Arthur Evans

De opgraver van Knossos is niet geheel onomstreden.
Daarom is niet alleen Knossos interessant als vindplaats
maar is ook de opgravingsgeschiedenis nog interessanter dan normaal.
In de universiteit van Heidelberg (Ruprecht-Karls-Universitxc3xa4t Heidelberg)
heeft men zijn studie die hij schreef naar aanleiding van de opgravingen
ingescand en beschikbaar gesteld via het internet.
De werken dateren uit de jaren 1920 – 1936.
Twee delen daarvan heb ik doorgebladerd en het geeft een
goed beeld van archeologie in het begin van de vorige eeuw.
Een eeuw met weinig moderne media en dus werden
tekenaars ingezet om te tonen wat de opgravingen hebben opgeleverd.
Werden andere opgravingen geraadpleegd via boeken en tekeningen.
De tekenaars waren ook de mensen die reconstructies ter plaatse uitvoerden.
Het is nog de tijd voor het internet, film en televisie.
Daarom zijn de schriftelijke studies zoals deze zo belangrijk
om te begrijpen waarom Evans tot de conclusies kwam
waarmee je nu nog in Knossos wordt geconfronteerd.
Van de boekdelen die ik doorgenomen heb hier
een paar plaatjes:


A. Evans, The Palace Of Minos, Volume IV, Part II.

Ook deel I van volume IV heb ik doorgenomen.
Het leuke is dat sommige van de afbeeldingen
een ondersteuning zijn voor een aantal foto’s
die in andere logs van mij te zien zijn.

Overigens geeft deze literatuur wel aan
op hoeveel verschillende gebieden Evans kennis had,
vondsten deed en interpretaties opstelden.

Een van de problemen met de bevindingen van Evans is
dat zijn conclusies vaak op erg weinig bewijs zijn gebaseerd.
Misschien is het volgende niet het beste voorbeeld
maar het geeft wel aan hoe voorzichtig je moet zijn
met de interpretatie van wat Evans heeft geconcludeerd.

Een belangrijk fresco is het zogenaamde ‘Campstool fresco’.
Misschien wat oneerbiedig in mijn vertaling Het kampeerstoel fresco.


Knossos: het kampeerstoel fresco/campstool fresco.

Wat haar, een oog, een beker en een stoeltje.
Dat is het wel.
Althans dat is mijn indruk als ik de fresco in detail bekijk.
Maar als je de restauratie van Evans en zijn mensen ziet
krijg je een heel ander idee.

Knossos: de kampeerstoel fresco/campstool fresco.

Nog wat kampeerstoelfragmenten en tekeningen.

De theorie van Evans is dat dit fresco bestond uit twee lagen.
De eerste twee foto’s vormen de onderste laag.
Van de bovenste laag zijn een paar fragmenten bekend
maar hiermee is geen reconstructie gemaakt zover ik weet.
Ik heb geen probleem met een reconstructie
maar wel als in de reconstructie stukken van het originele materiaal
wordt verwerkt zonder dat de reconstructie omkeerbaar is.


Horns of consecration.

Deze foto toont de ambitieuze reconstructies van Evans
in de sfeer van gebouwen.
Ook zijn de sacrale stierhorens te zien die in een geabstraheerde vorm
vaker te zien zijn in de Minoische beschaving.


Nog een tekening van een fresco: La Parisienne.


De troonzaal, vandaag mag je deze ruimte niet meer betreden.

Schets voor de reconstructie.

Reconstructie van de muren in de troonzaal.

Getekende reconstructie van de troonzaal van Knossos.


Rijen met pithoi in Knossos.


Tekening van een afdruk van de Ring van Minos (Ring of Minos).

In een andere log is een foto van deze ring te zien.
Daar staat ook bij wat hier te zien is volgens Evans.
Deze tekening verduidelijkt de foto.


Gillieron, Tekening van de muurschildering ‘De Stier’.

Vader en zoon Gillieron maken met Evans en andere
deel uit van het opgravingsteam.
Ze zijn de tekenaars die met Evans meegaan en zijn verantwoordelijk
voor veel illustraties maar ook voor de reconstructies die bijvoorbeeld
van fresco’s gemaakt werden.