Tobias en de engel, Mari Andriessen, Breda, Valkenberg, 1972.
Gistermiddag liep ik door het Valkenberg.
Op mijn blog was het beeld Tobias en de engel al eerder te zien.
Het is niet echt verstopt, want het bevindt zich direct
aan een van de grote doorgaande paden van het park.
Maar gisteren wierp de zon een accent op het beeld.
Tobias stond in het licht van de zon.
De engel staat bij dit beeld bescheidener naar achter.
Gisteren trad hij letterlijk uit de stralen van de zon.
Het is niet de engel die het middelpunt is van het verhaal:
het is Tobias die op reis gaat
het is Tobias die de vis vangt
Het is Tobias die met de vis zijn vader heelt.
Misschien is dat de stille boodschap van het verhaal.
Het oudtestamentisch bijbelverhaal begint bij vader Tobit en zijn zoon Tobias. Tobit, oud en blind geworden, heeft in het verleden een kleine schat achtergelaten bij iemand in Medië en stuurt zijn zoon Tobias op pad om die op te halen. Op zijn reis krijgt Tobias gezelschap van de aartsengel Rafaël. Tobias herkent hem echter niet. Rafaël is gestuurd na gebeden van Tobit én van diens vrouw. Met hulp van Rafaël brengt Tobias zijn vaders schat naar huis. Met de gal van een vis die hij samen met Rafaël heeft gevangen, geneest Tobias zijn vaders blindheid. Een deel van de schat wordt als aalmoezen weggegeven.























