Soms komen dingen zomaar bij elkaar.
Gister kreeg ik van mijn vader zijn oude portemonnee.
Model billfold (gevouwen biljet in het Nederlands).
Vandaag heb ik de portemonnee uit elkaar gehaald
om te zien hoe groot het grootste stuk keer
is dat ik er uit kan halen.
Want dat is de maat waarbinnen mijn boekje moet passen.
Met dit boekje ga ik onderzoeken hoe ik het boek Kaas
van Willem Elsschot kan gaan inbinden/onderbrengen in een doos.
Dit is de portemonne. Goed versleten. Tijd voor een tweede leven.
Zo ziet hij er opengevouwen uit. Bekend gezicht. Het klepje en het zakje rechts heb ik er als eerste afgehaald. Die ga ik niet bij de dummy voor Kaas gebruiken. Dat wordt de sluiting van een ander boek.
Vervolgens haal je stap voor stap de portemonnee uit elkaar.
Dit is het grootste stuk leer dat ik er uit kan halen, de buitenkant. Het is ongeveer 23-24 centimeter lang en 9 centimeter breed. Dus het boekblok zal iets kleiner dan deze afmetingen moeten worden.
Dit zijn al de losse stukken leer die ik uit de portemonnee kon halen (buiten de klep en zakje, die liggen al onder de pers te drogen omdat ik de losse delen aan elkaar gelijmd heb). Dit is de ‘mooie’ leerkant. Opvallend voor mij is dat leren producten (jas, portemonnee) een werkelijke puzzel zijn van losse, kleinere stukken leer en veel ander materiaal (band, papier, karton, plakband enz).
De binnenkant.
Het merkje of de naam van het type portemonnee. Chevalier. Dit ga ik natuurlijk weer verwerken in een van mijn boeken. Als het kan in de Kaas-dummy.







