Tagarchief: stupa
Argus in China
Niet heel ver van het West Lake in Hangzhou bezocht ik
het Lingyin Temple Complex dat tegen de heuvel aan ligt.
Het kloostercomplex bestaat uit meerdere gebouwen die
een beetje uit elkaar en tegen de heuvel aan liggen.
Als ik de volgende foto’s maak begin ik bovenin het complex
en ga onderweg naar de uitgang.
China, Hangzhou, Lingyin Temple Complex, Huayan Hall.
Huayan Hall
The Huayan Hall houses statues of the three sages in the Avatamsaka Sutra.
In the middle stands the statue of Vairocana Buddha (also Mahavairocana), the Dharmakaya (Dharma body) that constitutes a Buddha together with the Sambhogakaya (Enjoyment body) and the Nirmanakaya (Transformation body).
On both sides sit Maniusro Bodhisattva and Samantabhadra Bodhisattva, representing wisdom and virtue respectively.
The bodies of the three statues are all carved from Nanmu imported from Myanmar with a diameter of 2.06 meters and a length of 8,1 meters on average (clothes, ornaments of the statues and the lotus throne are carved from eamphor wood (waarschijnlijk bedoelt men camphor wood = kamferboom (of Cinnamomum camphora).
In de tekst wordt de houtsoort ‘nanmu’ genoemd.
Die kende ik niet. Dat is ook niet zo vreemd want
deze plantensoort komt in de vrije natuur bijna niet meer voor.
Alleen nog in een aantal botanische tuinen.
Maar de kwaliteiten zijn wel bijzonder:
Nanmu was used in architectural woodworking and boatbuilding due to its resistance to decay. The wood dries with little splitting or warping. After drying the wood is of medium-density and does not change shape. Nanmu can be sanded to a mirror finish. The highest grade of nanmu wood has a bright golden color, a pleasant fragrance, and exhibits impressive chatoyancy (an optical effect) which is why it is often referred to as jīnsī (Chinese: 金絲 – golden-thread or golden silk) in China.
Dit geeft een beeld van de omgeving en hoe de tempelgebouwen er liggen.
Hall of Heavenly Kings.
Hall of Heavenly Kings
Inside the Hall of Heavenly Kings worship the statues of the Four Heavenly Kings, Maitreya Buddha and Skanda Bodhisattva.
The plaque hung above the hall is inscribed with four Chinese charactes “Yun Lin Chan Si” (meaning Chan temple of clouds and forests), written by Emperor Kangxi of the Qing Dynasty.
The 8-meter high statues of the of the Four Heavenly Kings were reconstructed in the 21st year of the Republic of China (1932) together with that of Maitreya Buddha.
The ststue of Skanda Bodhisattva (dating back to the Southern Song Dynasty) is made of solid piece of camphorwood.
Fragment van de Twin sutra pagoda?
In het volgende bericht ga ik rustig thee drinken.
Argus in China
China, Hangzhou, Lingyin Temple Compex, Hall of Medicine Buddha.
De tekst neem ik hieronder maar even over:
Rebuilt in 1991, the Hal of Medicine Buddha, houses the statues of “Three Sages of the East”.
At the center sits Medicine Buddha.
Bhaisajyaguru, the Buddha of Vaiduryanirbhasa – the eastern pure land of Lapis Lazuli light who has vowed to help the sentient beings (Wikipedia: a creature that can experience things through its senses and has the capacity to feel emotions, have thoughts, and experience pain or pleasure) releive the destitute and the sick and obtaint enlightenment.
Medicine Buddha is attended by two Bodhisathvas.
Suryaprabha and Candraprabha, symbolizing sunlight and moonlight respectively.
On both sides of the hall stand twelve statues of Twelve Great Yaksa Generals, the guardians of Zodiac in Chinese Buddhism.
Twee voorbeelden van de ‘Twelve Great Yaksa Generals’.
Ik ga het nog hogerop zoeken…..
Onderweg bleek dat het aanraken van deze tekst (of een bepaald woord in de tekst) goed voor je was (geluk bracht). Dus ik heb de tekst ook aangeraakt.
Er was daar een ruimte met ‘Boedhistische kunst’. Dat is mijn beschrijving. Dat had toch iets van gaan kijken naar beelden in een katholieke kerk. Niets mis mee maar het is niet altijd ook kunst. Dit viel me op omdat dit lijkt op een ontwerp van een waaier.
Dit bamboe-bos kan ik verder niet duiden maar vond het wel mooi.
Een enorme voorstelling. Dat zal veel tijd gekost heben om het te ontwerpen en maken. Hieronder licht ik het centrale deel van deze voorstelling er even uit.
Het gaat nog een stuk hoger.
Er komt een draak uit het dak.
Volgende keer verder en naar beneden terug.
Argus in China
Dag in, dag uit, berichten over China.
Dat kan als saai overkomen maar zo kwam China bij mij
helemaal niet over. Dus nog even geduld.
Ik ben al in de laatste week van mijn vakantie bezig.
In Hangzhou, in de buurt van het West Lake, in de heuvels
vind je de Lingyin Temple.
Eerlijk gezegd heb ik nauwelijks kennis van het Boeddhisme.
Het komt op mij over als een erg ingewikkelde religie.
Maar langzaam worden meer termen vertrouwd.
Maar als ik dan zo’n tempel bezoek kijk ik mijn ogen uit
zonder dat ik er veel van begrijp.
Als je in China ‘oude’ tempels bezoekt zijn ze vaak niet
feitelijk erg oud. Er zijn soms elementen die heel ver teruggaan
in de geschiedenis (zoals de pagode die je dadelijk ziet) maar
veel is van na de Culturele Revolutie. Niet altijd,
dus het is altijd goed oppassen wat oud precies is.
De grote Boeddha die ik dadelijk laat zien is in 1955
gemaakt maar de plaats van deze tempel is eeuwenoud.
China, Hangzhou, Lingyin Temple, Twin sutra pagodas. Of er nog twee pagodas stonden of dat dit de enige was weet ik niet meer. De toelichting op het informatiebord over de betekenis van ‘pagoda’ in relatie tot ‘stupa’ en India vond ik erg interessant. Daarom herhaal ik die tekst dadelijk hieronder.
Pagoda, also known as Stupa, was originally a burial mound in India for treasuring the Saria (body relics of the Buddha).
Introduced to China along with Buddhism in the Eastern Han Dynasty (25 – 220), Stupa gradually developed into a kind of high-erected building of religieus significance and was more frequently called pagoda in China.
Today more than a hunderd ancient pagodas can still be found in Jiangsu and Zeijang provinces, among which those built between the Five Dynasties period (907 – 960) and the Song Dynasty (960 – 1279) are deemed the best.
Constructed in 960, the first year of the Jianlong’s Reign of the Northern Song Dynasty (960 – 1127), the twin stone pagodas are the oldest and most valuable architectural relics in Lingyin Temple, witnessing the long history of its development.
Het was een drukke dag. Ik heb ik veel en lange rijen gestaan. Maar dan heb je ook wat.
Deze Boeddha geeft zich moeilijk prijs.
Bezoekers worden links of rechts om dit beeld van de Shakyamuni Buddha geleid. Achter de achterwand van deze Boeddha in de Mahavira Hall zie je nog een bijzondere opstelling.
Dit is een klein deel van die bijzondere opstelling. Op wikipedia noemt iemand het een panorama dat een hoofdstuk uit de Avatamsaka Sutra verbeeldt. Dat panorame loopt vanaf het hoge plafond tot aan beneden.
Een soort van rooster (?) in een buitenmuur van de tempel. Overigens is waarschijnlijk klooster een betere term dan tempel want het gaat om meerdere gebouwen en er verblijven veel monniken.
Tree & Serpent (Boom en slang)
Met regelmaat lees ik de nieuwsbrief van The Met. The Met is
een belangrijk museum in New York met regelmatig aandacht voor Azië.
Op dit moment loopt daar de tentoonstelling ‘Tree & serpent’.
Het gaat over vroege Buddhistische kunst.
Grappig dat in het Boeddhisme de boom en de slang een heel
positieve symboliek heeft als de vertegenwoordigers in
kunstuitingen van de Buddh die er in persoon niet te zien is,
terwijl in de Christelijke symboliek deze twee elementen ook
voorkomn. Al was het maar in het verhaal van de Zondeval waarin
de slang, vanuit een boom, Eva overhaalt om van de appel
te eten.
De teksten zijn van de tentoonstelling.
De tentoonstelling gaat uit van de functie en vorm van de stupa.
In de video wordt daar ook op ingegaan.
De museum website doet wat krampachtig over de ‘rechten’ van de afbeeldingen. Ik zou ook graag de voorwerpen in eigen persoon bekijken maar dat zou een wel erg duur avontuur worden. Maar er zijn toch drie voorwerpen te zien in dit bericht. In de film die gemaakt is en die op internet te vinden is, kun je deze en nog meer voorwerpen ook bekijken.
This is the story of the origins of Buddhist art. The religious landscape of ancient India was transformed by the teachings of the Buddha, which in turn inspired art devoted to expressing his message. Sublime imagery adorned the most ancient monumental religious structures in ancient India, known as stupas. The stupa not only housed the relics of the Buddha but also honored him through symbolic representations and visual storytelling. Original relics and reliquaries are at the heart of this exhibition, which culminates with the Buddha image itself.
Featuring more than 125 objects dating from 200 BCE to 400 CE, the exhibition presents a series of evocative and interlocking themes to reveal both the pre-Buddhist origins of figurative sculpture in India and the early narrative traditions that were central to this formative moment in early Indian art. With major loans from a dozen lenders across India, as well as from the United Kingdom, Europe, and the United States, it transports visitors into the world of early Buddhist imagery that gave expression to this new religion as it grew from a core set of ethical teachings into one of the world’s great religions. Objects associated with Indo-Roman exchange reveal India’s place in early global trade. The exhibition showcases objects in various media, including limestone sculptures, gold, silver, bronze, rock crystal, and ivory. Highlights include spectacular sculptures from southern India—newly discovered and never before publicly exhibited masterpieces—that add to the world canon of early Buddhist art.
Railing pillar with naga Mucalinda protecting the Buddha. Pauni, Bhandara district, Maharashtra, Satavahana, 2nd–1st century bce, sandstone. Inscribed: Naga Mucarido [Mucalinda] and a female donor mahayasa. National Museum, New Delhi.
This enclosure railing pillar, from a monumental stupa some 135 feet in diameter, dates to the very beginning of the Buddhist figurative sculptural tradition in the Deccan. Its decoration is an inventory of early Buddhist imagery—the lotus, snake, tree, empty throne, and worshippers—and bears stylistic links to the early rock-cut caves of the Western Ghats mountain range. The monastery to which it belongs was likely founded in the third century bce, at the site of the ancient kingdom of Vidarbha (modern Nagpur). Its capital, Kundina, is described in the Sanskrit epic Mahabharata as a great and beautiful city, and is also referred to by the Greek scholar Ptolemy in Geography (mid-second century ce).
Stupa drum panel with protective serpent. Amaravati Great Stupa, Guntur district, Andhra Pradesh, Sada, second half of 1st century ce. Limestone. British Museum, London.
This drum panel depicts an elegant stupa with a shrine, at center, framed by pilasters that resemble a stupa enclosure railing gateway. The entwined snake that occupies the shrine is the naga, the supreme protector of the relics housed within the stupa drum. A canopy of foliage-like umbrellas (chattras) crowns the structure, with the branches of the bodhi (wisdom) tree metamorphizing into a profusion of honorific umbrellas. Inscribed railings from the period link the donors to officials in the service of King Sivamaka Sada, the last of the Sada rulers, reigning in the second half of the first century ce.
Dome panel depicting a royal worshiper Amaravati Great Stupa, Guntur district, Andhra Pradesh, Satavahana, 2nd half of the 1st century ce. Limestone. Inscribed in Prakrit, Brahmi script: Made by [?] son of Dhamadeva, the Virapuraka [resident of Virapura], the gift of [?] female pupil of Budharakhata. British Museum, London.
This panel from Amaravati is among the oldest portrait sculptures preserved from the Andhra territories. It depicts a Satavahana king with his hands in veneration. He is attended by a queen, a general (leaning on a war club), and women holding fly whisks and an umbrella. Although he lacks the other attributes of a Buddhist universal monarch—
notably the elephant, horse, Dharma-wheel, and jewel—his royal status as a king at worship is clear. An empty throne in the fragmentary upper register references the Buddha’s presence. The donor inscription records the gift as from a wealthy woman who took spiritual instruction from the monk Budharakhata.
Ik heb de catalogus gekocht.
De voorwerpen van het British Museum zag ik er in 2018
en daar schreef ik toen over.
Ook in mjn bericht uit 2021 over een bezoek aan het National Museum
in New Delhi zie je voorwerpen van de tentoonstelling terug.
Laatste stukje wandeling in Luang Prabang
Laos, Luang Prabang, Wat Wisunarat of Wat Visoun. Boeddhistische stupa.
De top van de Phou Si-heuvel van beneden af gezien.
Een leuk poortgebouwtje.
In Luang Prabang, zeg maar in het centrale gedeelte, zie je nog een aantal koloniale, houten, huizen. Tijdens onze laatste wandeling daar maakte ik een paar foto’s van gebouwen die wellicht die achtergrond hebben.
Maar misschien ook niet. Ik vond ze in ieder geval opvallend.
Deze zijn niet uit die tijd maar hebben nog wel die stijl.
Een hertshoorn of hertshoornvaren (platycerium) is een epifyt, een plant die op een andere plant leeft zonder van die plant te leven.
Deze foto zit niet op de juiste plaats in de serie maar is wel een mooie afsluiter voor een lange serie foto’s uit Cambodja en Laos van onze vakantie in 2017 – 2018.
2 Wats, 3 schildpadden en één hond
De foto’s die ik in deze blog toon zijn van een stukje
wandeling door Luang Prabang.
De eerste Wat is Wat Aham Outama Thany. Zoals vaker is op deze foto de spelling te controleren.
Vlakbij ligt deze grote stoepa: Wat Wisunalat.
Dit zijn de drie schildpadden al geven de nummers aan dat er meer moeten zijn.
Heel uitnodigend vind ik het persoonlijk niet maar dit is het begin van een balustrade van een trap naar een tempel.
De stoepa’s zijn vaak mooi en soms bijzonder gedecoreerd.
Het weer was dreigend maar wat zijn die daken toch prachtig.
Maar het was niet alleen het weer dat er dreigde….
Zou dit de hond zijn van het vorige plaatje?
Vat Xiengmouane Vajiramangalaram
Een mond vol.
Een klooster en tempel en opleidingscentrum in één.
Allemaal in Luang Prabang in Laos.
Vat Xiengmouane Vajiramangalaram, een mooi complex, verborgen tussen de bomen in een straat waar nog veel meer te zien is.
Op internet vond ik deze beschrijving:
Wat Xiengmouane is a small Laotian monastery on Sotika Kuman Road, one of the roads the run parallel to the Mekong and Nam Khan rivers in Luang Prabang.
Wat Xiengmouane founded by Phragna Sisonxay in 1865, during the reign of King Chantarath (1851-72).
In the beginning, it was called Monastery of Melodious Sounds, due to the harmonious sounds of its gongs.
Later on, it was given another nickname, Monastery of Joyous town.
The sim of Wat Xiengmouane has a two-tier roof, one porch and triple nave.
It originally had three windows, but more were added during the restoration in 1964.
Within the compound of Wat Xiengmouane are several stupas and chapels.
There is also a vocational school within the compound of Wat Xiengmouane.
This school was started by Unesco and funded by a grant from the government of Norway.
Its purpose is to teach the novice monks the traditional arts and crafts such as lacquer work, stencilling,
painting, glass mosaic, wood carving, sculpture and other ornamental works for the Laotian temples.
Some of the handiwork of the students are on display in one of the rooms.
Korte samenvatting in het Nederlands.
Het is een klein Laotiaans klooster, opgericht in 1865.
In het begin noemde men het ‘Klooster van de melodieuze geluiden’
omdat men een aantal gongs had die goed bij elkaar klonken.
Later noemde men het ‘Klooster van de vreugdevolle stad’.
In 1964 is het complex gerestaureerd. Het complex bestaat naast een tempel
en een kloostergebouw uit een aantal kapellen en stoepa’s.
Er is een beroepsopleiding gevestigd die opgericht is met behulp
van UNESCO om de traditionele ambachten te leren.
Denk dan aan lakwerk, stencilen, schilderen, glasmozaïek,
houtsnijden, beeldhouwen en ander decoratietechnieken.
Voorbeelden van wat de studenten maken zijn op het terrein te zien.
Wat er nu precies voorbeelden zijn en welke dingen deel uitmaken van het klooster of de tempel is een beetje moeilijk voor mij. Maar dit vind ik mooi.
Een kapel.
Schilderwerk.
Het is een prachtig gebouw.
De leerlingen moeten ook minder ambachtelijke taken verrichten.
Met bijzondere deuren maken ze mij altijd blij.
Vooral die figuurtjes onderaan die de hele voorstelling lijken te dragen vind ik erg grappig. Het stencilwerk op de deurstijlen is hier goed te zien.
Laos, Luang Prabang: Vat Xiengmouane Vajiramangalaram, UNESCO Training Centre For Laotian Traditional Arts And Building Crafts.
Ik vermoed dat dit de werkplaats is waar nog een paar voorbeelden staan.
Detail van een stoepa.
Dit is die stoepa.
Dit is het vooraanzicht van het mannetje van 2 foto’s geleden.
Een stukje glasmozaïek. Hier is het puur decoratief.
Hier zie je een voorbeeld hoe glasmozaïek ook gebruikt kan worden om verhalen te vertellen. In het museum, het voormalige koninklijk paleis, zijn daarvan prachtige voorbeelden te zien.
Uit het feit dat ik hier in meer detail bij stilsta mag je opmaken dat het op mij veel indruk maakte. Die man die daar glaspareltjes strooit of opraapt. Ik vind hem prachtig.
Het glas is wel degelijk gevormd naar de vormen die het betreffende stukje glas van bijvoorbeeld het menselijk lichaam moet verbeelden.
Soms zijn de mozaïeken heel groot. Je ziet hier ook weer stencilwerk op de pilaren.
In een decoratieve vorm.
Zo kun je glasmozaïek gebruiken om de top van een stoepa te versieren.
Pha That Luang De gouden stupa van Vientiane
Een beetje buiten het stadscentrum van Vientiane
ligt een gouden stupa met daarnaast een klooster en tempel.
We pakken de draad op bij Patuxai, daar waren we even gestopt. De fietsen even geparkeerd. De eerste twee fietsen hier zijn degene die wij gebruikten.
Het weer zat die dag niet mee. Het was behoorlijk bewolkt. Af en toe kwam de zon er door maar dat doet weinig af van het onwerkelijke beeld van deze gouden Boeddhistische stupa. Hier zit de koning (Setthathirath, 1534–1571) die de opdracht tot de bouw gaf, in de vorm van een standbeeld, voor de stupa.
Naast de stupa ligt een enorme parkeerplaats. Bij evenementen zal het hier wel druk zijn maar het geeft als voordeel dat de stupa vrij staat. Dus al van een afstand straalt het goud je tegemoet. In de huidige vorm gebouwd in de 16e eeuw, zwaar beschadigd en gerestaureerd in de 19e eeuw.
Zoals vaak in Azië: vogeltjes die vrijgelaten worden als vorm van gebed.
De stupa is enorm.
Volgens een Engelstalige Wikipedia-artikel is er ook een Nederlands tintje aan de stupa maar buiten deze tekst vind ik er niet veel over op internet. Niet in het Engels of het Nederlands.
Wikipedia:
In 1641, a Dutch envoy of the Dutch East India Company, Gerrit van Wuysoff, visited Vientiane and was received by King Sourigna Vongsa at the temple, where he was, reportedly, received in a magnificent ceremony. He wrote that he was particularly impressed by the “enormous pyramid and the top was covered with gold leaf weighing about a thousand pounds”. However, the stupa was repeatedly plundered by the Burmese, Siamese and Chinese.
In 1641 zou er een Nederlandse vertegenwoordiger van de VOC,
Gerrit van Wuysoff, een bezoek gebracht hebben aan de stad.
Hij werd ontvangen door Koning Sourigna Vongsa,
met een schitterende ceremonie.
Hij heeft opgeschreven (waar?) dat hij zeer onder de indruk was
van een piramide waarvan de top was bedekt met goud.
Ongeveer 1000 pond goud.
Dit is gebaseerd op “Cummings, J., Burke, A (1994). Lonely Planet
Country Guides:Laos. Lonely Planet. p. 70. ISBN 1-74104-086-8.”
Dreigende torens. Spelen met licht.
Toch zullen er veel mensen zijn die deze slapende Boeddha bijzonderder vinden.
Echt lekker liggen is er niet bij denk ik.
Hij is zeker erg groot maar zijn voeten zijn ook de moeite van het bekijken waard.
Er was net een evenement geweest bij de tempel die bij Pha That Luang ligt. Er werden marktkramen opgeruimd en de bezoekers waren net allemaal weg. Daarom was het bij deze Boeddha zo rustig.
Misschien verwachtte iedereen dat het zou gaan regenen. Daarom was het misschien zo rustig. Maar regen hebben we er niet gezien.
Deze monnik werd onderbroken tijdens het vegen door zijn telefoon. Mij ging het om de tattoo op zijn rug.
Met een verwijzing naar de ouders?
Maar nog niet alle marktkramen waren weg.
Na de waterval: het dorp bij de rivier en de tempel
Toen we in Cambodja de grens overgingen naar Laos
was een grote waterval in de rivier de Mekong
de eerste attractie: Khonephapheng Waterfall
Vanuit de plaats van de waterval werd de route vervolgd en
werden we naar ons hotel gebracht in de buurt van de tempel
Wat Phou, een World Heritage site.
Maar deze dag is daar geen tijd voor.
Vandaag genieten we van de reis, de rivier en het dorp.
Het verblijf in het dorp was fantastisch.
Het drukste moment van de dag is als de kinderen van school,
te voet of op de fiets naar huis gaan.
Vooral de avonden zijn prachtig, het koelt langzaam af,
het wordt er echt donker, het eten is goed en het is rustig.
Maar eerst moeten we nog de rivier over.
Dit is de plaats waar we met een boot de Mekong gaan oversteken. Het dorp waar we gaan verblijven ligt aan de andere kant van de rivier. Wat verder naar links ligt Wat Phou tegen de berghelling. Dat is van hier nog niet te zien.
Het zicht de andere kant op (het noorden). Die bergrug heeft waarschijnlijk het gebruik van het land bepaald. Wie woont waar, Waar begint Laos, waar Cambodja.
De Mekong is echt een enorme rivier.
Veer over de rivier. Wij zijn dus al aan de overkant aangekomen.
De dorpsgrenzen zijn ons niet helemaal duidelijk. De naam van het dorp ook niet.
De schaduwen van de tempel en stupa’s op de dorpsweg.
Vlak bij een school staat deze Boeddha.
Nieuwsgierige kinderen komen dan natuurlijk ook kijken.
Bij een tempel staat vaak ook een beltoren. We wandelen wat voor het avondeten. Se zon zakt snel maar dat geeft mooi licht.
Dit is de tempel zelf.
Nog een stupa. We zullen er nog veel zien.
Sanchi
Wikipedia:
Sanchi Stupa, also written Sanci, is a Buddhist complex, famous for its Great Stupa, on a hilltop at Sanchi Town in Raisen District of the State of Madhya Pradesh, India. It is located in 46 kilometres north-east of Bhopal, capital of Madhya Pradesh. The Great Stupa at Sanchi is one of the oldest stone structures in India and was originally commissioned by the emperor Ashoka in the 3rd century BCE. Its nucleus was a simple hemispherical brick structure built over the relics of the Buddha. It was crowned by the chatra, a parasol-like structure symbolising high rank, which was intended to honour and shelter the relics. The original construction work of this stupa was overseen by Ashoka, whose wife Devi was the daughter of a merchant of nearby Vidisha. Sanchi was also her birthplace as well as the venue of her and Ashoka’s wedding. In the 1st century BCE, four elaborately carved toranas (ornamental gateways) and a balustrade encircling the entire structure were added. The Sanchi Stupa built during Mauryan period was made of bricks. The complex flourished until the 11th century.
Okay, maar wat is het nu.
In Sanchi zijn een aantal Boeddhistische stupa’s en resten van kloosters
en andere gebouwen te zien. Er is ook een museum (geen foto’s!)
De functie van de stupa’s is niet zo duidelijk als de tekst doet
vermoeden die je ter plaatste kunt lezen.
Er is een stupa waarin menselijke resten gevonden zijn.
Er is een stupa met daarin Boeddhistische relikwieen.
De foto’s geven een beeld van haast perfecte bouwwerken.
Dat is natuurlijk niet hoe de stupa’s er bij lagen toen ze
door de Engelsen werden herontdekt.
De stupa’s waren deels ingestort.
Dus hier is sprake van een vergaande restauratie/reconstructie.
Kies maar naar welk woord je voorkeur uitgaat.
De stupa’s zijn wel uniek.
Er zijn in de omgeving van Sanchi nog wel meer stupa’s te vinden
(naar het schijnt) maar deze zijn het bekendst en
staan op de world Heritage list van Unesco.
De site van Sanchi vanaf de weg gezien.
Twee grote stupa’s zijn meteen te zien. Ze zijn erg fotogeniek. Op deze dag zijn er weinig toeristen.
De officiele toelichting.
During the third century BC the Mauryan emperor Asoka (circa 273 – 36 BC), the great patron of Buddhism, selected Vedisagiri (Sanchi Hill) for foundation of a Buddhist establishment, because the hill ensured quietitude and seclusion necessary for monastic life and also was situated near the rich, populous and patronizing city of Vidish.
He erected here a stone column and a brick stupa.
The Sunga period (second century BC) witnessed the stone encasing and enlargement of the stupa of Asoka (Stupa 1), erection of balustrades round it’s ground, berm, a stairway and harmika, reconstruction of temple 40 & building of stupas 2 and 3.
During the Satavahana regime (first century BC) four lofty gateways were added to stupa 1 and ine gateway to stupa 3.
Structural activities are on a slow pacew during the reign of the Kshtrapas of Malwa (early centuries of thye Christian era) and Sanchi imported images from Mathura during the period.
Four images of Buddha are placed against the berm of stupa 1 facing the four entrances.
Temple 17 and some other edifices were the contriburions of the Gupta age.
During the seventh-eight centuries AD several Buddha images were installed and temple 18 erected on the foundations of an earlier edifice at the site.
Several temples and monasteries were built during the medieval period when the Pratiharas and Paramaras of Malwa flourished in the region.
Amongst these, the temple 45 is typical for its dimensions and exuberant ornamentation.
Een torana.
De stupa’s hebben hun eigen architectuur:
= ze kunnen vier ‘ingangen’ hebben.
Het zijn niet echt ingangen want je kunt niet in de stupa
maar je krijgt toegang tot een trap waarlangs je de stupa op kunt;
= bij een ingang staat eventueel een Torana,
een soort stenen hek dat heel rijk versierd is;
= dan kan bij iedere ingang een Boeddha-beeld staan;
= dan kan er bij iedere ingang een trap zijn;
= rond de stupa is een ruimte waar je rond de stupa kunt lopen;
= de trap geeft toegang tot de balustrade, een omgang met hek,
min of meer boven op de stupa;
= de top van de stupa heeft een soort parasol.
Detail van een torana.
De torana kan rijk versierd zijn met beeldhouwwerk. Wat hiervan origineel is weet ik niet.
De torana’s zijn schitterend. Je krijgt er geen genoeg van.
Dit is een voorbeeld van de Boeddha-beelden die bij de ingang kunnen staan.
De torana’s zijn niet identiek aan elkaar.
Van sommige afbeeldingen kan ik ook wel vermoeden dat ze scenes uit het leven van Boeddha verbeelden. Maar meestal heb ik geen idee.
Het is een warme dag met veel zon en dus ook hier en daar schaduw.
Nog een torana.
Niet alle torana’s zijn even rijk versierd.
Dit is een detail van de vorige foto.
De torana vanaf de stupa.
Uit mijn reisverslag:
Eigenlijk is de functie en het ontstaan van deze stupa’s niet bekend. Het zijn geen grafmonumenten. Maar een indrukwekkend gezicht is het! Er zijn een drietal grotere stupa’s en veel restanten van stupa’s en kloosters. Het lijkt er op dat het eens erg druk was. Vandaag was het rustig. De meeste toeristen komen na ons op een erg grote groep na. Maar die bleven heel braaf heel dicht bij de gids.
Dit zijn restanten van andere gebouwen of constructies.
Hier zie je de omgang beneden en de trap naar de omgang op de stupa.
Dit is een foto van de omgang beneden.
Als fotoverslaafde ben je steeds op zoek naar het mooiste plaatje.
Een beetje opzij liggen de restanten van klooster 51. Voorbij deze restanten ligt er nog een stupa. Die is zeker wat decoraties betreft anders dan de andere stupa’s. Maar eerst dacht ik dat dit zo’n beetje het einde van het terrein was. Daar vergiste ik me dus.
Dit is een kleinere stupa.
Detail van een torana.
De grote stupa (nummer 1) vanaf de kleinere stupa (nummer 2).
De kloosters en andere bouwwerken zijn allemaal terug gebracht tot mooi afgeronde bouwwerken. Klooster 51 is daar een goed voorbeeld van. Maar dat neemt niet weg dat men ook nog een hele verzameling brokstukken heeft.
Yakshini
Dit is de meer afgelegen stupa nummer 3. Je ziet dat de balustrade en de top die zo prominent bij de andere stupa’s zijn, hier helemaal ontbreken. Dus ook geen trap. Ook geen torana. Daar staat tegenover dat de decoratie anders is.
Stupa 2 resembles stupa 3 in shape and size but without any gateway.
It has a ground balustrade with four cardinal entrances and a double stairway, leading to the top of the drum its reliefs mostly exhibit decorative motifs with some life-scenes of Buddha.
General Alexander Cunningham found inside the dome, the corporeal relics of ten Buddhist teachers of at least three generations at a height of 2.13 meters above the terrace.
De decoraties zijn georganiseerd in een soort emblemen.
Dit is een voorbeeld van wat ik een embleem noem.
Nog een voorbeeld.
Die emblemen zitten op de pilaren, aan de binnenkant dan de ‘ground balustrade’, zeg maar de stenen afscheiding onder aan de stupa.
Relatief eenvoudige motieven. Niet eenvoudig in de betekenis van makkelijk maar in de betekenis van niet over-complex. Wel goed gekozen en goed uitgewerkt.
Hier zie je een aantal van die emblemen tegen de pilaren van de afscheiding.
Dit is het pad van de afgelegen stupa terug naar klooster 51 en de twee stupa’s die richting ingang liggen.
Rechts ligt klooster 51 (de lage muur).
Bij het klooster staat een grote ‘pan’ of ‘schaal’. Uit een (1) stuk steen.
De ‘big bowl’ is beschadigd. De functie is niet helemaal duidelijk.
Vanuit klooster 51 kijk je zo naar de grote stupa. Je ziet dat van het hele klooster de plattegrond in opgemetseld tot een muurtje dat overal even hoog is.
Monastery 51 is well-preserved quadrangular structure.
Remarkeble for its stone walls veneered with bricks.
Probably the roofs of its cells and verandahs and the verandah-pillars had been of wood.
To the west of the monastery lies a giant stone bowl.
Kaft voor mijn boek
Als je een boek inbindt dan zit ik nog vaak met een lege kaft.
Daarom dat ik eens wil proberen of ik met een Transfer Medium
een zelf samengestelde afbeelding kan overbrengen op het
boekbinderslinnen.
Eerst maar eens een afbeelding maken:
Dit is een compilatie van foto’s van een landkaart van India met foto’s van de laatste vakantie. Zo kun je bijvoorbeeld het kenmerk van Chandigarh zien (het Open Hand-monument), het Paleis van Justitie van Chandigarh, Sangam in Allahabad, de stupa in Sanchi, een rotstekening uit Bhimbetka, Aarti in Varanasi, pelgrim in Haridwar, beeld uit het museum in Bhopal enz.
Dat beeld heb ik nodig in spiegelschrift. Want als je het gaat
overbrengen dan komt het pas correct te staan.
Dus de afbeelding waar ik aan werkte ziet er als volgt uit.
Ik heb een stuk boekbindlinnen op maat gemaakt. Dat leg ik op een houten plaat. Op die plaat ligt een stuk bakpapier om ongewenst plakken tegen te gaan. Straks kan hier dus nog een plaat hout bovenop en een stapel boeken.
De afbeelding nog even nauwkeurig positioneren. De liniaal en driehoek moeten me dadelijk helpen om na het aanbrengen van het medium de afbeelding snel weg te kunnen leggen.
De afbeelding is goed ingesmeerd met medium (vind ik) maar droogt al snel en het papier scheurt in. Het geeft al met al niet zo’n goed gevoel. Morgenochtend maar zien of het onder bezwaar goed gedroogd is, of het papier zich laat verwijderen en of de afbeelding dan overgebracht is.
Als een sprookje: slapende Boeddha
Deel 34 van mijn reisverslag van onze reis van Hyderabad naar Mumbai.


Ik kan me zo voorstellen dat lezers die regelmatig terugkeren
op de Argusvlinder, het idee hebben: alweer een blog over Ajanta.
Inderdaad, vandaag de laatste. Maar wat voor een.
De slapende Boeddha ligt niet te slapen.
het enorme beeld stelt de zojuist overleden Boeddha voor.
Hij ligt op een bed omringd door zijn vrienden en bekenden die
over hem rouwen en hemelse figuren.
Het is een van de vele tijke versieringen van cave 26.
Kijk maar eens mee:

Dit is de gevel van de Chaitya-Griha, dit is een speciaal type grot. De versiering is heel uitbundig.

Hier zie je een deel van die gevel.

Hoofd van een van de Boeddha-beelden in de gevel.


Dat de beelden niet altijd even natuurgetrouw zijn laat dit voorbeeld zien.

Hier is hij dan. Het enorme beeld van de overleden Boeddha. Als een prins die ligt te slapen. Er is een speciale naam voor deze voorstelling: Mahaparinitvana.
De gids die ik in Ajanta kocht zegt over dit beeld het volgende:
The usual cliche of figures of Buddha on the walls of the aisles is however, relieved by two scenes, one representing the mahaparinirvana of Buddha and the other, the Assault and Temptation of Mara.
The former, carved on the left wall near the side-door, contains a colossal figure of Buddha reclining on his right side on a couch between two sala trees; below are the figures of his disciples and followers mourning his decease, and above are celestial beings.

Zicht op het interieur van cave 26.

De stupa is heel uitgebreid gedecoreerd zoals hier te zien aan de zijkant.

Detail.


Dit is de tweede belangrijke beeldengroep in deze Chaitya-Griha: Assault and Temptation of Mara. Op het web heb ik maar een redelijke foto van deze beeldengroep kunnen vinden en die toont Mara niet eens. Die zit namelijk (onder andere) op een olifant, links boven de Boeddha.
De gids schrijft hierover:
The second scene also occurs on the same wall. Here Buddha is seated, with his right palm in the bhumisparsas mudra under the Bodhi tree at the centre; on the left is Mara on an elephant accompanied by his host of demon-forces attacking Buddha; on the right is the retreat of Mara; in the foreground are the daughters of Mara trying to tempt Buddha by dance and music; and in the bottom right corner is the figure of the dejected Mara.

Nogmaals het interieur.

De volgorde van de foto’s is een beetje verwarrend maar dat is veroorzaakt doordat ik slecht voorbereid was op deze grot die drie ingangen bleek te hebben en de drukte in deze zeer tot de verbeelding sprekende Chaitya-Griha. In de oude grotten is de stupa niet of nauwelijks gedecoreerd. Deze veel jongere grot laat de ontwikkeling in het Boeddhisme en en de kunst goed zien.


Een laatste blik op de site.

Ik kocht er twee gidsen. Een gids over Ellora en een over Ajanta. Ze werden keurig ingepakt. Thuis heb ik ze uitgepakt en dan zien ze er als volgt uit:


In de afdaling naar de uitgang had ik nog even tijd om een van de vele vogels die er leven te fotograferen.

Ajanta Caves
Ajanta Caves are famous for their murals which are the finest surviving examples of Indian Art, particularly painting. These caves were excavated in horse-shoe shaped bend of rock scarp nearly 76 mtr in height overlooking a narrow stream known as Waghora.
The location of this valley provided a calm and serene environment for the Buddhist monks who retreated at these secluded places during the rainy season. Each case was connected to the stream by a flight of steps, which are now almost obliterated, albeit traces of some could be noticed at some places. In all 30 caves were hewn out of the living rock in different periods according to the necessity.
Out of these, five (cave 9, 10, 19, 26 and 29) are Chaityagrihas and the rest are vihares. In date and style also these caves can be divided into two broad groups. Out of the 30 caves 6 caves belong to the earliest phase of Buddhism ie Hinayana. Caves 9 & 10 which are Chaityagrihas and 8, 12, 13 and 15A which are Viharas belong to this phase. These caves are datable to the pre-Christian era, the earliest among them being cave 10 dating from the second century BC where the object of worship is a stupa. These caves are imitation of contemporary wooden constructions even to the extent of fixing of wooden rafters and beams to the ceiling even though they are non-functional.
These early caves were painted but nothing substantial has survived. Caves No 9 and 10 clearly show some vestiges of painting. The headgear, ornaments of the images in these paintings resemble the bas-relief sculpture of Sanchi and Bharhut.
The addition of new caves could be noticed again during the period of Vakatakas, the contemporaries of the imperial Guptas. These were caused to be excavated by the royal family and also the feudatories owing allegiance to the Vakatakas. Varahadeva, the minister of Vakataka king Harishena (475-500 AD) dedicated Cave 16 to the Buddhist Sangha while cave 17 was the gift of a prince (who subjugated Asmaka) a feudatory of the same king. A flurry of activity at Ajanta was between mid 5th century AD to mid 6th century AD. Hieun Tsang, the famous Chinese traveller who visited India during the first half of the 7th century AD has left a vivid and graphic description of the flourishing Buddhist establishments here even though he did not visit the caves.
A solitary Tashtrakuta inscription in cave no 26 indicates its use during 8th – 9th centuries AD. The second phase departs from the earlier one with the introduction of new pattern in layout as well a the centrality Buddha image, both in sculpture as well as in paintings.
All these caves which were once painted but now the best examples of these exemplary paintings of Vakataka period could be noticed only in caves 1, 2, 16 and 17. The variation in style and execution in these paintings also are noticed, mainly due to different authors who followed contemporary style.
the main theme of the paintings is the depiction of various Jataka stories-different incidents associated with the life of Buddha, and the contemporary events and social life. The ceiling decoration invariably consists of decorative patterns, geometrical as well as floral. Apart from painted representations, sculptural panels also adorn the beauty of the caves.
Ajanta paintings are the best examples of Tempra technique, executed after elaborate preparation of rock surface. After chiselling rock surface, different layers of clay mixed ferruginous earth, sand, fibrous material of organic origin were applied very carefully. Then the surface was finally finished with a thin coat of lime wash.
Over this surface, outlines are drawn boldly, then the spaces are filled with requisite colours in different shades and tones to achieve the three dimensional effect of rounded and plastic volumes. The colours and shades utilised also vary from red and yellow ochre, terra verte, to lime, kaolin, gypsum, lamp black and lapis lazuli. The chief binding material used here was glue.
The group of caves is inscribed by the UNESCO as a World Heritage Monument in the year 1983.
Het lettertype in de titel van 20 december 2012 is van Göran Söderström/Goran Soderstrom en heet Shabash Pro Light.
Ajanta in India 2012 – 2013
Deel 32 van mijn reisverslag van onze reis van Hyderabad naar Mumbai.


Het spoor van waar precies, van welke grot de foto’s zijn,
dat raakte ik op die 20ste decemberdag een beetje kwijt.
Maar dat kun je waarschijnlijk wel begrijpen als je de overdonderende schoonheid
van het beeldhouwwerk en de schilderingen ziet.

Een kapiteel van een van de pilaren in een van de grotkloosters of -gebedsruimtes.


Kijk eens hoe schitterend deze site ligt in het landschap!

De ingang van een Chaitya Griha. De typische vorm is hier goed te zien.


Een overzicht van het interieur.

Detail van de stupa (de bovenkant).



Het lettertype in de titel van 20 december 2012 is van Göran Söderström/Goran Soderstrom en heet Shabash Pro Light.
Ajanta in India 2012 – 2013
Deel 31 van mijn reisverslag van onze reis van Hyderabad naar Mumbai.


Cave 1 hebben we gezien in mijn vorig verhaal.
Nu gaan we verder en zien bijvoorbeeld cave 9.
Deze was onlangs in het nieuws omdat hij weer opengesteld is voor het publiek
na grondige restauraties.
Ik kan hier alleen maar laten zien hoe we de grotkloosters en -tempels
in 2012 aantroffen. Het was erg indrukwekkend!

In Ajanta zie je niet alleen muurschilderingen. Ook de architectuur en het beeldhouwwerk is beroemd. Leuk is ook dat er grotten zijn die nog niet af zijn. Ze vertellen de archeologen bijvoorbeeld hoe men te werk ging bij het aanleggen van de grotten.

Sommige ruimtes zijn enorm.

Grote oppervlaktes met grote beelden van voornamelijk Boeddha.



Als toerist kun je je ook laten dragen langs de kloosters en tempels. Rechts zie je een toerist die door 4 mannen van grot naar grot gedragen wordt. Onder een paraplu.

De details van het beeldhouwwerk is prachtig.


Met een focus op het Boeddhabeeld.

De schilderingen zijn soms goed en soms moeilijk te ‘lezen’. Op sommige plaatsen is er niet zo veel meer van over.

Maar je ziet er hele wanden vol met Boeddha’s.

In alle formaten.

Wie van de drie?

De ligging van Ajanta is fenomenaal.


Je kijkt je ogen uit. De ene plek is al dramatischer dan de andere.

Nog een hele wand met Boeddha’s.

Steeds weer in een andere houding.

Een hele beeldengroep rond het centrale beeld (van Boeddha?)

Er was een groep Beoddhistische monniken. Hier loopt er een voor mijn lens in een chaitya griha (gebedshal).

Een stel geschilderde lotussen.




Grot nummer 9.
Cave no. 9
This is the oldest chaityagriha belonging to Hinayana sect of Buddhism datable to 1st century BC, it is rectangular on plan, but the layout is apsidal. The chaitya (18.24 x 18.4 m) with its well-balanced façade is divided into a nave, an apse and aisles by a colonnade of twenty-three pillars. The vaulted ceiling of the nave and apse were originally braced with superfluous wooden beams and rafters. At the center of the apse stands a plain globular stupa om a high cylindrical base. The façade wall is decorated with a beautifull chaitya-window and figures of Lord Buddha. Inside the chaitya are seen two layers of paintings the earlier dating back to the second half of the 1st century BC, and the latter to 5th-6th century AD. The pillars and ceilings are decorated with paintings of Buddha and floral decorations while the walls are decorated with figures of Lord Buddha, groups of votaries, procession of devotees towards a stupa etc.
Verttaalhulp:
Nave; Koor of schip van een kerk
Apse: Priesterkoor, halfronde beuk in een kerk
Nederlandse samenvatting:
De tekst hierboven probeert de vorm van de chaitya griha te beschrijven.
De hal waar je in binnenloopt maakt een lange, diepe indruk.
Aan het eind van de hal staat een stupa.
In werkelijkheid is het complex bijna vierkant. Dat komt omdat de hal
waar je inloopt zowel links als rechts pilaren heeft.
Achter die pilaren zit natuurlijk nog een omgang.
In originele staat was het plafond voorzien van houten stutten
en balken. Dit om de natuurlijke vorm en natuurlijk uiterlijk
na te bootsen. Deze ruimtes werden gebruikt tijdens het moeson seizoen.
Hoog en droog in de heuvels.
De oudste schilderingen dateren uit ongeveer 50 voor Christus, de jongste
uit de tijd tussen de 5e en 6e eeuw na Christus.

Op rechthoekige pilaren staan schilderingen van Boeddha.


In Ajanta zijn meerdere chaitya griha’s.



Het lettertype in de titel van 20 december 2012 is van Göran Söderström/Goran Soderstrom en heet Shabash Pro Light.
India 2012 – 2013: Boeddhistische kathedraal in Ellora


In deze log staat grot 10 centraal, de enige chaitya griha in Ellora.
Bij gebrek aan een goede westerse term wordt dit een Boeddhistische kathedraal
annex klooster genoemd. Ongelofelijk indrukwekkend.
Zeker als het de eerste keer is als je een dergelijke ruimte ziet.
Van buiten af, de eerste foto, vermoed je nog niets.
Maar dan.

Alle foto’s in deze blog zijn of van de hal achter deze gevel
of van deze gevel. De details zijn imponerend.

Engelse tekst:
Cave 10
The double storied Buddhist cathedral-cum-monastery the only chaitya griha at Ellora Cave is stylistically and palaeographically datable to 7th century AD. It is a beautiful creation of artists, who have copied the contemporary wooden constructions in cave architecture. The most remarkable feature is the Music Gallery (upper floor) and the beautiful carved façade. The facade is decorated with number of friezes of animals, couples and a beautifully carved window, which allows light to the cave. It consists of a large courtyard with a double storeyed apartments on both sides and a apsidal pillared hall on a raised platform.
The spacious hall apsidal on plan , has thirty pillars arranged in an elongated apse. The object of worship is a seated image of preaching Buddha flanked by two bodhisattvas and celestial couples all carved against the stupa, which serves as an ornamental background. The drum of the stupa is also decorated with panels of Buddha and Bodhisattvas. The ribbed vault gives an echo effect in the hall when a person standing at one end of the columns of the nave creates any sound.
The upper floor is approached by a flight pf steps cut in to the sidewall of verandah, it is possible that from this Music-Gallery, background music was provided to the monks, chanting mantras below. It may also have been used for seating important visitors during prayers.
Nederlandse vertaling/samenvatting:
Deze Boeddhistische kathedraal/klooster is de enige chaitya griha in Ellora.
Het gebouw heeft twee verdiepingen en is gedateerd
op basis van de stijl en op basis van gevonden handschriften
in de 7e eeuw na Christus.
De makers hebben de in die tijd gebruikelijke houten constructie gekopieerd
naar de grot.
De meest opmerkelijke eigenschappen zijn de muziekgalerij en de façade.
De façade is versierd met verschillende afbeeldingen van dieren,
stellen en een prachtig raam dat het licht toelaat in de grot.
De ruime hal, in de vorm van een apsis (een halfronde,
of veelhoekige, nisvormige ruimte) heeft 30 pilaren,
opgesteld in een verlengde apsis.
Het voorwerp van de aanbidding is een zittende Boeddha,
geflankeerd door Bodhisattvas en hemelse stelltjes voor een stupa.
De stupa vormt de decoratieve achtergrond.
Ook de stupa is versierd met afbeeldingen van Boeddha en Bodhisattvas
Wikipedia:
In het boeddhisme is een Bodhisattva een belangrijke boeddhistische heilige die het boeddhaschap niet heeft geaccepteerd. Hij/Zij accepteert het pas als alle levende wezens het westelijke paradijs hebben bereikt. Bodhisattva’s zijn in een hoge graad van verlichting. Bodhisattva betekent letterlijk “verlichting (bodhi) zijn (sattva)” in het Sanskriet.
De bovenste verdieping kan worden bereikt via een in de wand uitgehakte trap.
Het is mogelijk dat deze ruimte werd gebruikt om achtergrondmuziek te maken
als de monniken aan het bidden waren
of om er belangrijke bezoekers te laten plaatsnemen tijdens het bidden.

En dan ga je naar binnen en ben je even uit het veld geslagen.

De zittende Boeddha.

De versierde plafondrand.

In detail.



Detail van een van de pilaren.

Detail van de gevel, het deel boven een van de beelden.

Zie die mooie koppen.

Optocht met baldakijn. Zal wel niet het juiste woord zijn.



Prachtige oren.



Tijd om even bij te komen, twee duimen omhoog vanwege de ervaring (‘Thums up’ (vertaling: duimen omhoog) is een Indiaas limonademerk). Ellora is fantastisch!

































































































































































































