Er was al hotelkunst te zien in een eerder bericht over Shanghai.
Maar op de laatste ochtend van het eerste bezoek (ik zou later
vanuit Shanghai terugvliegen naar Nederland) bij het ontbijt,
ontdekte ik nog iets.
Een beetje achter het ontbijtbuffet hing dit werk. Dit heb ik eerder gezien. Dat klopt natuurlijk. Ik zag het de laatste keer nog op de grote Vermeer-tentoonstelling in het Rijksmuseum. Daar maakte ik de volgende foto.
Rijksmuseum, Johannes Vermeer, Gezicht op Delft, 1660 – 1661, olieverf op doek. Normaal hangt het in het Mauritshuis in Den Haag.
De vogende berichten bevatten foto’s die ik maakte in Jingde Zhen
of Jingdezhen.
Het is in deze plaats dat de keizerlijke porceleinfabriek stond.
Dat wordt prachtig beschreven door Edmund de Waal in zijn
boek uit 2015: De Witte Weg – Verslag van een obsessie.
Hij beschrijft zijn eigen obsessie met het materiaal waarmee
hij zijn keramieke kunstwerken maakt maar ook de obsessie van
liefhebbers van keramiek door de eeuwen heen.
Het boek leest als een avonturenroman en brengt Edmund (een
Engelsman) en de lezers in onder andere China (Jingdezhen),
Duitsland (Meissen) en Engeland (Wedgewood).





