De straat als redder van boeken

Afgelopen zondag was het prachtig weer en ik maakte van de
gelegenheid gebruik om een wandeling te maken.
Zonder opzet werd het opnieuw een avontuur—een boekenavontuur.

Onderweg zag ik namelijk een doos staan, op de stoep.
Tegen het hek van een voortuin stond een doos vol boeken.
De titel ‘Eating Anthropocene’ viel me meteen op en terwijl ik
op de automatische piloot doorliep, dacht ik: wacht eens,
waarom maak ik geen foto?

Natuurlijk heb ik toen een foto gemaakt en nu kan ik
eens kijken welke andere titels er nog meer in de doos zaten.
k maak hieronder een lijst van de titels die ik kon ontwaren:

Eating Anthropocene
Grégoire Delacourt….VIES
Toynbee A study of history
Nester’s Microbiology – A human perspective
Podany Weavers, scribes and kings
Lyndal Roper Martin Luther
Andrew Pettegree Brand Luther
Onbekend
Petersons Vogelgids

Als ik deze informatie aan Copilot geef dan komt hij met een
lijst die veel completer is dan ik zelf had kunnen maken.
Meteen heb ik spijt dat ik de doos niet meegenomen heb.

1. Eating Anthropocene: Curd Rice, Bienenstich and a Pinch of Phosphorus – visuele science comic over voedsel en het antropoceen

Een stripverhaal vanuit de wetenschap over voedsel, ecologie en het antropoceen tijdperk (= de tijd na 1950). Verweeft culinaire tradities met milieukritiek en filosofische reflectie. Toont hoe alledaagse gerechten verbonden zijn met mondiale systemen.

2. Grégoire Delacourt – La liste de mes envies (vermoedelijk deze titel)

Jocelyne, een bescheiden naaister, wint de loterij maar verzwijgt haar fortuin. Ze maakt een lijst van verlangens, twijfelt over geluk en verliest uiteindelijk alles. Een roman over verlangen, verlies en de ironie van materiële rijkdom. Een roman.

3. Arnold J. Toynbee – A Study of History (Thames and Hudson, 1972-editie, grootformaat)

Een monumentale analyse van beschavingen en hun cyclische opkomst en verval. Toynbee onderzoekt religie, creativiteit en morele kracht als drijvende factoren. Deze editie is visueel rijk en samengevat voor bredere toegankelijkheid.

4. Nester’s Microbiology: A Human Perspective – leerboek microbiologie

Leerboek over microbiologie met focus op menselijke gezondheid en ziekte. Behandelt cellulaire processen, immunologie en ziekteverwekkende micro-organismen. Veel gebruikt in medische en biomedische opleidingen.

IMG_7794Boekenvondst

5. Amanda H. Podany – Weavers, Scribes, and Kings: A New History of the Ancient Near East

Een toegankelijke geschiedenis van het oude Nabije Oosten, verteld via gewone mensen. Wevers, schrijvers en ambtenaren krijgen een centrale rol in plaats van koningen. Verbindt archeologie met sociale geschiedenis en narratieve flair.

6. Lyndal Roper – Martin Luther: Renegade and Prophet – biografie met psychologische diepgang

Psychologisch portret van Luther als mens, hervormer en cultureel fenomeen. Roper onderzoekt de angsten, woede en religieuze overtuiging van Luther met nuance. Een biografie die het innerlijke conflict centraal stelt.

7. Andrew Pettegree – Brand Luther: How an Unheralded Monk Turned His Town into a Center of Publishing

Het boek beschrijft Luther als uitgever en mediaman: hoe hij drukwerk gebruikte om ideeën te verspreiden. Pettegree toont hoe de Reformatie ook een revolutie in communicatie was. Een boek over religie, marketing en de kracht van het woord.

8. Onbekende titel – ringgebonden boek, mogelijk een reader, handleiding of cursusmateriaal

9. R.T. Peterson, G. Mountfort & P.A.D. Hollom – Petersons Vogelgids van alle Europese vogels – klassieker met 526 soorten en 170 dwaalgasten

Nederlandse bewerking van de klassieke veldgids, vertaald door J. Kist en uitgegeven door Kosmos. Behandelt 526 soorten en 170 dwaalgasten, inclusief alle vogels op de Nederlandse lijst. Een visueel rijk naslagwerk dat ornithologie toegankelijk maakt voor Nederlandstalige vogelaars.

In het onderzoek naar de titels kwam ik ook op een boekensite en
zag daar de prijs voor een van de boeken.
Dat was aanleiding om de prijs voor al deze boeken eens te bepalen
en op te tellen.
Dat levert dit overzicht op:

BoekenvondstInGeld

De totale nieuwprijs van de set boeken is ruim €350–€500!
Deze set boeken roept bij mij een aantal vragen op.

Vraag 1:
Zijn dit nou boeken voor een Alfa of een Beta?

Afgaande op de titels kun je de volgende verdeling maken:

Alfa-indicatoren
La liste de mes envies – introspectieve Franse roman over verlangen en verlies
Toynbee en Pettegree – historische en filosofische reflectie op beschaving en media
Roper – psychologische biografie met literaire diepgang
Podany – narratieve archeologie, toegankelijk geschreven

Bèta-indicatoren
Nester’s Microbiology – wetenschappelijk leerboek, sterk gericht op biomedische kennis
Eating Anthropocene – visuele benadering van ecologie en systeemdenken
Petersons Vogelgids – taxonomisch, visueel en veldgericht

Hybride elementen
Brand Luther – snijvlak van religie, media en uitgeefgeschiedenis
De ringband – mogelijk cursusmateriaal, dus contextueel afhankelijk

Vraag 2:
Wat zegt deze verzameling boeken over de eigenaar(s)?

De eigenaar(s) zijn meertalige (Engelstalige academische werken, Franse literatuur en
Nederlandstalige veldgids), cultureel onderlegd, niet onbemiddeld,
hebben gestudeerd én nog steeds studerend, in de breedste zin van het woord.

De doos verraadt niet alleen intellectuele breedte,
maar ook materiële ruimte.
Dit zijn geen afgedankte pockets, maar zorgvuldig gekozen boeken
(hardcovers, studie-uitgaven, visuele gidsen).
Niet onbemiddeld, maar ook niet opzichtig.
Eerder het archief van mensen die hun nieuwsgierigheid serieus nemen.

Vraag 3:
De sleutelvraag van de detective is dan: Waarom zet je deze set boeken aan de straat?
Is het ruimtegebrek? Of zit er meer achter…..

1. Rituele zuivering
Een bewuste handeling om ruimte te maken—niet uit achteloosheid, maar als overgang. De boeken zijn gelezen, verwerkt, en nu losgelaten. Een soort bibliografische afstoting, als voorbereiding op een nieuwe levensfase.

2. Verhuizing of overlijden
De doos is een restant van een huis dat leeg raakt. Misschien zijn de eigenaars verhuisd, gescheiden, of overleden. De boeken blijven achter als stille getuigen van een gedeeld leven.

3. Curriculumwisseling
Een student of academicus verandert van richting. Microbiologie maakt plaats voor kunstgeschiedenis, of andersom. De doos is een echo van een vorige studie, nu aan de straat gezet als een soort voetnoot.

4. Digitale transitie
De lezer is overgestapt op e-books, databases, of online bronnen. De fysieke boeken zijn niet langer nodig—de doos is een offer aan de cloud.

5. Gedeeld lezen, gedeeld loslaten
Als het om een stel gaat, kan het ook een gezamenlijke beslissing zijn: de boeken zijn gelezen, besproken, en nu ritueel afgestoten. De doos is een archief dat zichzelf heeft voltooid.

6. Economische ironie
Niet onbemiddeld, maar juist daarom in staat om los te laten. De waarde van de boeken is bekend, maar de eigenaar kiest ervoor ze te delen met de straat—een gebaar van overvloed of nonchalance.

7. Vergeten of achteloosheid
En natuurlijk: het kan ook gewoon achteloos zijn. Een doos die per ongeluk is meegegeven met de opruiming. Maar zelfs dan blijft de inhoud spreken.

En terwijl ik de titels randschik voor dit bericht, auteurs opzoek
en hypotheses formuleer, blijft één gedachte hangen:
misschien was het goed dat ik de doos heb laten staan.
Misschien was hij niet bedoeld om meegenomen te worden,
maar simpelweg vergeten bij een verhuizing en
wacht hij nog om naar binnen te mogen

Mijn schuldgevoel over het niet meenemen verandert langzaam
in iets anders: een soort voldoening.
Ik heb de doos niet verstoord maar gedocumenteerd.
Misschien keert iemand terug, loopt door de tuin, opent het hek,
en tilt de doos op, om hem naar binnen te dragen.
Misschien is de doos nog daar.
En als dat zo is, dan is dit bericht niet alleen een verslag,
maar ook een reddingsboei gebleken.

This country / George Cruikshank

Dat het boek een eerbetoon aan George Cruikshank is
had ik al verteld.
De volgende tekst, het begin van het boek, aangevuld
met stukken van Wikipedia, geven een beeld van de toon van het boek
en van de plaats die Cruikshank inneemt tussen de
caronisten van rond 1800.

THIS country in her comparatively brief art-life has already produced four great typical masters of Pictorial Satire.
Purely national in genius; uninfluenced by school tradition or foreign example;
devoting themselves to the honest exposition of the manners and doings of their time, them ridicule of its follies, and the castigation of its vices; each, in his special walk, seems to have reached the culminating point of graphic perfection;
nor is it likely, so far as I can see, that even as time speeds on and judgment expands, other men will appear to surpass, or even equal these, as long as their own branch of art continues to be practised.

Vertaling/samenvatting:
DIT land, in haar relatieve korte kunstgeschiedenis,
heeft al vier grote, uitgesproken, meesters van de Getekende Satire voortgebracht.
Puur nationale genialiteit, zonder beinvloeding door een
schoolse traditie of buitenlandse voorbeelden;
ze hebben zich toegewijd aan het eerlijk ten toon stellen
van manieren en gebruiken van hun tijd,
ze maakten de heersende dwaasheden belachelijk en
tuchtigden de ondeugden,
ieder, op eigen manier, lijken het hoogtepunt van grafische perfectie
te hebben bereikt;
het is onwaarschijnlijk, zo ver als ik kan zien, dat zelfs
als de tijd vordert en het oordeel zich verbreedt,
dat andere mannen zullen opstaan die hen zullen voorbijgaan of evenaren
zolang hun eigen kunstvorm uitgeoefend zal blijven.

The earliest in point of time, William Hogarth, (1697-1764),

De eerste in tijd gezien, William Hogarth.

Wikipedia:

William Hogarth (Londen, 10 november 1697 – aldaar, 26 oktober 1764) was een Engels kunstschilder en prentkunstenaar in de periode van de barok. Hij werd opgeleid als goudsmid en graveur, maar vervaardigde later ook paneel- en muurschilderingen, genrestukken en portretten, historiestukken en Bijbelse taferelen.
William Hogarth wordt gerekend tot de eerste kunstenaars die verhalende werken in serie produceerde, als een soort voorloper van het beeldverhaal of het latere stripverhaal. Deze series waren moraliserend en satirisch van aard en verwierven grote populariteit.

The next in order of birth is Thomas Rowlandson, (1756-1827).

De volgende, in volgorde van geboortedatum, is Thomas Rowlandson

Wikipedia:

Thomas Rowlandson (City of London, juli 1756 – aldaar, 22 april 1827) was een Engelse kunstschilder en karikaturist.

De minst bekende van het viertal.
Ook op internet is niet zo veel over hem te vinden.

The third, James Gillray, (1757-1815), was a genius of another order.

De derde, James Gillray is een genie van een andere orde.

Vermoedelijk staat hij wat los van de andere drie
omdat zijn prenten zo duidelijk politieke prenten zijn.
De andere drie maakten ook veel spotprenten over gewoontes
van de tijd en maakten ook vaak illustraties voor boeken.

Wikipedia:

James Gillray (13 augustus 1757 – 1 juni 1815) was een Engels schilder, cartoonist en etser. Samen met de satirische kunstenaars William Hogarth, Thomas Rowlandson en George Cruikshank maakte Gillray het achttiende-eeuwse Engeland tot het centrum van de karikatuurkunst. Berucht waren vooral zijn kritische prenten tegen het Frankrijk van Napoleon Bonaparte. De bijnaam ‘Little Boney’ waarmee de Engelsen destijds de Franse keizer betitelden, was van Gillray afkomstig. James Gillray introduceerde ook het personage John Bull in de Engelse spotprenten. Tot vandaag is de benaming John Bull een spotnaam voor de Engelsen.

We now come to George Cruikshank, (1792-1878), the last of our quaternion, — if not of the line of purely comic artists, — the omega, as Hogarth was the alpha, of satirical designers.

Nu komen we aan bij George Cruikshank (1792 – 1878),
de laatste van het viertal, een puur komisch kunstenaar,
de omega als Hogarth de alfa was van de satirische ontwerpers.

 photo DSC_5934PortraitOfGeorgeCruikshankToFaceTitlePage.jpg

Portret van George Cruikshank.


 photo DSC_5935GeorgeCruikshankTheArtistTheHumoristAndTheManByWilliamBatesSecondEdition187901Detail.jpg

Detail van de titelpagina van ‘George Cruikshank, the artist, the humorist, and the man’ door William Bates.