De Nerée en de draad die verder reikt

Toen ik begon aan de serie berichten over de tentoonstelling Anders dan de Anderen
met werk van Carel de Nerée tot Babberich was het plan 5 berichten te schrijven.
Het avontuur is anders gelopen. Dit is intussen het laatste en negende deel.

Een aantal van die delen zouden gaan over de persoonlijke thema’s
in het werk van De Nerée.
Omat ik mijn verhaal graag wil illustreren met eigen foto’s,
lukte dat bij sommige thema’s niet.
Daarnaast vind ik het zelf moeilijker te schrijven over de betekenis van
die persoonlijke symboliek dan over de materiaalkeuze zoals het type papier
of het borduurwerk.
Maar zo gaan avonturen nu eenmaal: ze volgen zelden het oorspronkelijke plan.

Hieronder een overzicht van de persoonlijke thema’s (symbolen)
die in het werk van Carel de Nerée regelmatig terugkeren:

Koppen/portretten
vaak gestileerd, melancholisch of mysterieus, soms met gesloten ogen.
(Vrouw)figuren
centraal in veel werken, vaak elegant, mystiek of sensueel.
Bloemen
vooral gestileerde bloemen, soms verwelkt of in decoratieve patronen.
Slangen
symbool van verleiding, gevaar of mystiek; komen regelmatig voor.
Web/arabesk patronen
zeer typerend voor zijn stijl, vaak als achtergrond of decoratief element.
Schedels/skeletten
verwijzingen naar vergankelijkheid, dood en decadentie.
Pauwen en exotische motieven
vooral in decoratieve elementen, soms als achtergrond of kledingmotief.

Naast de taal van Carel de Nerée werd ik het meest getroffen door het
borduurwerk dat er op de tentoonstelling te zien is.
De geborduurde werken op de tentoonstelling komen voor de rekening van de moeder
van Carel, Constance de Nerée tot Babberich – van Houten.

Al op de tentoonstelling liet me dat borduurwerk niet los. Er is heel veel werk
in gaan zitten, vooral in het grote werk
The seven princesses – Une théorie de jeune fille, waaraan ook
Hermine Schuylenburg heeft gewerkt.

Het borduurwerk staat in dienst van het ontwerp. De vormentaal en symboliek
zijn die van Carel. Daar is niets mis mee, maar dat kan ook anders.

IMG_7367CarelDeNeréeTotBabberichOntwerpCarelBoduurwerkConstanceDeNeréeTotBabbeich-VanHoutenColloqueSetimental1903BoduurwerkOpGeschilderdeZijde

Ontwerp van Carel de Nerée tot Babberich, boduurwerk door Constance de Nerée tot Babbeich – van Houten, Colloque setimental (Sentimentale conferentie), 1903, boduurwerk op geschilderde zijde.

IMG_7368CarelDeNeréeTotBabberichOntwerpCarelBoduurwerkConstanceDeNeréeTotBabbeich-VanHoutenColloqueSetimental1903BoduurwerkOpGeschilderdeZijdeDetailIMG_7369CarelDeNeréeTotBabberichOntwerpCarelBoduurwerkConstanceDeNeréeTotBabbeich-VanHoutenColloqueSetimental1903BoduurwerkOpGeschilderdeZijdeDetailIMG_7370CarelDeNeréeTotBabberichOntwerpCarelBoduurwerkConstanceDeNeréeTotBabbeich-VanHoutenColloqueSetimental1903BoduurwerkOpGeschilderdeZijdeTxt


IMG_7371CarelDeNeréeTotBabberichOntwerpCarelBoduurwerkConstanceDeNeréeTotBabbeich-VanHoutenLeVitrail1903-1904BorduurwerkEnSchilderingOpZijde

Van dit ‘gebrandschilderde raam’ liet ik eerder al een detail zien. Ontwerp Carel de Nerée tot Babberich, boduurwerk Constance de Nerée tot Babbeich – van Houten, Le Vitrail, 1903 – 1904, borduurwerk en schildering op zijde.

IMG_7372CarelDeNeréeTotBabberichOntwerpCarelBoduurwerkConstanceDeNeréeTotBabbeich-VanHoutenLeVitrail1903-1904BorduurwerkEnSchilderingOpZijdeIMG_7373CarelDeNeréeTotBabberichOntwerpCarelBoduurwerkConstanceDeNeréeTotBabbeich-VanHoutenLeVitrail1903-1904BorduurwerkEnSchilderingOpZijdeTxt


Toen ik de tentoonstelling gezien had en terug liep naar de uitgang, zag ik
een werk van een van de deelnemers van de Galatea Kunstprijs.
Een prijs voor kunstenaars die kort hiervoor vluchteling waren.
Wat me opviel waren de vormen die de maker gebruikte – ze sluiten aan
bij Art Nouveau.
Het werk is van 2024 en er komt geen textiel aan te pas (al lijkt
het op het eerste gezicht en van afstand op borduurwerk).

IMG_7384DordrechtsMuseumGaateaPrjsHarrisonOmoyatePiano2024CollageVanTandenstokersEnSatéprikkersOpEenPiano

Dordrechts Museum, Gaatea Kunstprijs, Harrison Omoyate, Piano, 2024, collage van tandenstokers en satéprikkers op een piano (materiaal gevonden in de biirt van een AZC).

IMG_7385DordrechtsMuseumGaateaPrjsHarrisonOmoyatePiano2024CollageVanTandenstokersEnSatéprikkersOpEenPianoTxtIMG_7386DordrechtsMuseumGaateaPrjsHarrisonOmoyatePiano2024CollageVanTandenstokersEnSatéprikkersOpEenPianoDetail


Lange tijd werd textiel niet gezien als een materiaal dat zich leende om autonome kunst te maken.
Het feit dat het vaak om vrouwelijke kunstenaars ging, speelde hierbij een belangrijke rol.
In de emancipatie van ambacht naar kunst hebben verschillende, vooral vrouwelijke kunstenaars een belangrijke rol gespeeld.

Tekst uit het Nederlandse boekje bij de tentoonstelling
Magdalena Abakanowicz – Everything is made of fiber.

Een toevallige overeenkomst tussen De Nerée en Abakanowisz is hun
adellijke afkomst.
Het verschil: De Nerée overlijdt vóór de wereldoorlogen,
terwijl de familie van Abakanowicz zwaar getroffen wordt door
de Tweede Wereldoorlog in Polen (als Abakanowicz nog een kind is).

Waar Constance de Nerée tot Babberich – van Houten textiel gebruikt
om een idee van haar zoon uit te werken,
vertrekt Abakanowicz juist vanuit de materiele eigenschappen van
textiel en de technieken die traditioneel gebruikt worden om
textiel te maken.

IMG_7485MagdalenaAbakanowiszAnnaIII1965LinnenPaardenhaarWolKatoen

Dit is een wandkleed. Een traditionele manier om textiel te verwerken. Maar het is al een abstract werk, groot, waar materialen en techniek centraal staan. Je kunt nog zeggen dat het twee dimensionaal is. Ook daar zal ze later mee breken. Tilburg, TextielMuseum, Magdalena Abakanowicz, Anna III, 1965 (het oudste werk op de tentoonstelling), linnen, paardenhaar, wol en katoen.


IMG_7483MagdalenaAbakanowiszDiptere1967HennepSisalPaardenhaar

TextielMuseum, Magdalena Abakanowicz, Diptère, 1967, hennep, sisal, paardenhaar.


Waar het textiel-avontuur van Abakanowicz toe leidt kun je zien
in berichten die ik nog ga maken.
Maar misschien kun je ook snel (vóór 24 augustus) nog gaan kijken
in TextielMuseum in Tilburg.

De geïdealiseerde portretten van De Nerée

Op de tentoonstelling ‘Anders dan de anderen’ over het werk
van Carel de Nerée tot Babberich, zijn een aantal portretten te zien.
In algemene zin gebeurt er erg veel in de tentoonstelling en
dat is bij de portretten ook zo.

Wat me opviel was zijn papiergebruik.
Ik zag het pas toen ik de foto’s die ik maakte op de tentoonstelling
nog eens bekeek.
Het papier lijkt me een handgeschept papier met een grove structuur.

Als je de technische aspecten of de gelijkenis van de tekening
goed wilt laten uitkomen dan zou ik eerder kiezen voor papier met een
hele fijne structuur. Dan krijgt de structuur van het papier veel minder
kans om een element te worden in de waarneming van de toeschouwer.

Maar daar lijkt De Nerée niet voor gekozen te hebben met als gevolg
dat je die extra nuance krijgt in de vlakken.
Je kunt dat bewust opzoeken.
Door deze keuze krijgt de tekening, in mijn ogen, iets van een digitaal
gegenereerd 3D-beeld.
De papierstructuur versterkt dat effect.

Opvallend is dat De Nerée bij *Vrije studie naar een onbekende* voornamelijk
het midden en onderste deel van het papier benut.
De Nerée heeft zelfs een soort van kader ingekleurd achter het gezicht
van de figuur.
Blijkbaar was alleen het gezicht van belang.

IMG_7333 01CarelDeNeréeTotBabberichVrijeStudieNaarEenOnbekende1900-1901Potlood

Carel de Nerée tot Babberich, Vrije studie naar een onbekende, 1900 – 1901, potlood.

IMG_7333 02CarelDeNeréeTotBabberichVrijeStudieNaarEenOnbekende1900-1901Potlood

Carel de Nerée tot Babberich, Vrije studie naar een onbekende, detail.

IMG_7335CarelDeNeréeTotBabberichKijkenInDeZielTxt

IMG_7337CarelDeNeréeTotBabberichPortretstudieVanEenGezichtMetGefronsteWenkbrauwen(HenriVanBoovenMissch)1900-1901Zilverstift

Carel de Nerée tot Babberich, Portretstudie van een gezicht met gefronste wenkbrauwen (Henri van Booven?), 1900 – 1901, zilverstift.

IMG_7338CarelDeNeréeTotBabberichPortretstudieVanEenVrouw1900-1901Potlood

Carel de Nerée tot Babberich, Portretstudie van een vrouw, 1900 – 1901, potlood.


De bovenstaande portretten hingen bij elkaar aan het bgin van
de tentoonstelling. Het volgende portret hing een eind verderop.
Maar de tekening van Luisa Casati is ook geen ‘foto’.
Meerdere kunstenaars maakten werken met haar.
Ik laat er een paar volgen, inclusief een beschrijving die ik
op een blog vond. Dit Engels citaat sluit mooi aan op
mijn bezoek aan het Dordreachts Museum.

IMG_7357CarelDeNeréeTotBabberichPortretstdie(LuisaCasati)Ca1905Potlood

Carel de Nerée tot Babberich, Portretstdie (Luisa Casati), circa 1905, potlood.

IMG_7358CarelDeNeréeTotBabberichPortretstdie(LuisaCasati)Ca1905PotloodTxt


KeesVanDongenLaCasati1918

Kees van Dongen, La Casati, 1918.

Citaat van de website byronsmuse.wordpress.com:

Casati’s face, even in photographs, is a kind of dramatic face that one doesn’t forget too soon and I guess, in that regard, van Dongen’s portrait is realistic. Apart from the face perhaps, the portrait isn’t realistic at all, the figures are in fact very stylised and the colours are nonmimetic, far too intense and vibrant, though typical for Kees van Dongen’s Fauvist style. Still, even on a deeper layer it is ‘realistic’ because Luisa Casati’s extravagant persona and the nocturnal, fantasy city of Venice have a lot in common. Casati lived in Venice, from 1910 to 1920, at the Palazzo Venier dei Leoni, on Grand Canal in Venice.

Even when she left the city, the city stayed inside of her because the two, Luisa and Venice, are as two sides of the same coin in terms of character; both posess the watery fluidity and bluntly refuse to be defined or define themselves, both are eccentric, self-obsessed narcissists with a fetish for deception and self-deception through lies and masquerade, anxiously putting on false facades, as is indeed typical for Venetian architecture, and layers and layers of rouge, red lipstick, mascara, feather boas, jewels and feathers, so that the final facade is so rich with layers which are impossible to peel off and get to the core. Luisa, like the waters and canals of Venice, is capricious and changeable. Garish red hair, large black eyes like bottomless abysses, unhealthy absinth-greenish complexion, thin and elongated figure, midnight blue formless, fluid gown. The scene at once nocturnal and Venetian, and yet out of time and place. Nothing about it seems realistic or accurate, and Kees van Dongen for one never strived to capture anything realistically, if painting is lying, then he lied beautifully. He would always put a special emphasis on the woman’s figure, and he would exaggerate it, elongate it purposefully, and the clients loved it.

ManRayLaMarquiseCasati1935VintageSilverPrint

Man Ray, La Marquise Casati, 1935, vintage silver print. Deze foto zegt veel over Luise Casati.

ManRayCasati1922

Man Ray, Casati, 1922. Prachtige foto met de dubbele set ogen.


IMG_7383CarelDeNeréeTotBabberichVrouwenfiguurCa1906Potlood

Carel de Nerée tot Babberich, Vrouwenfiguur, circa 1906, potlood.

Uit praktische overwegingen heb ik mezelf enigszins gecensureerd.
Op de tentoonstelling is een schitterende potloodtekening te zien
van een naakte, dromerige jonge vrouw.
Dromerig maar ook bij de les.

Omdat mijn Amerikaanse hostingsite mogelijk aanstoot zou nemen
aan de volledige afbeelding, toon ik enkel het hoofd.
Ook dat deel is opvallend, dankzij de overwegend zachte tekenstijl,
die hier en daar met donkere accenten wordt versterkt.

Het is duidelijk dat de tentoonstelling een overvloed aan indrukken
en details biedt.
Het blijkt lastig om deze rijke dynamiek te vatten in een beknopte tekst.
Waarschijnlijk volgen er nog twee berichten waarin ik weer verder
inga op deze fascinerende beelden.

Van De Nerée naar Prince: Langs lijnen van symboliek

Over schoonheid, suggestie en zes kunstenaars die spreken zonder uitleg

Het mysterie in het zichtbare

Symboliek in kunst is vaak mysterieus, gelaagd, en soms moeilijk te duiden.
Toch zijn er werken die, ondanks hun raadselachtige inhoud,
een breed publiek aanspreken.
Ze zijn visueel aantrekkelijk, muzikaal meeslepend, of
architectonisch indrukwekkend.

Tegelijk roepen ze vragen op, suggereren ze betekenissen die
zich niet meteen laten vastleggen.
In dit bericht verken ik zes kunstenaars die elk op hun eigen manier
werken met toegankelijke symboliek:
kunst die uitnodigt tot kijken, luisteren en voelen,
maar die zich niet volledig laat verklaren.

Niet al deze kunstenaars zijn symbolisten in de strikte zin van het woord.
Sommigen werkten in andere tijden, andere genres, andere contexten.
Maar ze delen een beeldtaal waarin het zichtbare verwijst naar iets groters.
Een innerlijke wereld, een maatschappelijk commentaar, een spirituele dimensie.

Ik nodig je uit een reis met mij te maken langs beelden en klanken
die het mysterie niet verbergen, maar juist zichtbaar maken.

Zoals vaker de afgelopen dagen begin mijn reis in het Dordrechts Museum
bij de tentoonstelling over Carel de Nerée tot Babberich.
Maar eerst sta ik even kort stil bij de kunstenaars:

Carel de Nerée tot Babberich (1880–1909)

Nederlandse kunstenaar en schrijver, actief rond 1900. Zijn werk is sterk beïnvloed door het symbolisme en de Art Nouveau. Hij maakte verfijnde tekeningen en aquarellen die vaak droomachtig, mystiek en introspectief zijn. Zijn beeldtaal is elegant en geladen met suggestieve motieven, zoals gestileerde vrouwenfiguren, maskers en arabesken.

Antoni Gaudí i Cornet (1852–1926)

Catalaanse architect, bekend om zijn organische, fantasierijke ontwerpen die religieuse en natuurlijke symboliek combineren. Zijn beroemdste werk is de Sagrada Família in Barcelona, een kathedraal die zowel visueel spectaculair als spiritueel diepgaand is. Gaudí’s architectuur is toegankelijk door haar vormrijkdom, maar zit vol verborgen betekenissen.

Salvador Domingo Felipe Jacinto Dalí i Domènech (1904–1989)

Spaanse surrealistische schilder, beroemd om zijn bizarre, droomachtige beelden zoals smeltende horloges, zwevende figuren en olifanten op stelten. Zijn werk is visueel verleidelijk en vaak humoristisch, maar bevat ook diepe lagen van psychologische en filosofische symboliek. Dalí speelde met herkenbaarheid en raadselachtigheid.

Alberto Giacometti (1901–1966)

Zwitserse beeldhouwer en schilder, bekend om zijn langgerekte, fragiele menselijke figuren. Zijn werk onderzoekt de menselijke aanwezigheid, kwetsbaarheid en existentie. De sculpturen zijn eenvoudig van vorm maar beladen met betekenis, en worden vaak gezien als symbolen van de moderne mens in een onbegrijpelijke wereld.

Keith Jarrett (1945–)

Amerikaanse pianist en componist, vooral bekend om zijn solo-improvisaties op piano. Zijn muziek is intuïtief, spiritueel en vaak meditatief.

Prince Rogers Nelson (1958–2016)

Amerikaanse zanger, componist en multi-instrumentalist. Prince was een visionair artiest die genres vermengde en zijn werk doordrenkte met symboliek, spiritualiteit en maatschappelijk commentaar.

Aan de hand van voorbeelden, hier in het bericht, of
via een link, verken ik de onereenkomsten.

IMG_7355CarelDeNeréeTotBabberichStudieNaarOhasanHetSchoneBeeldV1900-1901Oost-indischeInksMetPenEnPenseel

Carel de Nerée tot Babberich, Studie naar Ohasan: Het schone beeld V, 1900 – 1901, oost-indische inkt met pen en penseel.

IMG_7356CarelDeNeréeTotBabberichStudieNaarOhasanHetSchoneBeeldV1900-1901Oost-indischeInksMetPenEnPenseelTxt


IMG_7423BoekenmarktBreda

Toen ik vanmiddag over de Grote Markt liep in Breda, waar het iedere woensdag boekenmarkt is, viel meteen het boek over Gaudi op.

IMG_7425GaudiSagradaFamilia

De Sagrada Familia met de oostfacade. Daarin bevindt zich het Portaal van de Liefde. Hier liet Prince een foto van zich zelf maken die op de CD The Gold Experience (1995, Terry Gydesen) stond.


SalvadorDaliThePersistenceOfMemory

Salvador Dali, The Persistence of Memory.

Het zal in 1980 zijn geweest dat ik op een dagtocht met de bus
Parijs bezocht. Ik woonde nog bij mijn ouders.
De aanleiding was de grote overzichtstentoonstelling met
het werk van Salvador Dali in Centre Pompidou.

Bewijs heb ik er niet meer van want in die tijd was ik
nog geen verzamelaar van boeken.
Maar al die werken van Dali maakte een verpletterend
bedwelmende indruk.

Er is iets onweerstaanbaars aan kunst die zich niet meteen
laat begrijpen. Een beeld, een klank, een zin die zich aandient
als duidelijk, maar zich bij nadere beschouwing onttrekt aan
interpretatie. Dat is het domein van het onbegrijpelijke.

Niet als obstakel, maar als uitnodiging.
Kunst die vragen oproept zonder antwoorden te geven,
nodigt de toeschouwer uit tot een actieve houding:
kijken, luisteren, voelen, zoeken.

Juist in een tijd waarin alles verklaard en geduid lijkt te
moeten worden. Soms tot Alternatieve feiten.
Juist dan biedt het onbegrijpelijke een ruimte van vrijheid.

Het stelt ons in staat om betekenis te ervaren zonder
haar steeds te moeten vastleggen.
Het mysterie is geen tekort, maar een kwaliteit.


Sinds de eerste keer dat ik werk van Giacometti zag intrigeerde het me.
Waar gaat het over, waarom trekt het me zo aan?
Gelukkig was er de kans in 2008 – 2009 werk van hem te zien
in Rotterdam, bij de Kunsthal.

IMG_7424AlbertoGiacomttiTentoonstellingsCatslogusKunsthal2008

Het is duidelijk dat de man loopt, dat zie je aan zijn hele houding.
Het is een man. Waar komt hij vandaan, waar gaat hij naar toe?
Maar wat als de man geen man is maar als het staat voor ons menselijk bestaan?
Het beeld is krachtdadig, resoluut, geen twijfel.
Je kunt zelfs zeggen energiek.

IMG_7426GiacomettiL'HommeQuiMarche1960Brons(Gegoten1981)

Giacometti, L’Homme qui marche, 1960, brons (gegoten in 1981).

De beelden ervaar ik als aantrekkelijk, zeker als ze ook nog eens in
een ruimte worden geplaatst door draadwerk.
Daarin zie ik een overeenkomst met zijn geschilderde/geschetste werk.

IMG_7428GiacomettiSirRobertSainsbury1958OlieverfOpDoek

Giacometti, Sir Robert Sainsbury, 1958, olieverf op doek.


Op mijn bureau lag een briefje met de naam Keith Jarret en
de titel ‘Facing you’. Om het op YouTube op te zoeken en
het te beluisteren. ‘Facing you’ is een van de (eerste?)
solo piano opnames van Jarrett. Uiteindelijk zal deze manier van
muziek maken er voor hem toe leiden dat hij The Köln Concert
uitbrengt. Zijn misschien wel meest bekende opname.

Ik besluit extra aandacht te geven aan Landscape for Future Earth
De muziek is contemplatief, zonder veel pieken of dalen
maar met steeds twee noten die terug komen.
Soms openlijk en herhalend, soms een beetje verstopt.
Deze twee toetsen komen de laatste 20 seconden van het stuk
niet meer terug. Dus ik vraag me af: is het een optimistische blik
op de toekomst of niet. Daar ben ik nog niet helemaal uit.
De algemene strekking is niet negatief, maar die laatste 20 seconden…..

Als je de muziek wilt horen dan kan dat hier:
Landscape For Future Earth.

De titel Landscape for Future Earth roept geen concrete plek op, maar een denkbeeldig, mogelijk utopisch of apocalyptisch landschap. Dit sluit aan bij de symbolistische neiging om via metaforen en suggestieve beelden een innerlijke of spirituele werkelijkheid op te roepen. Het is een landschap van de geest, niet van de geografie.

Jarretts spel in dit stuk is verstild, contemplatief, en rijk aan nuance. Hij gebruikt stilte en resonantie als betekenisvolle elementen — net zoals symbolistische dichters de witruimte en klankkleur van woorden inzetten om een sfeer op te roepen. De muziek lijkt niet te willen vertellen, maar eerder te verhullen en te verleiden tot interpretatie.

Symbolisten waren vaak gericht op het verleden of het tijdloze, maar ook op het droombeeld van een andere werkelijkheid. Future Earth klinkt niet als een technologische toekomst, maar als een mythisch of metafysisch visioen — een aarde die nog niet bestaat, behalve in de verbeelding. Dat maakt het verwant aan de droomwerelden van bijvoorbeeld Gustave Moreau of De Nerée tot Babberich.

Als je dit stuk zou willen visualiseren, zou je kunnen denken aan een landschap van mistige contouren, glinsterende luchten, en vage silhouetten — een soort muzikaal equivalent van een schilderij van Redon of een tekening van De Nerée. Het is een landschap dat zich niet laat vastleggen, maar zich ontvouwt in lagen van betekenis.


PrinceSignOfTheTime

Als voorbeeld uit het werk van Prince kies ik het nummer
Sign o’ the Times (Een teken des tijds).
In zijn werk koppelt Prince urgente maatschappelijke thema’s
(AIDS, drugs, geweld, ruimtevaart) aan een krachtige beeldtaal
door een video die op zich zelf al een kunstwerk is.
Tekst als beeld, ritme als betekenisdrager.

En dan, aan het eind, wat zegt hij daar eigenlijk:

Sign o’ the times mess with your mind
Hurry before it’s too late
Let’s fall in love, get married, have a baby
We’ll call him Nate if it’s a boy

Intussen weten we hoe het voor Prince zelf afgelopen is.

Hij benoemde misstanden, zong over idealen en kende
in zijn leven veel relationele en religieuze complexiteit.
relaties, religieuze zoektocht.

Het is natuurlijk cynisch dat hij er zelf gedurende zijn leven,
niet in slaagt om dat vredige huisje, boompje, beestje
te realiseren en dat hij aan zijn einde komt door een
overdosis pijnstillers.

Juist daarom klinkt die laatste strofe niet als een
naïeve wens, maar als een symbolische echo van iets
wat hij zelf niet kon vasthouden.

In France, a skinny man died of a big disease with a little name
By chance his girlfriend came across a needle and soon she did the same
At home, there are seventeen-year-old boys and their idea of fun is being in a gang called The Disciples, high on crack, totin’ a machine gun
Time
Times

Hurricane Annie ripped the ceiling off a church and killed everyone inside
You turn on the telly and every other story is tellin’ you somebody died
Sister killed her baby ‘cause she couldn’t afford to feed it
And we’re sending people to the moon
In September, my cousin tried reefer for the very first time
Now he’s doing horse; it’s June
Times
Times

Refrein

It’s silly, no?
When a rocket ship explodes
And everybody still wants to fly
Some say a man ain’t happy
Unless a man truly dies
Oh, why?
Time
Time

Baby, make a speech, star wars fly
Neighbors just shine it on
But if a night falls and a bomb falls
Will anybody see the dawn
Time
Times

Afsluiting

Sign o’ the times mess with your mind
Hurry before it’s too late
Let’s fall in love, get married, have a baby
We’ll call him Nate if it’s a boy
Time, times
Times, time


Een gedeelde taal van symbolen

Niet al deze kunstenaars zijn symbolisten in de strikte zin van het woord.
Sommigen werkten lang na het fin de siècle, anderen binnen
heel andere contexten — van jazz tot pop, van architectuur
tot beeldhouwkunst.

Maar wat hen verbindt, is het gebruik van een gedeelde symbolische taal:
een manier van werken waarin het zichtbare verwijst naar het onzichtbare,
waarin schoonheid niet alleen esthetisch is maar ook betekenisvol.
Hun werken zijn toegankelijk, nodigen uit tot verdieping.
Ze spreken tot het oog, het oor, en het innerlijk — en laten zien
dat het mysterie niet tegenover de helderheid staat,
maar er juist doorheen kan klinken.

Wat als De Nerée’s wereld een plek was waar je door kon dwalen?

De thematiek van Nerée — verval, stilering, mysterie — weerklinkt vandaag
in diverse culturele uitingen: in boeken, muziek, beeldcultuur en
persoonlijke expressievormen.

Niet dat dit in al zijn werken meteen en overduidelijk aanwezig is en
dat iedereen dat direct zal herkennen. Soms moet je zoeken.
Maar Sander Bink schrijft bijvoorbeeld in Verfijnde Lijnen op pagina 115 – 116:

Het meesterlijke en duistere Na het offer is een klassieke Carel de Nerée. ..… Bizar aan Na het offer is de gelijkenis met de heks Maleficent uit Walt Disney’s Doornroosje (1950).

IMG_7352CarelDeBeréeExtaseNaHetOfferDetail

Carel de Nerée tot Babberich, Extase – Na het offer (detail).

WaltDisneyMaleficent

Walt Disney, Maleficent, de heks uit Doornroosje.


De gelijkenis tussen Na het offer en Maleficent lijkt op het eerste gezicht
overduidelijk — een schot voor open doel.
Maar interpretatie is fluïde, en elke kijker werpt zijn eigen licht op
De Nerée’s schaduw.

Waar het om gaat is dat je in het werk veel elementen tegenkomt die ook mensen
van vandaag aanspreken:
de soms donkere, duistere sfeer, de stilistische vormgeving die aansluit bij
veel genres van stripverhalen, het dromerige, het naar binnen gekeerde, de
vrouwen, de bloemen en de mysterie.

Daarom kwam Copilot met het idee een wereld te beschrijven die heel goed de basis
voor een fantasyverhaal kan vormen en zich baseert op de esthetiek en symboliek
van Carel de Nerée tot Babberich.
Dit is die beschrijving:

Het Rijk van Lys Nocturne

In de schemerzone tussen droom en dood ligt Lys Nocturne, een verstilde wereld waar tijd geen richting kent en schoonheid een vorm van magie is. De lucht is er altijd fluweelachtig paars, als een eeuwige schemering, en de maan hangt laag en zwaar boven een landschap van zilveren bloemen en zwarte meren.

De Estheten van de Bleke Hof

De bewoners van Lys Nocturne zijn Estheten, wezens van porselein en zijde, met gezichten als maskers en ogen die nooit knipperen. Ze spreken in verzen, bewegen als dansers, en leven in paleizen van glas en ivoor. Hun macht komt voort uit symbolen: een lelie kan genezen, een masker kan herinneringen wissen, een gebaar kan een vloek zijn.

De Tuinen van Vergankelijkheid

Overal groeien bloemen die slechts één nacht bloeien — hun geur is bedwelmend, hun kleuren onnatuurlijk fel. De Estheten verzamelen ze niet, maar vereren hun verwelking als het hoogste moment van schoonheid. Alles in Lys Nocturne draait om het moment vóór het verval.

De Orde van het Zwijgende Masker

Een mysterieuze orde bewaakt de grenzen van het rijk. Ze dragen maskers die nooit worden afgezet, en hun ware gezichten zijn onbekend — misschien zijn ze leeg vanbinnen. Ze spreken niet, maar communiceren via symbolen en gebaren. Ze zijn de hoeders van de oude symboliek, en hun aanwezigheid roept zowel fascinatie als angst op.

Geen verleden, geen toekomst

In Lys Nocturne bestaat geen geschiedenis. Alles is eeuwig nu. Herinneringen zijn vluchtig, dromen zijn tastbaarder dan feiten. Kunst is de enige waarheid, en schoonheid is de enige wet.

Het podium voor een fantasyverhaal, een stripverhaal, een animatiefilm is daar.
De meest intrigerende zin in deze beschrijving van een fantastische wereld
vond ik:

maar vereren hun verwelking als het hoogste moment van schoonheid

Dat vraagt om een passage uit het fictieve boek dat zich
in Lys Nocturne afspeelt:

Uit: De Stilte van Lys Nocturne

De trappen van albast kraakten niet onder haar voeten — niets kraakte hier. Alles was stil, alsof het geluid zelf zich had teruggetrokken in de plooien van de gordijnen. Serelith, gehuld in een gewaad van nachtblauw fluweel, droeg een masker van zilverblad dat haar gezicht slechts gedeeltelijk verborg. Alleen haar ogen, groot en glanzend als zwarte opalen, keken de wereld in met een mengeling van verwondering en vermoeidheid.

Ze liep door de Galerij der Gebaren, waar elke nis een beeld bevatte van een hand in een andere houding: een gebaar van afscheid, van verlangen, van verraad. Geen namen, geen verklaringen. Alleen vorm. Alleen betekenis die zich onttrok aan woorden.

Buiten, in de Tuinen van Vergankelijkheid, bloeiden de lelies in het maanlicht. Hun bloemblaadjes glansden als ivoor, maar begonnen al te krullen aan de randen — schoonheid op het randje van verval. Serelith bleef staan bij een fontein waarin geen water stroomde, maar waar rook opsteeg in langzame spiralen. Ze ademde in. De geur was die van herinneringen die nooit van haar waren geweest.

Een figuur naderde, gehuld in een gewaad van spiegels. Geen gezicht, geen stem. Alleen een gebaar: een hand op het hart, een lichte buiging van het hoofd. De Orde van het Zwijgende Masker.

Serelith knikte. Ze wist wat dit betekende.

De droom was begonnen. Of misschien juist afgelopen. In Lys Nocturne vervaagt het verschil zoals mist in maanlicht.

Carel de Nerée tekende niet louter beelden; hij verbeeldde verhalen
die zich onttrekken aan taal. Zijn werk vertelt verhalen waarin verval,
stilering en mysterie de hoofdpersonen zijn. Die thema’s weerklinken
vandaag ook in diverse culturele uitingen: in boeken, muziek,
beeldcultuur en persoonlijke expressievormen.

De kracht van De Nerée’s beeldverhalen kan mensen van vandaag
aanspreken wanneer die gelegenheid ontstaat.
Als verteller door beelden laat Nerée zien dat betekenis niet altijd
uitgesproken hoeft te worden.
Zijn lijnen fluisteren, zijn symbolen ademen, zijn esthetiek leeft voort
— soms zichtbaar, soms verborgen, maar altijd aanwezig.

Met je neus in de boeken, een symbolistisch avontuur?

In de tentoonstelling van Carel de Nerée trekt een smaakvol gekozen
vitrine direct de aandacht in een ruime zaal.
Hij bracht mij ertoe de boeken in te duiken — en wie weet,
misschien zet dit bericht jou ook aan tot bladeren.

IMG_7374CarelDeNeréeTotBabberichVitrine

De vitrinetafel in het Dordrechts Museum.


De vitrine, een elegant, antieke vitrinetafel, bevat naast een aantal
documenten ook twee boeken. Wat mij direct trof waren de decoratieve
dwarsverbindingen aan de poten — kenmerkend voor het einde van de
19e en het begin van de 20ste eeuw.

Eén boek kende ik al, het andere was een onbekende titel voor mij:
Extase van Louis Couperus (1892) was me vertrouwd, maar
Johannes Viator – Het boek van de liefde van Frederik van Eeden,
eveneens uit 1892, kende ik nog niet.

IMG_7351CarelDeNeréeTotBabberichLouisCouperusExtase

Louis Couperus, Exta(z)se.


Ik heb Extase nog niet gelezen maar de kans is groot dat het er
in de toekomst no van komt. Voor nu even een korte samenvatting.

De roman volgt Cecile van Even, een jonge weduwe die in een sfeer van melancholie en introspectie leeft. Haar bestaan verandert wanneer ze Taco Quaerts ontmoet — een energieke, sensuele man die haar confronteert met haar diepste verlangens en spirituele idealen.
Het boek draait om de strijd tussen ziel en lichaam, tussen platonische liefde en aardse hartstocht. Cecile verlangt naar een zuivere, verheven liefde, terwijl Taco heen en weer geslingerd wordt tussen zijn spirituele kant en zijn dierlijke driften.
De titel verwijst naar de momenten van mystieke verbondenheid tussen Cecile en Taco — een geluk dat zo intens is, dat het bijna bovenmenselijk lijkt. Maar juist dat geluk is kwetsbaar: Taco verbreekt uiteindelijk het contact uit angst het te bezoedelen.

IMG_7351CarelDeNeréeTotBabberichLouisCouperusExtaseAfbeeldingBoekband


IMG_7350CarelDeNeréeTotBabberichJohannesViatorHetBoekVanDeLiefde

Frederik van Eeden, Johannes Viator – Het boek van de liefde.


Voor Johannes Viator – Het boek van de liefde kies ik voor een passage:

“Als ik iets moois vind in mijn wereld, dan is dat mooi mijn toevlucht, mijn rots, daarop bouw ik het huis mijner zaligheid… Maar er is een wil in mij, die mij omhoog houdt en doet leven, ondanks mijzelven, zonder dat ik weet hoe en waarom.”

IMG_7350CarelDeNeréeTotBabberichJohannesViatorHetBoekVanDeLiefdeIllustratieBoekband


De afbeelding op de omslag lijkt een waterlelie. Een veelgebruikt symbool.
De waterlelie staat met zijn wortels in de modder en hoog daarboven
drijft die mooie bloem. Dat is ook het streven van de hoofdpersoon:
‘Maar er is een wil in mij, die mij omhoog houdt en doet leven,…’
Kernbegrippen bij het waterleliesymbool zijn transcendentie, innerlijke
reinheid en spirituele ontwikkeling.

Deze boeken inspireerden Carel de Nerée tot een aantal werken. Ze zijn
niet perse bedoeld als illustraties op de boeken. Meer als vrije
interpretatie en inspiratie.

IMG_7343CarelDeNeréeTotBabberichJohannesViatorRenunciatie

Carel de Nerée tot Babberich, Johannes Viator, Renunciatie. Het beeld van een hoofd dat een waterlelie lijkt: met de voeten in het zand en met de bloem verheven. De titel Renunciatie staat voor afstand doen van bijvoorbeeld aardse genoegens of bezigheden. Een soort tansformatie ten behoeve van de ontwikkeling van de ziel om op te gaan in het spirituele. Het zwart zorgt er voor dat je ogen getrokken worden naar de bloem maar in de basale uitvoering van de stengel, de bladeren en het gezicht ligt de sleutel tot de invulling: het gaat niet om het fysieke maar om het verhaal dat wordt opgeroepen.


IMG_7359CarelDeNeréeTotBabberichPortretNaarFrederikVanEeden1900-1901Oost-indischeInktMetPen

Carel de Nerée tot Babberich, Portret naar Frederik van Eeden, 1900 – 1901, oost-indische inkt met pen. De afbeelding wordt genoemd ‘naar Frederik van Eeden’, niet ‘van’. Het is geen pasfoto, je zou kunnen zeggen: “het is niet eens af”, of….je kunt het ontbreken van details ook interpreteren als een poging de geestestoestand van Van Eeden weer te geven. Of hoe ‘dwingend’ De Nerée Van Eeden vindt met die priemende ogen….


IMG_7353CarelDeNeréeTotBabberichExtaseInleiding

Carel de Nerée tot Babberich, Extase – Inleiding, 1900 – 1901, oost-indische inkt met pen en penseel en aquarel. We zien een liggende vrouw. Ze lijkt te slapen. Een moment van rust. De ontspannen houding van iemand die open staat voor dingen die gaan gebeuren. Het bos op de achtergrond lijkt zich te spiegelen als schaduwen die zich vooruit werpen. Of het goed zal komen of fout zal aflopen is nog versluierd. De extase is nog afwezig. Het hoofd lijkt te rusten op een steun van mooie pauwenveren. Een stapel ‘ogen’ met iriserende veren. De aankondiging.


IMG_7352CarelDeNeréeTotBabberichExtaseNaHetOffer

Carel de Nerée tot Babberich, Extase – Na het offer, 1900 – 1901, oost-indische inkt met pen en penseel en aquarel. Met het offer geeft De Nerée het moment aan na de extase van het samenzijn van de twee geliefden. Even ging het perfect. Maar dan brengt men het offer: de geliefden besluiten niet meer samen verder te gaan. Als we een kleur zien bij deze vrouw dan is het paars-zwart. Haast een kleur van rouw. Het is dezelfde vrouw als van de inleiding maar de bezieling lijkt weg. De ‘ogen’ zijn weg, wat overblijft is ritmisch kant aan een enorme kraag die afstand creëert. Geen berusting maar onderkoelde woede.


Al met al heb ik weer veel tijd in allerlei boeken doorgebracht
om dit bericht samen te stellen.
Extase staat zeker op de lijst om in de toekomst nog te lezen.
Misschien dat mijn bericht je ook kan verleiden om het boek open te slaan.

Tussen etiket en venster: hoe ‘anders’ zou kunnen werken voor De Nerée

IMG_7332CarelDeNeréeAndersDanDeAnderenTxt

Dit is de inleiding van het Dordrechts Museum op de tentoonstelling ‘Anders dan de anderen’.


De recente beoogde herwaardering van Carel de Nerée richt zich sterk op
zijn ‘anders-zijn’ — begrijpelijk vanuit historisch en maatschappelijk
perspectief.
Maar het risico bestaat dat we, in onze honger naar herkenning,
voorbijgaan aan wat zijn kunst werkelijk beoogt:
verwarren, verlokken, verstillen.

Misschien is het niet De Nerée zelf die ‘anders dan de anderen’ was,
maar zijn manier van kijken — en dat kunnen wij vandaag de dag allemaal leren.

De Nerée werkt in wat we het “Fin de siècle” noemen
“Fin de siècle” betekent letterlijk “einde van de eeuw”.
Het verwijst meestal naar het einde van de 19e eeuw,
concreet de jaren 1880 – 1914.

Een tijdperk getekend door culturele spanning:
in de kunst wisselen oververfijning en melancholie af met
vernieuwingsdrang en de hoop op een ander begin.

Dat uit zich in een aantal stromingen.
— sommigen bekend, anderen vergeten.
Denk aan symbolisme, Jugendstil (of Art Nouveau), en aan een reeks
filosofische en maatschappelijke ontwikkelingen zoals darwinisme,
freudiaanse psychoanalyse, estheticisme, existentialisme,
feminisme, spiritualiteit, socialisme en anarchisme.
Het gaat te ver om hier nu diep op in te gaan.

Carel de Nerée is een symbolist.
Symbolisme, dan denk ik aan symbolen, maar dat ligt
net iets anders.
Het woord symbolisme doet denken aan symbolen,
maar het gaat veel dieper dan alleen het gebruik van herkenbare
tekens, symbolen of iconen.

IMG_7340CarelDeNeréeTotBabberichDeNacht1901-1904Oost-indischeInktMetPenEnPenseelZilververf

Carel de Nerée tot Babberich, De Nacht, 1901 – 1904, oost-indische inkt met pen en penseel, zilververf.

IMG_7341CarelDeNeréeTotBabberichDeNacht1901-1904Oost-indischeInktMetPenEnPenseelZilververfTxt


Het symbolisme was een kunst- en literatuurstroming die ontstond
in de tweede helft van de 19e eeuw, vooral als reactie op het
realisme en naturalisme.

In plaats van de zichtbare werkelijkheid te tonen,
wilden symbolisten juist het onzichtbare, het innerlijke
en het mysterieuze uitdrukken.

IMG_7345CarelDeNeréeTotBabberichAllegorischeVoorstellingMetFigurenEnEenPauwInEenTuin(Detail)1899-1901PotloodBruineInktMetPenRoeInktMetPenseelWitteDekverf

Carel de Nerée tot Babberich, Allegorische voorstelling met figuren en een pauw in een tuin, 1899 – 1901, potlood, bruine inkt met pen, rode inkt met penseel, witte dekverf.


Dat doen ze door zelfbedachte, persoonlijke symbolen te gebruiken
om zich te uiten. Dat vraagt natuurlijk ook wat van de persoon
die de werken ziet, leest of hoort.

Daarbij zoeken ze bewust naar uitingen die voor meerdere
uitleggingen vatbaar zijn. Ze schromen niet thema’s als dood,
dromen, verlangens, melancholie en spiritualiteit te gebruiken.
Hun werken ademen theater en schoonheid uit, het zijn geen
pogingen foto’s te maken maar een soort van compositie
van de wereld in de meest brede zin van het woord.
Die symbolen spreken niet direct voor zichzelf — ze openen
een ruimte waarin de kijker mag dwalen en duiden.

IMG_7348CarelDeNeréeTotBabberichRodeuse1901-1904Oost-indischeInktMetPenEnPenseel

Carel de Nerée tot Babberich, Rôdeuse, 1901 – 1904, oost-indische inkt met pen en penseel.

IMG_7349 CarelDeNeréeTotBabberichRodeuse1901-1904Oost-indischeInktMetPenEnPenseelTxt


De Nerée plaatste zich binnen deze traditie.
Maar in het nog Nederland van rond 1900 was weinig ruimte voor
die krachtige en persoonlijke vernieuwing die De Nerée bracht
en die in het buitenland al veel meer aanhangers had.

Ook vandaag is dit voor veel mensen nog ingewikkeld.
Wie alleen kijkt naar de maker, mist de compositie.
Wie zich openstelt voor zijn beelden, ervaart misschien geen antwoord
— maar een fluistering. Een echo van het onzegbare, die in stilte resoneert.
WhiteSpace

Een persoonlijke noot achteraf: Ik plande vijf artikelen over ‘Anders dan de anderen’. Deze derde tekst speelde al vanaf het begin in mijn hoofd. Het is de belangrijkste van de reeks — niet toevallig dus dat ik hem niet als eerste bracht.

Langs lijnen van geleidelijkheid

Couperus lees ik graag.
Ik lees Couperus niet dagelijks, maar telkens met plezier.
Vooral van ‘Van oude mensen, de dingen die voorbijgaan…’
ben ik steeds weer onder de indruk.

De gesprekken tussen de oude Ottilie Dercksz en Emile Takma
gaan soms over koetjes en kalfjes, soms over serieuze zaken,
meestal in bedekt taalgebruik, de gesprekken ontrollen
zich langzaam en gaan meanderend over het papier.

Prachtig om te lezen!

Maar als ik naar de titels kijk van de werken van Couperus
dan springen er voor mij een paar uit:
1892 Extaze. Een boek van geluk
1896 Metamorfoze
1900 Langs lijnen van geleidelijkheid
1910 De berg van licht
1915 Iskander. De roman van Alexander den Groote
1918 Het zwevende schaakbord
1923 Het snoer der ontferming (verhalen)

In dit groepje is ‘Langs lijnen van geleidelijkheid’ de absolute topper.
Deze titel verwoordt zo mooi wat er gebeurt in ‘Van oude mensen,
de dingen die voorbijgaan…’,
maar ook in het werk van Carel de Nerée.

Zijn werk is gecentreerd rond de lijn als stijlelement.
Niet het vlak zoals bij Rothko, niet de punt zoals bij Seurat,
niet de lijn omdat het moet bij de etsen van Rembrandt,
niet de kleur zoals bij Vermeer, niet de toets zoals bij Van Gogh
en niet het lood zoals bij Anselm Kiefer.

Maar de lijn als een element dat zich langzaam, heel voorzichtig en
geleidelijk ontrolt over het papier.
De lijn die een eigen leven leidt. Die of het onderbewustzijn
van de Nerée volgt of misschien niet altijd doet
wat de Nerée wil, maar zijn eigen weg inslaat.
Zodat er afbeeldingen ontstaan die vreemd over kunnen komen.

Soms wil die lijn geen details en zien we ‘uitgemergelde’ portretten.
Portretten haast zonder vlees.
Soms wil de lijn juist veel details, veel kronkelende lijnen.
Soms staan er zaken op de werken die we niet kunnen verklaren,
wie zijn die mensen, en waarom dié mensen?

IMG_7399CarelDeNeréeTotBabberichSanderBinkVe rfijndeLijnenCarelDeNeréeTotBabberich1880-1909KunstEnLeven

Sander Bink, Verfijnde Lijnen – Carel de Nerée tot Babberich 1880 – 1909, Kunst en Leven.


Dat spel van lijnen kom je tegen in de literatuur maar
dus ook in andere kunstvormen.
Daarom noemen we dingen ‘Arabesken’, daarom noemt Sander Bink
zijn biografie ‘Verfijnde lijnen’, daarom gebruikt Couperus
‘Langs lijnen van geleidelijkheid’.

IMG_7403CarelDeNeréeTotBabberichLouisCoupeusHertalingAlbertKroezemannLangsLijnenVanGeleidelikheid

Louis Coupeus, hertaling door Albert Kroezemann, Langs lijnen van geleidelijkheid.


Ik wil in een landkaart die inzichten uit verschillende kunsten samenbrengen,
met hun overeenkomsten en verschillend bij elkaar.
Ik begin met een beschrijving….

Kaart van de Verfijnde Geleidelijkheid

Op onderstaande kaart zie je in het noorden van het continent
het ‘Koninkrijk van Arabesken’, waar de lijnen zich sierlijk kronkelen
als klimop rond marmeren zuilen.

Hier heerst de beeldtaal van de Art Nouveau: versieringen, krullen,
en het verlangen naar schoonheid als een manier van leven.

Meanderende rivieren liggen als gevlochten haarlokken in het land.
De ‘Rechtvaardigheidsrivier‘ combineert de schoonheid van het
heldere water en de natuur erin en eronder,
met de diepzinnigheid van de inwoners.

Ten zuiden daarvan komen de ‘Bergen van Licht’ in beeld.
Het gouden licht van de zon bedekt hun pieken.
Het is daar dat de grote Schrijvers wonen, die Denkers en Fantasten.
Hier blaast de literatuur mens en natuur het leven in.
Het verkent en beschrijft het onderbewustzijn van de
bewonderaars van de kunsten.

Aan de oostgrens ligt de ‘Metropool van Verfijnde Lijnen’,
een stad geboren uit het verlangen naar het volmaakte gebaar.
Hier leeft men met stijl, spreekt men in bloemrijke symbolen,
en beweegt men langs lijnen die fluisteren van verheven idealen.

Langs de westelijke rand slingert zich een pad — Lijn van Geleidelijkheid.
Geen snelweg, maar een serpenterende route die zich langzaam ontvouwt.
Hier wandelt de figuur van Carel de Nerée, soms zichtbaar,
soms schuilgaand achter een sluier van vergetelheid.
Zijn werk is hier geen monument,
maar een echo die zich pas toont door langzaam te kijken.

Aan de zuidwestelijke rand, waar het licht vervaagt en de lijnen
uitgegumd lijken, ligt het Bos van de Laatste Adem.
De bomen zijn hier gestold in hun groei, de wortels verweven met
restanten van vergeten zinnen.
Op sommige stammen lijkt nog een spoor van Oost-Indische inkt te rusten
— een lijn die nooit is afgemaakt, een krul die weigert te verdwijnen.
Wie hier afdaalt, stapt in een stilte die Nerée’s handschrift
nog even vasthoudt.

En ergens, bij al deze gebieden, ligt een nog onontdekt eiland:
Het Zwevende Schaakbord.
Een plek waar strategie, spel en mysterie samenkomen.
De regels zijn onbekend, de zetten intuïtief.
De stukken zijn niet van hout of steen, maar van intentie en taal.
Wie hier speelt, verplaatst geen pion — hij verschuift perspectief.
Soms staat een zet al klaar voor je haar bedenkt.
Soms blijft het bord zelf even zweven, wachtend op betekenis.

KaartVanVerfijndeGeleidelijkheid Blog


Het is in deze landschappen waar je als toeschouwer van Carel de Nerée
nog bijzondere scherven kunt vinden uit het verleden.
Ik laat je er een paar zien die ik gevonden heb en ben benieuwd
naar jouw vondsten:

‘Portretten haast zonder vlees.’

IMG_7333CarelDeNeréeTotBabberichVrijeStudeNaarEenOnbekend1900-1901Potlood

Carel de Nerée tot Babberich, Vrije studie naar een onbekend, 1900 – 1901, potlood.

IMG_7335CarelDeNeréeTotBabberichKijkenInDeZielTxt


‘Soms wil de lijn juist veel details, veel kronkelende lijnen.’

IMG_7345CarelDeNeréeTotBabberichAllegorischeVoorstellingMetFigurenEnEenPauwInEenTuin(Detail)1899-1901PotloodBruineInktMetPenRoeInktMetPenseelWitteDekverf

Carel de Nerée tot Babberich, Allegorische voorstelling met figuren en een pauw in een tuin (detail), 1899 – 1901, potlood; bruine inkt met pen; rode inkt met penseel; witte dekverf.

IMG_7346CarelDeNeréeTotBabberichAllegorischeVoorstellingMetFigurenEnEenPauwInEenTuin1899-1901PotloodBruineInktMetPenRoeInktMetPenseelWitteDekverfTxt


‘Soms staan er zaken op de werken die we niet kunnen verklaren, wie zijn die mensen?’

IMG_7372CarelDeNeréeTotBabberichConstanceDeNeréeTotBaberich-VanHoutenOntwerpBorduurwerkEnSchilderingOpZijdeLeVitrail1903-1904

Carel de Nerée tot Babberich (ontwerp) en Constance de Nerée tot Babberich – Van Houten (Borduurwerk en schildering op zijde), Le Vitrail (het glas-in-lood-raam), 1903 – 1904.

IMG_7373CarelDeNeréeTotBabberichConstanceDeNeréeTotBaberich-VanHoutenOntwerpBorduurwerkEnSchilderingOpZijdeLeVitrail1903-1904TxtGlasInLoodRaam


Vol verwondering kijk ik uit naar het volgende, mijn derde bericht
in de serie over de tentoonstelling ‘Anders dan de anderen’
in het Dordrechts Museum.

Als extra achtergrondinformatie tref je hier nog
een meer volledige lijst met titels van Couperus aan.

Welke titels spreken jou, intuïtief het meest aan?

CouperusTitels


Verstopt in het museum: De wereld van De Nerée

Onlangs bezocht ik in Dordrecht een intrigerende tentoonstelling met
werk van Carel de Nerée tot Babberich.
De naam zei me niets, maar gelukkig gold dat ook voor Femke
Hameetman. Zij is artistiek directeur van het Dordrechts Museum.

In een interview op NPO Radio 1 vertelde ze in april dat ze De Nerée
niet kende voordat ze aan dit project begon. Het geluidsfragment
is online nog steeds te beluisteren.

Waarom ging ik naar die tentoonstelling? Ik ken de kunstenaar niet,
het was een kleine tentoonstelling, geen evenement dat de
voorpagina’s haalt.

IMG_7394ArabeskenNummer65Juni2025


Mijn bezoek werd ingegeven door een artikel in ‘Arabesken’,
het tijdschrift van het Louis Couperus Genootschap.
Geen blad dat je overal ziet liggen, maar vaak boordevol interessante stukken
over Couperus, Den Haag en de wereld rond 1900.

‘Arabesken’ zijn sierlijke, vaak symmetrische decoratieve motieven die bestaan uit gestileerde bladeren, ranken, bloemen en soms geometrische patronen.
In literatuur een stijl die verwant is aan de beeldende betekenis van een arabesk: sierlijk, fragmentarisch, en vaak met een dromerige of symbolische inslag.

In de ‘Arabesken’ van juni vond ik drie artikelen die me
meteen opvielen:

IMG_7395ArabeskenSimonMulderChaitaliSenguptaBoekenZijnGeweldigeVerbindersPag32-33

Arabesken, Simon Mulder, Chaitali Sengupta: Boeken zijn geweldige verbinders, pagina 32 – 33.


= een interview met vertaalster Chaitali Sengupta. ‘Boeken zijn
geweldige verbinders’ Ze vertaalt werk van Couperus voor de Indiase markt!
= een in memoriam voor bibliofiel drukker Boris Rousseeuw. Zijn druk van
‘Orchidee tussen de aardappels. Louis Couperus bespot in woord en beeld’
staat ook in mijn boekenkast
= een verslag van de openingsbijeenkomst van de tentoonstelling
‘Anders dan de anderen’ door Simon Mulder, waarin de link tussen De Nerée
en Couperus wordt gelegd.

IMG_7396ArabeskenEvertPaulVeltkampInMemoriamBibliofielDrukkerBorisRousseeuwPag46-47

Arabesken, Evert Paul Veltkamp, In memoriam bibliofiel drukker Boris Rousseeuw, pagina 46 – 47.


Dat én het feit dat Dordrecht vanuit Breda in slechts 30 minuten bereikbaar is,
maakten het een ideale bestemming voor een zondagmiddag.

IMG_7397ArabeskenSimonMulderLouisCouperusInHetMuseumPag52

Arabesken, Simon Mulder, Louis Couperus in het museum, pagina 52.


Van het station loop je al snel via de Gebroeders de Witt naar
de Groothoofdpoort in de haven. Een prachtige wandeling
door een belangrijke 17e-eeuwse stad met prachtige
panden en mooie verhalen. Uitzicht op havens en groot water.

IMG_7398ArabeskenSimonMulderLouisCouperusInHetMuseumPag53

Arabesken, Simon Mulder, Louis Couperus in het museum, pagina 53.


Op de weg terug liep ik naar het Dordrecht Museum. Een groot
museum waar ik de afgelopen jaren bijvoorbeeld een
grote tentoonstelling over het werk van Aelbert Cuyp zag. De
beroemde zoon van Dordrecht.

Ik kan niet zeggen dat ik het museum als mijn broekzak ken
maar de indeling van de ruimte roept ook nu weer bij
mij vragen op.
De tentoonstelling ‘Anders dan de anderen’ is met 40 werken,
veel van klein formaat, geen grote tentoonstelling.
Zeker niet in de betekenis van ruimtebeslag.

Om de tentoonstelling te bereiken ga je naar boven, loop je
door een tentoonstelling ‘de Galatea kunstprijs’, de
familietentoonstelling ‘Ik zie, ik zie’ (volgens mij heel leuk
met tenminste één Karel Appel die kinderen zal aanspreken)
en schamp je langs het staartje van ‘De wereld van Johan de Wit’.

IMG_7347CarelDeBeréTotBabberichSerpentineDetail1901-1904

Carel de Nerée tot Babberich, Serpentine (detail), 1901 – 1904.


Als je dan de tentoonstelling van De Nerée binnenloopt
hangt de introductie tekst niet echt op een intuïtieve plaats
en sta je een beetje plompverloren in een grote zaal.

IMG_7361CarelDeBeréTotBabberichTweeVrouwnDetail1904

Carel de Nerée tot Babberich, Twee vrouwn (detail), 1904.


Twee kleinere tentoonstellingsruimtes zijn een beetje in de
hoeken weggestopt.
De afgelopen jaren waren heel moeilijk voor musea en de
financiering is en blijft steeds behelpen.
Maar als museumdirectie zou ik de plattegrond van het
museum toch eens goed tegen het licht houden.

IMG_7363CarelDeBeréTotBabberichDeBruidDetail1901

Carel de Nerée tot Babberich, De bruid (detail), 1901.


Misschien is mijn introductie geen verkooppraatje,
maar het is wel mijn ervaring.
De werken spraken me zeer aan, en daarom zal ik in volgende
berichten dieper ingaan op uiteenlopende aspecten van
het werk van Carel de Nerée.
Mijn foto’s zul je daarbij steeds tegenkomen.
Ik nodig je van harte uit om mee te lezen.

FABULOUS Dordt

IMG_7303DordrechtFabulousStories

Het maken van foto’s in Dordrecht is een feest.
Iedere foto vertelt een verhaal, je kunt bij iedere foto
een verhaal vertellen of verzinnen of je leest hier op mijn
blog een verhaal bij de foto’s.

Veel kijkplezier!

IMG_7302DordrechtVlinderOfNietBreda

De eerste foto is niet in Dordrecht gemaakt maar onderweg, nog in Breda. Wat zie je hier……? Is het een bruine vlinder of is het iets anders….? Verzin er maar een eigen verhaal bij.


IMG_7307DordrechtJapieEnBavinkEnDeDoorbraakVanDeModerneKunst

Terwijl ik in Dordrecht door een straatje liep zag ik in een etalage van een boekhandel plots dit boek liggen. Toeval bestaat niet. Eerder besprak ik een margeuitgave met de titel ‘Nescio’. In de artikelen in het boek worden Japie en Bavink regelmatig aangehaald. En dan ligt hier: ‘Japi en Bavink en de doorbraak van de moderne kunst’.


IMG_7308DordrechtNederlandsScheepsverbandMyHaarArbeid1949

Een beer in een bootje op een gedenksteen uit 1949 voor de Nederlandse Scheepsverband maatschappij ‘Haar arbeid’. Weinig over bekend in publieke bronnen. Dus ik hoor het graag als je iets hiervan weet.


IMG_7309DordrechtIMG_7311DordrechtIMG_7312Dordrecht

Ik zou die schoorsteen weghalen….


IMG_7313DordrechtSuikerraffinaderijStokholmIMG_7314DordrechtIMG_7317DordrechtHuisDeMeerminnenKariatiden

Gebouwd in 1646 door wolwever Philips opde Beeck.
In de 18e eeuw woonde dominee François Valentijn er,
bekend van zijn reizen met de VOC.
Hij beweerde op Ambon een zeemeermin te hebben gezien
en versierde de salon met schelpen.
De naam “De Meerminnen” werd pas in 1980 aan het huis gegeven.
De voorgevel dateert uit 1740 en bevat witte stenen beeldhouwwerken
die lijken op zeemeerminnen, maar het zijn eigenlijk kariatiden:
vrouwenfiguren die als pilaren dienen.

IMG_7318DordrechtIMG_7321DordrechtIMG_7322DordrechtGroothoofdTableau

Het tableau op de stadspoort: de Groothoofdspoort in Dordrecht.


Het tableau boven de poort van de Groothoofdspoort in Dordrecht toont
de Maagd van Dordrecht, omringd door zestien stadswapens die
verwijzen naar steden die historisch verbonden zijn met Dordrecht en
de vroegste fase van de Nederlandse Opstand in de 16e eeuw.

Symboliek van het tableau
De Maagd van Dordrecht verbeeldt de stad als beschermer van vrijheid,
verdraagzaamheid en stedelijke autonomie.

De omliggende wapens verwijzen naar steden die in de 16e eeuw
een rol speelden in de beginnende Nederlandse Opstand,
en symboliseren een bredere verbondenheid tussen deze steden.

De tuin waarin ze zit, omringd door stadsmuren, suggereert veiligheid
en rust te midden van politieke turbulentie — een soort
‘hortus conclusus’ voor de idealen van vrijheid.

Onder het tableau zijn twee zinnen te lezen in Latijn:

Pax civium et concordia tutissime urbem muniunt
“De vrede en eendracht van de burgers versterken de stad het veiligst”

en

Custos esto mihi Deus Jehova
“Laat God Jehova mijn beschermer zijn”

Maar er is nog een tweede boodschap in de laatste zin.
Als je de letters optelt die ook een Romeins cijfer zijn
dan vindt je 1618:

Maar er zit nóg een laag in: het is ook een chronogram. Als je de Romeinse cijfers in de zin optelt (C, V, M, I, I, D, V, I, V), kom je uit op 1618—het jaar waarin de poort zijn huidige vorm kreeg

Het volgende plaatje verklaart het nog eens:

CustosEstoMihiDeusJehova


Gezichten in Dordrecht

Vandaag was ik in Dordrecht waar het veel minder druk was
dan wat ik verwachtte. Dat was enorm prettig.
Tijdens mijn wandeling fotografeerde ik wat gezichten,
van beroemde mensen maar ook van onbekenden.

IMG_7304DordrechtGebroedersDeWitt

Dordrecht, Gebroeders de Witt.


IMG_7305DordrechtIMG_7317DordrechtIMG_7319DordrechtIMG_7320DordrechtIMG_7322DordrechtIMG_7383Dordrecht

Carel de Nerée, portret in potlood.


IMG_7387DordrechtIMG_7388DordrechtKuifjeIn

Georges Remi / Hergé, Kuifje.


IMG_7389DordrechtIMG_7390DordrechtBeachPatrol


In het licht van Cuyp – setting the stage

De tentoonstelling ‘In het licht van Cuyp’ bezocht ik
al weer een tijdje geleden.
Er een blogbericht over maken lukte maar niet.
Ik zit er een beetje tegen aan te hikken.

Volgens mij zijn daar een paar redenen voor:
= het Dordrechts Museum hebben wel erg veel noten op hun zang.
De organisatie van de tentoonstelling is opgezet om
drommen mensen te verwerken. Maar die waren er niet.
De prijs was wel erg hoog. Zeven euro vijftig extra
per kaartje.
= in dat licht viel de hoofdact: Aelbert Cuyp, ook nog
eens tegen.

Laten we eens beginnen met de introductie.

DSC03603nHetLichtVanCuyp

Aelbert Cuyp staat centraal in een tentoonstelling met daarnaast Thomas Gainsborough, John Constable en JMW Turner.


De eerste paar schilderijen moeten duidelijk maken
wat voor een schilder Aelbert Cuyp eigenlijk was.

DSC03604nHetLichtVanCuyp

Aelbert Cuyp, Michiel Pompe van Slingelandt, 1649. Hij schilderde portretten.


DSC03605AelbertCuypGezichtOpDordrechtMetVeeEnEenMelkmeidCa1650

Maar beroemd werd hij met landschappen met dieren. Aelbert Cuyp, Gezicht op Dordrecht met vee en een melkmeid. Circa 1650.

DSC03606AelbertCuypGezichtOpDordrechtMetVeeEnEenMelkmeidCa1650TXT


DSC03607AelbertCuypGezichtOpDordrechtMetVeeEnEenMelkmeidCa1650

Maar om nou te zeggen dat dit allemaal heel sterk is…..


DSC03608AelbertCuypPortretVanDe20JarigeEendSijctghen16471650

Aelbert Cuyp, Portret van de 20-jarige eend ‘Sijctghen’, 1647 – 1650. Aandoenlijk en anekdotisch.

DSC03609AelbertCuypPortretVanDe20JarigeEendSijctghen16471650


Als het gaat om het werk van Aelbert Cuyp is hiermee de
toon wel gezet.
Veel van de schilderijen van Aelbert Cuyp volgen een strak
schema (en de foto’s in volgende berichten gaan dat aantonen):
landschappen met op de achtergrond een berg of bergen en een zon,
links en/of rechts of op beide flanken decorstukken,
soms in het midden een tafereel, vaak met vee.

Dordrecht heeft een rijke historie maar met Aelbert Cuyp
hebben we te maken met een middenmoter.
Dat is niet erg, dat is nog steeds een goede reden om
er een tentoonstelling aan te wijden, maar enige
zelfreflectie en relativering is dan wel op zijn plaats.

Overigens: Aelbert Cuyp,
Dordrecht, 20 oktober 1620 – aldaar begraven op 15 november 1691.
Ook de Engelse schilders zijn een goede reden om te gaan kijken.