisteravond geen tijd meer gehad om naar de zwanen te gaan kijken.
Ik begrijp dat de jonge zwaan gisteren met zijn ouders
is gaan zwemmen op de vijver.
Ik heb nog een serie foto’s van vader zwaan die zondag nog aggressief
‘zijn’ vijver verdedigde tegen ‘vreemde eenden in de bijt’.





Eerst naar links over de brug.
























Vervolgens naar rechts over dezelfde brug.






Ook mooie dieren overigens.