Gisteren stond ik al even stil bij het armbandje
dat je krijgt als bezoeker van Kunst in de Heilige
Driehoek in Oosterhout: het bevat zaadjes.
Wat voor zaadjes het zijn weet ik niet.
Misschien zaadjes van die prachtige bermplantjes
die je op meerdere plaatsen op de complexen en
er om heen kunt zien.
De planten die deze biënnale zo compleet maken
met heerlijke geuren.
Vandaag tijd om iets met de zaden te doen.
Eerst de materialen verzamelen.
Eerst een potje zoeken waar de zaadjes in kunnen opgroeien. Ik heb geen idee hoe ik de zaadjes het best kan planten, hoe groot ze worden enzovoort. Ik volg maar de methode die ik onlangs bij het Groei- en bloei-avontuur heb gevolgd. De zaadjes niet te diep in zand plaatsen en dan goed nat houden.
Het is een heel mooi potje. Beetje Japanse stijl.
Hopelijk gaat het lukken met potgrond uit de berging.
Hoe stop ik dat nu het best in de aarde zodat alle zaadjes kans krijgen uit te komen?
Mijn idee is het armbandje in stukken te knippen zodat ze naast elkaar, op gelijke diepte in de aarde komen. Om het groeiproces te vereenvoudigen heb ik de stroken maar even in het water gelegd.
Eerst een laag aarde als basis. Dat goed nat gemaakt. Vervolgens de armbandstukjes naast elkaar gelegd. Nu nog een beetje zand en water en dan op de vensterbank in de zon.
Dan op de vensterbank in de zon. Hopelijk gaan de zaadjes aan de gang.