Vandaag vond ik nog een artikel van Theo Hakkert
over De begraafplaats van Praag:
Achterkant van een rabiaat borduurwerk
Voor het artikel: Achterkant van een rabiaat borduurwerk.
Prachtige titel en in het artikel is onder meer
het volgende te lezen:
De begraafplaats van Praag leest als de achterkant van een borduurwerk. Je ziet draden en lijnen die dwars door elkaar lopen en waar geen patroon in te ontdekken valt, terwijl je weet dat ze allemaal hun functie hebben voor de afgeronde afbeelding aan de voorkant, die we niet te zien krijgen. We kunnen ons daar hooguit een beeld van vormen.

Achterkant van een rabiaat borduurwerk.
Vandaag ontrafel ik weer een paar eindjes.
Misschien is ontrafelen iets te veel gezegd.
Ik ben op een paar opmerkelijke draadjes gestuit.

“Dus dat is mijn beroep? Het is mooi werk om vanuit het niets een notariele akte op te stellen, een brief te vervalsen zodat die net echt lijkt, een compromitterende bekentenis te fabriceren, een document te maken dat iemand in het verderf zal storten. De kracht van het vakmanschap…”
Dit is een klein stukje uit het dagboek van Simone Simonini.
De hoofdpersoon in De begraafplaats van Praag, pagina 24.
Hij geeft in een paar zinnen een beschrijving van zijn beroep,
zijn moraal en zijn cynisme.

“Bovenstaande aantekeningen overlezen. Als het geschrevene opgeschreven is, dan is het me echt overkomen. Geloof hechten aan geschreven documenten.”
Deze regels staan even verder op, pagina 32.
Simonini probeet een paar dagen in zijn hoofd te reconstrueren en
hij gebruikt daarbij een door hem zelf geschreven briefje.
Cruffiaans zegt hij dan “Als het geschrevene opgeschreven is”
om vervolgens volledig te vertrouwen
op iets dat hij, de vervalser, geschreven heeft.