Net als vorige week wandelde ik van Meersel-Dreef
langs de Mark naar Breda.
Het weer was anders. Tijdens het eerste uur heb ik
een aantal regenbuien gehad.
Mag gelukkig was het miezer en warm genoeg om mijn
kleren onderweg weer op te drogen.
Prima weer blijkbaar voor de naaktslakken want
die heb ik veel gezien.
Deze twee naakslakken lijken bij een derde, dode (?), naaktslak te kijken?
Regendruppels zijn een heel dankbaar onderwerp voor foto’s. Ze staan er altijd goed op en laten de planten nog beter uitkomen.
De reiger deed nog even alsof hij me nog niet gezien had maar al snel ging hij verder van het pad af het gras in.
Dit is een poëziebank. Vorige week zater er mensen op.
verlegen zwijgt de tijd als water spreekt, zich eindeloos herhaalt
al kantelend naar klanken zich tijdloos telkens taalt
steeds onderweg naar lager als beek, als stroom,
naar zijn verval zich vloeiend voegt, zo oeverlangs
de aarde streelt, welluidend in voorbijgaan
speelt langs stengels en langs stenen
De naam van dichteres Pien Storm van Leeuwen staat op de
zijkant van de bank.
Vorige week heb ik niet goed opgelet want ik zag toen maar
één poosplaats. Er zijn er meer langs de Mark.
Alleen laten de gedichten zich minder goed lezen door de tijd. Dit noemde Pien Storm van Leeuwen een ‘poosplaats’. Ik kwam er nog een tegen.
Via de Duivelsbruglaan liep ik Breda weer in. Daar zag ik nog deze gevonden voorwerpen.


















