In deze zaal van het Kunsthaus Zürich, spreekt de verf. Niet via woorden, maar via beweging, kleur en stilte. De werken van De Kooning, Scully, Rothko, Pollock en anderen vormen samen een gesprek dat zich afspeelt op doek. Zelfs waar de kwast wordt ingeruild voor zeefdruk of foto, blijft de verf voelbaar — als echo, als adem, als aanwezigheid.
Kunsthaus Zürich, Willem de Kooning, Head III, 1973, bronze mit schwartzer patina.
Wat ik heel leuk vond is dat in één zaal zowel schilderijen hingen
van Willem de Kooning in die losse zwierige stijl als ook een beeld.
Hoe vertaalt die losse stijl van het schilderen zich in boetseren?
Sean Scully, Wall of light red, green, 2006, öl auf leinband.
Detail
Mark Rothko, Untitled (White, black grays on maroon), 1963, öl auf leinwand.
Alfred Manessier, Le Tumulte, 1961, öl auf leinwand.
Jackson Pollock, Number 21, 1951, kunstharzfarbe auf leinwand.
Detail
Andy Warhol, Silve car crash (Double disaster), 1963, siebdruck.
Gerhard Richter, Acht lernschwestern, 1966, öl auf leinwand.
De verzameling van de Hubert Looser Foundation heeft een geweldige
samenstelling.
Kijk eens naar al die verschillende manieren van schilderen:
De zwierige, kleurrijke dans van De Kooning
Het compacte schilderen binnen één kleurtoon en structuur van Scully
Het verstilde kleurverloop van Rothko
De verstilling op organische manier bij en donker Manessier
De gedrongen ritmiek in vooral zwart van Pollock
Het hyper georganiseerde van Newman
Warhol legt de kwast neer en werkt sneller met zeefdruk en leent foto’s
maar de foto zelf is niet perse het onderwerp,
bij Richter gaat het wel om de foto en zijn techniek lijkt op Warhol
maar is het niet.
Fascinerend.

















