Foundation Hubert Looser: verf, materie en dan nu gebaar

Inleiding

Na een reeks werken van onder anderen Chamberlain, Fontana,
De Kooning, Scully, Rothko, Pollock, Newman, Warhol, Richter,
Penone en Kiefer — elk met hun eigen oplossingen,
opent zich een andere ruimte:
minder massief, maar niet minder geladen.

Hier hangt onder andere eerst
Sunset Series Part II Bay of Naples (Rome), 1960
van Cy Twombly, gevolgd door
Revised Undiscovered Genius of the Mississippi Delta, 1983
van Jean-Michel Basquiat.
Ze hangen hier in Kunsthaus Zürich niet naast elkaar, maar wel in elkaars nabijheid.

Twombly is afkomstig uit de collectie van de Foundation Hubert Looser;
Basquiat uit particulier bezit.
Toch is hun plaatsing geen toeval.
Eerder werden ook niet-Looser werken tussen Looser-stukken gepresenteerd.
Een keuze van de tentoonstellingsmaker die aanzet tot dialoog.

Twombly en Basquiat zijn visueel en temperamentvol
elkaars tegenpolen:
de één stil, ritmisch, verankerd in mediterrane lichtval en
antieke echo’s;
de ander luid, fragmentarisch, geworteld in straatcultuur.

Maar beide werken spreken in gebaren, in sporen, in ritmes
die zich niet laten vangen in één verhaal.

Maar pas op.
Wie kijkt, wordt niet geleid maar uitgedaagd.
Er is geen vaste ingang, geen veilige interpretatie.
De leegte bij Twombly is geen stilte, maar een echo.
De doorhaling bij Basquiat is geen correctie, maar een nadruk.
Beide kunstenaars laten iets achter: een spoor, een gebaar, een ritme,
dat zich niet laat bezitten.

Cy Twombly: kijken zonder verhaal

Twombly maakt geen kunst die meteen een verhaal vertelt
of indruk wil maken.
In tegenstelling tot bijvoorbeeld middeleeuwse kunst,
waar herkenbare beelden vaak een religieus of moreel punt maken,
laat Twombly veel weg.
Geen scènes, geen uitleg, geen duidelijke boodschap.
Zijn werk vraagt niet om geloof of begrip, maar om aandacht.

In 1960 woonde Twombly in Rome, omringd door antieke inscripties,
mediterrane lichtval en klassieke architectuur.
Die wereld beïnvloedde zijn denken, maar in
Sunset Series Part II Bay of Naples (Rome), 1960 zie je daar weinig
direct van terug.
Geen mythologische figuren, geen poëtische citaten.
Wel lijnen, kleurvlakken en cijfers. “A queen for a day
Twombly werkt hier niet met herkenbare verwijzingen,
maar met een visuele taal die zich eerder stil houdt dan spreekt.
Misschien is dat precies zijn punt:
niet alles hoeft zichtbaar te zijn om aanwezig te zijn.

DSC05261KunsthausZürichCyTwomblySunsetSeriesPartIIBayOfNaples(Rome)1960BleistiftWachsstiftUndÖlfarbeAufLeinwand

Kunsthaus Zürich, Cy Twombly, Sunset series part II Bay of Naples (Rome), 1960, Bleistift, Wachsstift und ölfarbe auf Leinwand.

Je ziet geen zonsondergang in de klassieke zin.
Wel zie je kleurvlakken in blauw en groen die doen denken aan lucht,
water of vegetatie.
Maar zonder dat ze iets voorstellen.
Je ziet lijnen die lijken te trillen, cijfers die bijvoorbeeld oplopen
van 11 tot 15, en vormen die lijken op vliegtuigen of vogels,
maar het niet precies zijn.
Twombly wrijft verf uit, haalt dingen weg, laat sporen achter.
Zijn werk is geen plaatje, maar een moment dat zich uitstrekt.

DSC05261KunsthausZürichCyTwomblySunsetSeriesPartIIBayOfNaples(Rome)1960BleistiftWachsstiftUndÖlfarbeAufLeinwand01QueenForADay

Detail ‘Queen for a day’.

Twombly werkte met verf en doek omdat hij daarmee kon denken in beweging.
Zijn lijnen zijn geen illustraties, maar gebaren.
Hij wilde tijd zichtbaar maken, herinnering oproepen,
ruimte laten voor interpretatie.
Geen uitleg, geen spektakel, wel ritme, herhaling, uitwissing.

DSC05261KunsthausZürichCyTwomblySunsetSeriesPartIIBayOfNaples(Rome)1960BleistiftWachsstiftUndÖlfarbeAufLeinwand02UFO

Detail ‘vliegtuig of vogel’

Dat maakt hem voor veel mensen moeilijk te “zien”.
Zoals curator Kirk Varnedoe voormalig hoofdcurator van schilderkunst
en beeldhouwkunst bij MoMA het ooit zei tijdens zijn lezing
Pictures of Nothing (2003):

“Influential among artists, discomfiting to many critics and truculently difficult not just for a broad public, but for sophisticated initiates of postwar art as well.”
“Invloedrijk onder kunstenaars, ongemakkelijk voor veel critici, en koppig moeilijk—niet alleen voor een breed publiek, maar zelfs voor doorgewinterde kenners van naoorlogse kunst.”

DSC05261KunsthausZürichCyTwomblySunsetSeriesPartIIBayOfNaples(Rome)1960BleistiftWachsstiftUndÖlfarbeAufLeinwand03Kleur

Detail ‘trillende lijnen, cijfers en kleuren’

Twombly is geen publiekslieveling.
Zijn naam komt zelden voor in populaire lijsten, maar zijn invloed is diep.
Zijn werk hangt in MoMA, Tate, het Louvre en het Kunsthaus Zürich.
Hij bestaat buiten het zicht, als een soort onderstroom.
Voor wie bereid is te kijken,
opent zich een wereld die niet communiceert, maar broeit.

Zoals Twombly zelf zei:

“It’s more like I’m having a conversation with the painting.”
“Het is meer alsof ik een gesprek voer met het schilderij.”

En wie kijkt, wordt deel van die conversatie.

Jean-Michel Basquiat: tweeluik met graffiti-energie

Dit werk bestaat uit twee doeken die met scharnieren aan elkaar zitten.
Samen vormen ze het tweeluik
Revised Undiscovered Genius of the Mississippi Delta (1983).
Een titel die tussen de vele ‘Untitled’ klinkt als
een manifest, een correctie, een aanklacht.
Wie is de “undiscovered genius” (onontdekt genie)?
Waarom moet hij worden “revised” (aangepast)?
En wat heeft de Mississippi Delta ermee te maken?

Op het linkerdoek hangt een grote haak aan een horizontale stang.
Daaronder, rechtsonder in het doek, verschijnt een expressief gezicht:
opgebouwd uit rode, blauwe en zwarte lijnen,
met open mond en zichtbare tanden.
Het kijkt niet weg, maar ook niet recht aan.
Eerder alsof het ergens tussenin hangt.
Een klein deel van dit gezicht loopt door op het rechterdoek,
waardoor de twee panelen visueel met elkaar verbonden zijn.
De achtergrond is wit, met vegen en vage tekens.
Is dat links een Dollarteken?
Het voelt als een scène waarin iets wacht,
iets hangt, iets wordt bekeken.

DSC05263KunsthausZüricJMBasquiatRevisedUndiscoveredGeniusOfTheMississippiDelta1983PinselInAcrylÖlstiftUndPapiercollageAufZweiMitScharnierenBefestigtenLeinwänden

Jean-Michel Basquiat, Revised undiscovered genius of the Mississippi Delta, 1983, pinsel in acryl, ölstift und papiercollage auf zwei mit scharnieren befestigten leinwänden.

Op het rechterdoek verschijnen figuren die balanceren
tussen herkenning en vervorming:
een vis met cartoonachtige trekken,
het industrieel achterlijf van het sfinx-achtige hoofd
architectuur vormen die aan flats doen denken, en
het woord “CATFISH” (meerval), geschreven in blauw en doorgestreept met rood.
Die doorhaling is geen correctie, maar een accent—zoals Basquiat zelf zei:

“I cross out words so you will see them more.”
“Ik streep woorden door zodat je ze beter ziet.”

Catfish is geen neutraal woord.
Het verwijst naar een dier dat zich ophoudt in modderige wateren,
vaak onzichtbaar tot het beweegt.
In de Amerikaanse zuidelijke context—waar de Mississippi Delta zich bevindt,
is het ook een cultureel symbool: van overleving, camouflage,
identiteit die zich niet zomaar laat vangen.
In hedendaagse digitale cultuur is het zelfs een term voor misleiding,
een valse identiteit.
Door het woord te schrijven én door te halen,
maakt Basquiat het zichtbaar én ongrijpbaar.

DSC05264KunsthausZürichJMBasquiatRevisedUndiscoveredGeniusOfTheMississippiDelta1983PinselInAcrylÖlstiftUndPapiercollageAufZweiMitScharnierenBefestigtenLeinwändenDtl

Detail ‘hoofd van industriële sfinx’

Wat opvalt in dit werk, en wat in het detail van foto 2 extra zichtbaar wordt,
is de visuele energie die doet denken aan graffiti.
De ruwe lijnen, het ontbreken van afwerking, de directe blik:
het voelt als een spontane uitroep, een visuele tag.
Dat is geen toeval.
Basquiat begon op straat, onder het pseudoniem SAMO© (Same Old Shit),
en bracht die esthetiek mee naar het doek.
Wat ooit als marginaal werd gezien, is inmiddels een erkende beeldtaal,
en een reden waarom veel mensen zich aangetrokken voelen tot zijn werk.

Die herkenbaarheid heeft ook invloed op de kunstmarkt.
De afgelopen jaren is graffiti als beeldtaal breder geaccepteerd,
en Basquiat’s werk is daarin meegegroeid.
Zijn doeken worden verkocht voor tientallen miljoenen dollars.
Maar de kracht zit niet in de prijs, maar in de urgentie:
hij schildert alsof hij móét spreken.

Basquiat werkt niet met één beeld of verhaal, maar met botsende elementen.
De haak hangt, het gezicht kijkt, het woord “CATFISH” roept iets op
van jagen, verbergen, benoemen.
Maar niets wordt uitgelegd.
De vormen zijn herkenbaar, maar niet eenduidig.
De lijnen zijn expressief, maar niet illustratief.
Het werk spreekt in fragmenten.

En wie kijkt, ziet geen uitleg,
maar een veld van betekenissen: verspreid, overlappend, onaf.

Afsluiting

Wat deze twee werken verbindt, is niet stijl of herkomst,
maar een gedeeld vertrouwen in het onvolledige.
Twombly laat leegtes en uitwissing spreken;
Basquiat streept woorden door zodat je ze beter ziet.

Waar eerdere werken in de tentoonstelling hun accenten leggen
via verf, materie of monumentaliteit, kiezen Twombly en Basquiat
voor schrift, ritme en fragmentatie.
Het zijn andere middelen, dezelfde openheid.

Al die oplossingen bestaan naast elkaar.
De oplossingen van Twombly en Basquiat als grafische aanvulling
op de schilderkunstige en materiële werken die eraan voorafgingen.
Niet als contrast, maar als uitbreiding.

Van het verhaal naar het gebaar.

Kleur, ritme, stilte – een zaal vol ververs

In deze zaal van het Kunsthaus Zürich, spreekt de verf. Niet via woorden, maar via beweging, kleur en stilte. De werken van De Kooning, Scully, Rothko, Pollock en anderen vormen samen een gesprek dat zich afspeelt op doek. Zelfs waar de kwast wordt ingeruild voor zeefdruk of foto, blijft de verf voelbaar — als echo, als adem, als aanwezigheid.

DSC05228KunsthausZürichWillemDeKooningHeadIII1973BronzeMitSchwartzerPatina

Kunsthaus Zürich, Willem de Kooning, Head III, 1973, bronze mit schwartzer patina.

DSC05229KunsthausZürichWillemDeKooningHeadIII1973BronzeMitSchwartzerPatina

Wat ik heel leuk vond is dat in één zaal zowel schilderijen hingen
van Willem de Kooning in die losse zwierige stijl als ook een beeld.
Hoe vertaalt die losse stijl van het schilderen zich in boetseren?

DSC05227KunsthausZürichGestureAndStructureTxtDSC05246KunsthausZürichSeanScullyWallOfLightRedGreen2006ÖlAufLeinband

Sean Scully, Wall of light red, green, 2006, öl auf leinband.

DSC05247KunsthausZürichSeanScullyWallOfLightRedGreen2006ÖlAufLeinbandDetail

Detail

DSC05231KunsthausZürichMarkRothkoUntitled(WhiteBlackGraysOnMaroon)1963ÖlAufLeinwand

Mark Rothko, Untitled (White, black grays on maroon), 1963, öl auf leinwand.

DSC05241KunsthausZürichAlfredManessierLeTumulte1961ÖlAufLeinwand

Alfred Manessier, Le Tumulte, 1961, öl auf leinwand.

DSC05233KunsthausZürichJacksonPollockNumber211951KunstharzfarbeAufLeinwand

Jackson Pollock, Number 21, 1951, kunstharzfarbe auf leinwand.

DSC05235KunsthausZürichAbstactionInTheUSTXTDSC05236KunsthausZürichBarnettNemanTheMoment1962ölAufUngrundierterLeinwand
DSC05236KunsthausZürichBarnettNemanTheMoment1962ölAufUngrundierterLeinwandDetail

Detail

DSC05238KunsthausZürichAndyWarholSilveCarCrash(DoubleDisaster)1963Siebdruck

Andy Warhol, Silve car crash (Double disaster), 1963, siebdruck.

DSC05243KunsthausZürichGerhardRichterAndyWarholTxtDSC05244KunsthausZürichGerhardRichterAchtLernschwestern1966ÖlAufLeinwand

Gerhard Richter, Acht lernschwestern, 1966, öl auf leinwand.


De verzameling van de Hubert Looser Foundation heeft een geweldige
samenstelling.
Kijk eens naar al die verschillende manieren van schilderen:

De zwierige, kleurrijke dans van De Kooning
Het compacte schilderen binnen één kleurtoon en structuur van Scully
Het verstilde kleurverloop van Rothko
De verstilling op organische manier bij en donker Manessier
De gedrongen ritmiek in vooral zwart van Pollock
Het hyper georganiseerde van Newman

Warhol legt de kwast neer en werkt sneller met zeefdruk en leent foto’s
maar de foto zelf is niet perse het onderwerp,
bij Richter gaat het wel om de foto en zijn techniek lijkt op Warhol
maar is het niet.

Fascinerend.

De Kooning & Scully: een ontmoeting in Zürich

Regelmatig maak ik berichten waarin kunst een rol speelt.
Die berichten ontstaan uit mijn regelmatige bezoeken aan
tentoonstellingen en vaste museumcollecties.
Dat doe ik al jaren en het blijft steeds opnieuw weer een avontuur.
Vermoedelijk is dat voor de meeste mensen een avontuur maar
met misschien niet altijd een positieve nasmaak: misschien met
vragen of met verwarring.

Gelukkig is de ene tentoonstelling de andere niet.
Je geniet op een heel andere manier van Rembrandt dan van kunst uit
het oude China — om maar iets te noemen.

Afgelopen week zag ik veel werken in onder andere Kunsthaus Zürich.
Een groot Zwitsers museum met uitgebreide collecties,
vooral kunst van na 1900.

Zo was er een tentoonstelling over Suzanne Duchamp, een Dada-kunstenares,
onbekend gebleven, vrouw én zus van de beroemde Marcel Duchamp.
Daarnaast toont het museum een aantal grote particuliere verzamelingen,
samengebracht tot één permanente collectie

In dit bericht wil ik de lezer meenemen in de ervaring van het zien
van twee werken uit de collectie. De keuze is willekeurig:
het zijn simpelweg de volgende twee foto’s die ik in Zürich maakte.
Geen vooraf bedacht plan, maar precies zoals ik het zelf beleefde.

De reden voor beide foto’s is dezelfde:
De Kooning en Scully zijn internationaal bekende kunstenaars
die je zelden in Nederlandse collecties tegenkomt.
Alleen al daarom wilde ik hun werk vastleggen.

Op die zaterdagochtend, kort na tien uur, liep ik
het Kunsthaus Zürich binnen. Een groot museum met twee
losstaande gebouwen tegenover elkaar, verbonden door
een ondergrondse passage. Elk gebouw heeft een eigen ingang.

Vooraf gaf Copilot me al een indruk van wat er te zien
zou zijn, maar ik besloot mijn eigen weg te gaan.
Mijn voorbereiding was beperkt: ik wist alleen dat ik
werken uit het (abstracte) expressionisme zou zien.
Ik stap een grote witte zaal binnen, met gedempt licht en
aan elke wand één of twee werken.
Soms staat er een beeld in het midden.
In een van de zalen met werken uit de
Hubert Looser Foundation zie ik twee ogenschijnlijk
totaal verschillende werken:
. Willem de Kooning’s Untitled XI en
. Sean Scully’s Red Doric 10.3.2013.

DSC05223KunsthausZürichWillemDeKooningUntiteldXI1982ÖlAufLeinwandDSC05225KunsthausZürichSeanScullyRedDoric10-3-2013-2013PastellAufPapier

Kunsthaus Zürich, Willem de Kooning, Untitled XI, 1982, öl auf leinwand en daaronder Sean Scully, Red Doric 10.3.2013, 2013, pastell auf papier.


Meteen rijzen er drie vragen:
1. Waarom is dit kunst
2. Waarom hangen deze werken in een en dezelfde ruimte en
3. Waarin verschillen ze.

Waarom is dit kunst?
Moderne kunst — en zeker abstracte kunst — stelt niet altijd
een herkenbaar onderwerp centraal.
In plaats daarvan draait het vaak om:
= een uitdrukking (expressie) van gevoel of een gedachte
zichtbaar in vorm, kleur en ritme;
= hoe het gemaakt is, de keuzes van materiaal en techniek
door de maker;
= een reactie op kunst zelf: onderzoeken wat een schilderij
is, wat is compositie, wat is betekenis?
= wat het met jou als toeschouwer doet: het is een uitnodiging
om te voelen, te denken, te dromen of te reageren;
= de ruimte voor interpretatie: omdat iedereen, elke keer,
iets anders ziet blijft het werk levend

Bij het latere werk van De Kooning zoals Untitled XI,
zie je bijvoorbeeld dat hij met brede, vloeiende penseelstreken
een werk maakt waarbij ook leegtes ontstaan – plekken waar
de verf stopt, maar het kijken doorgaat.
Het is geen afbeelding van iets, maar het roept misschien
vragen op als: welke sfeer past hierbij, is het wel af,
waar verwijst het naar, zou de maker antwoorden hebben,
heb ik antwoorden?

Bij Scully’s Red Doric zie je een vol vel papier. Blokken,
soms horizontaal en soms verticaal, maar die samen de ruimte
volledig vullend. De naam van het werk verwijst naar
klassieke architectuur (Dorische zuilen), maar die vormen
zijn vertaald naar kleurvariaties en ritme.
Die massieve ‘muur’ van kleur kan verrassend ‘zacht’ aanvoelen
– met pastelverf zijn het donzige vlekken geworden.

Kortom: het is kunst omdat het een visuele taal spreekt die
niet letterlijk is, maar gevoelsmatig, filosofisch of zintuiglijk.

Waarom hangen deze werken in dezelfde ruimte?

Op het eerste gezicht lijken ze totaal verschillend:
De Kooning: organisch, vloeiend, intuïtief.
Scully: geometrisch, gestructureerd, bedachtzaam.
Maar ze delen een aantal diepere overeenkomsten:

Beide kunstenaars werken zonder concrete voorstelling
te schilderen (abstract).
Ze gebruiken kleur en vorm als manier om het gesprek
met de kijker aan te gaan.

Ze zijn beide vertegenwoordigd in de
Hubert Looser Foundation, die juist het gesprek tussen
stromingen wil tonen.
Door ze samen te tonen, nodigt het museum je uit om te
vergelijken, te voelen, te zoeken naar verbanden.
Niet om een verhaal te volgen, maar om je eigen
interpretatie te vormen.

Waarin verschillen ze?

WillemDeKooningSeanScullyKlein

Het gaat om kunst, hoe ga ik dan kijken?

Laat het ‘moeten’ los

Ik moet niets.
Ik hoef niet meteen te begrijpen wat ik zie.
Moderne kunst is vaak niet bedoeld om direct te verklaren,
maar om te ervaren.

Ik vraag mezelf niet: “Wat betekent dit?”
Maar: “Wat doet dit met mij?”

Bijvoorbeeld:

Bij De Kooning voel ik me ongemakkelijk.
Is het door de beweging, de ongrijpbaarheid.

Van Scully wordt ik rustig. De kleuren spreken me aan.
De herhaling, de structuur, het donzige beeld.
Dat gevoel is de ingang.

Stel eenvoudige vragen

Ik hoef geen kunsthistoricus te zijn.
Wat zie ik? (vormen, kleuren, ritme)
Wat voel ik? (onrust, rust, spanning, leegte)
Wat zou dit kunnen zijn? (een herinnering, een ritueel, een ruimte)

Bij De Kooning zie ik een dans van verf.
Bij Scully een muur met donzige stenen.
Ik hoef het niet te weten, ik mag het bedenken.

Gebruik de ruimte als gids

Als deze werken samen hangen, dan is dat een keuze van iemand (met
meer kennis over achtergronden, enz).

Wat gebeurt er tussen deze werken?
Wat zegt de ene tegen de andere?
Wat verandert er in mijn blik als ik van het ene naar het andere kijk?

Bijvoorbeeld:

De Kooning beweegt. Scully staat stil.
De ene is haast een wervelwind, de andere een fundament.
Spreken ze over chaos en orde?

Meer praktisch

Hoe ga je om met zoveel kunst op een tentoonstelling?
Een kleine tentoonstelling toont al snel twintig werken,
en grote exposities kunnen er honderden bevatten.

Hoe ik dat oplos is met mijn camera.
Bezoekers van mijn blog hebben dat waarschijnlijk al gezien.
Veel werken eindigen op mijn computer als digitale file.

Ik maak foto’s intuïtief: ‘wat een kleuren’, ‘dit is groot’,
‘zoiets heb ik nog nooit gezien’, ‘wat is dat?’,
‘is dat van X?’, ‘oh, mooi!’, alles wat me raakt of
opvalt leg ik vast.
En eerlijk gezegd: een foto maken kost me niets, dus beter
een foto te veel dan te weinig.

Thuis verwerk ik de foto’s tot een blogbericht.
Daarbij ontdek ik vaak dingen die ik tijdens het museumbezoek
niet had gezien of gevoeld.

Als het kan ga ik vaker naar dezelfde tentoonstelling of
collectie. Maar dat kan maar zelden.

Al maak ik dan veel foto’s, het aantal werken dat me
werkelijk raakt is soms heel beperkt. Veel minder dan
het aantal foto’s dat ik maak maar soms heb je meer kennis
nodig om werk te kunnen waarderen. Dat kost tijd.
Dus misschien de volgende keer.
Aan een beperkt aantal werken besteed ik dan veel tijd
in het museum, soms al vooraf en zeker ook achteraf.

En gelukkig is er, tot nu toe, nog steeds een volgende keer….

Kunstvaria

 photo AliShiraziAlRahman-SooratAlRahmanFromTheQuran-2012AcrylicOnCanvas.jpg

Ali Shirazi, Al Rahman (soorat Al Rahman from the Quran), 2012, acrylic on canvas.

‘Al Rahman’ is een groep verzen uit de Koran die uitgeschreven worden
op het werk hierboven.
Tekst in de kunst heeft voor mij een bijzondere aantrekkingskracht.


 photo AllanWexlerRockBottom2014Hand-workedInkjetPrintsOnPanel.jpg

Allan Wexler, Rock bottom, 2014, hand-worked inkjet prints on panel.

Dit gat in de grond, met de ladder, zijn meerdere foto’s
die met een inkjet printer zijn gemaakt en die dan vervolgens
tot dit beeld zijn verwerkt.


 photo AvishKhebrehzadehMaskhara712014GraphiteAndMarkerOnLayersOfPaper.jpg

Avish Khebrehzadeh, Maskhara 71, 2014, graphite and marker on layers of paper.


 photo BanksyMobileLovers.jpg

Banksy, Mobile lovers.


 photo EugegraveneIsabeySunsetOnTheNormandyCoast1803ndash1886OilOnPaperMountedOnCanvas.jpg

Eugène Isabey, Sunset on the Normandy Coast, 1803 – 1886, oil on paper mounted on canvas.


 photo LynetteYiadom-BoakyeAToastToTheHealthOf2011OilOnCanvas.jpg

Lynette Yiadom-Boakye, A toast to the health of 2011, oil on canvas.


 photo ManshengWangLotusPondInSummer.jpg

Mansheng Wang, Lotus pond in summer.


 photo MichelangeloMerisiCalledCaravaggioTheCrowningWithThornsCa1602-1604.jpg

Michelangelo Merisi / Caravaggio, The crowning with thorns, circa 1602 – 1604.


 photo SolLeWittDistortedCubesEEditionOf502001ColorLinocut.jpg

Sol Le Witt, Distorted cubes E, edition of 50, 2001, color lino cut.


 photo VilhelmHammershoslashiSunOverTheSeaCirca1902.jpg

Vilhelm Hammershøi, Sun over the sea, circa 1902.


 photo WillemDeKooningMarilynMonroe1954OilOnCanvas.jpg

Willem de Kooning, Marilyn Monroe, 1954, oil on canvas.


Kunstvaria

 photo BarbaraTakenagaBlueSplash2013AcrylicOnLinen.jpg

Barbara Takenaga, Blue splash, 2013, acrylic on linen.


 photo BoscoSodiUntitled2012MixedMediaOnCanvas.jpg

Bosco Sodi, Untitled, 2012, mixed media on canvas.


 photo BronzeFigureOfParvatiSouthIndiaCholaPeriodCirca1100.jpg

Bronze figure of Parvati, South India, Chola period, circa 1100.


 photo FransHalsTheSmokerDeRokerC1623ndash25OilOnWood.jpg

Frans Hals, The smoker (De roker), circa 1623 – 1625, oil on wood.


 photo GerhardRichterGreen-Blue-Red1993OilOnCanvas.jpg

Gerhard Richter, Green-Blue-Red, 1993, oil on canvas.


 photo KazimirMalevichSelf-Portrait1908Or1910-1911GouacheOnPaper.jpg

Kazimir Malevich, Self-portrait, 1908 or 1910 – 1911, gouache on paper.


 photo LucasCranachTheElderAdorationOfChristOilOnCanvas.jpg

Lucas Cranach the Elder, Adoration of Christ, oil on canvas.


 photo LucasCranachTheElderPortraitOfDesideriusErasmusC1530-36OilOnPanel.jpg

Lucas Cranach the Elder, Portrait of Desiderius Erasmus, circa 1530 – 1536, oil on panel.


 photo MasterOfJacquesDeBesanccedilonMassOfStGregoryAbout1500TemperaColorsInkAndGoldOnParchment.jpg

Master of Jacques de Besancon, Mass of St Gregory, about 1500, tempera colors, ink and gold on parchment.


 photo Millefleur-Star-Lattice-carpetLate17thEarly18thCenturyMughalIndia.jpg

Millefleur-Star-Lattice-carpet, late 17th – early 18th century, Mughal, India.


 photo NickBrandtRangerWithTusksOfKilledElephantAmboseli2011ArchivalPigmentPrint.jpg

Nick Brandt, Ranger with tusks of killed elephant, Amboseli, 2011, archival pigment print.


 photo SuShiDongrsquopoMeaningEasternSlopeTheGongFuTieCalligraphy1037-1101.jpg

Su Shi (ook Dongpo genoemd, wat betekent Eastern Slope of oostelijke helling) The Gong Fu Tie Calligraphy, 1037 – 1101.

Su Shi
Su Shi, who is also sometimes known as Dongpo,
was born in Sichuan province to a family of preeminent literatis.
As a young prodigy he came to the attention of Emperor Renzong (1010-1063),
and achieved celebrity status when he provided perfect responses
in ancient prose for his civil service exams.
For the next twenty years he held a variety of government posts,
and was particularly known for his economic policies
and construction of many public projects, including the “Su’di”,
the pedestrian causeway cross the West Lake
that’s been romanticized by poets and painters for centuries.

However, political changes meant he fell out of favour
from time to time and was banished repeatedly for his open criticism
of the dominant “New Policy Group”.
During his long exiles to the lush and remote Hubei province
and Hainan Island, Su Shi committed to Buddhist meditation
and produced some of the most wellknown poems
and calligraphy ever published in the Chinese language.
While living on a farm, he adopted his literati name,
“Dong’po”, meaning “eastern slope”.

His popularity surged after his death in 1101 as he became
the revered and mythical namesake for numerous landmarks
and the subject of countless paintings and poems.
Manuscripts by Su Shi are among the most sought-after objects
in Chinese history.

The Gongfu Calligraphy
Although just nine characters long
The Gong Fu Tie Calligraphy has resonated with scholars for centuries
who have recognized its technical sophistication as well as
the Su Shi’s humanism it so beautifully embodies.
The piece has been recorded in many of the most authoritative books
on Chinese art and been lavished with praise,
with the well-known author Weng Fanggang describing it
as ‘a divine piece of calligraphy.’
This work was completed mid-way through the artists career
in his mature period and is a goodbye letter
to Su Shi’s fellow artist Guo Gufu (1035-1113)
a close friend despite differing political views.


 photo WillemDeKooningThePrivelegedUntitledXX1985OilOnCanvas.jpg

Willem de Kooning, The priveleged (Untitled XX), 1985, oil on canvas.


 photo ZengFanzhiTheLastSupper2001OilOnCanvas.jpg

Zeng Fanzhi, The Last Supper, 2001, oil on canvas.


Kunstvaria

Soms hangt het allemaal van toeval aan elkaar,
maar ja, toeval bestaat niet.
De eerste twee afbeeldingen die ik verzamelden voor deze kunstvaria
waren liggende mensen, ongeveer dezelfde houding.
Maar wat een verschil.

Brian McCutcheon, Lounge 2011, from the series alien landscape, cibachrome print on paper.

_________________________________________________________

Jean-Auguste-Dominique Ingres, Odalisque and slave, 1839, graphite, black and white chalk, gray and brown wash.

_________________________________________________________

David Hockney, Winter timber, 2009, oil on 15 canvasses.

_________________________________________________________

George Hurrel, Joan Crawford, 1933, publicity photo for ‘Dancing Lady’, gelatine silver print.

_________________________________________________________

Jeong-Han Yun, Zen 23, 2011, handmade paper.

_________________________________________________________

Lucas Cranach The Younger, Portrait of a woman, around 1550.

_________________________________________________________

Pablo Picasso, La soupe, 1902, oil on canvas.

_________________________________________________________

Ravi Varma, Untitled (Himalayan beauty).
Datering onbekend.

_________________________________________________________

Salvador Dali, Three hippies, 1970, color drypoint & lithograph.

_________________________________________________________

Vecellio de Gregorio Tiziano (Titian), Cristo con la Cruz a cuestas (Christ and the Cyrenian), 1565.

_________________________________________________________

Willem de Kooning, Door to the river, 1960, oil on canvas.

_________________________________________________________

Xu Beihong, Buffaloes, 1935.

_________________________________________________________

‘Het meisje met de parel’ is het mooiste.

‘Het meisje met de parel’ van Johannes Vermeer
is gekozen tot het mooiste schilderij van Nederland.
Met 26 procent van de stemmen liet het doek
de concurrentie ver achter zich.

De tweede plaats was voor een ander schilderij van Vermeer:
‘Gezicht op Delft’.
Daarmee werd Rembrandt in dit Rembrandtjaar dubbel verslagen.
Zijn ‘Het Joodse bruidje’ eindigde als derde.

Bij de door Trouw georganiseerde verkiezing
brachten zo’n 8000 mensen een stem uit.
De Gouden Eeuw was verreweg de meest favoriete periode.

Dat blijkt ook uit de uitslag,
want de schilderijen van Vermeer en Rembrandt
behaalden beduidend meer stemmen dan die uit andere periodes.
Daarna komen Vincent van Gogh, Pieter Bruegel en Panorama Mesdag.
De modernste werken van Mondriaan, Willem de Kooning,
Reinhart Dozy en Robert Zandvliet bleven op enkele procenten
van de stemmen steken.

De uitslag:

1 – Johannes Vermeer / Het meisje met de parel 26%
2 – Johannes Vermeer / Gezicht op Delft 16%
3 – Rembrandt / Het Joodse bruidje 15%
4 – Vincent van Gogh / Korenveld met kraaien 12%
5 – Pieter Bruegel de Oude / De toren van Babel 10%
6 – W.H. Mesdag / Panorama Mesdag 9%
7 – Piet Mondriaan / Victory Boogie Woogie 4%
8 – Willem de Kooning / Rosy-fingered dawn at Louse Point 3%
9 & 10 – Reinhart Dozy / Droomkanaal 2%
9 & 10 – Robert Zandvliet: / Zonder titel, 2005 2%