Harry Mulisch – Twee vrouwen

Nog een laatste reeks mooie fragmenten,
relaties in de kunstgeschiedenis en vragen.

Het was gevestigd in een herenhuis aan de Keizersgracht, waarin op twee verdiepingen de verzameling-Zinnicq Bergmann werd getoond.

Harry Mulisch, Twee vrouwen, pagina 72.

Dit is het enige fragment wat me opviel
en waarbij ik geen achtergrondinformatie kan vinden.
De naam Zinnicq Bergmann bestaat.
Advocaten en een oorlogsheld.
Maar een verzamelaar van ikonen of zelfs
een ikonenmuseum op de Keizersgracht???

Langzaam begon zij langs de iconen te lopen. Bij het pronkstuk van de verzameling, de Annunciatie van Oestjoeg, uit de school van Novgorod, bleef zij staan.

Harry Mulisch, Twee vrouwen, pagina 74.


Dit was lastig zoeken.
Dit kon haast niet verzonnen zijn.
Is het ook niet.
Alleen de plaatsnaam Oestjoeg kun je ook anders schrijven: Ustyug.
De Annunciatie van Ustyug is een icoon
die in het Tretyakov museum in Moskou hangt.



Op de icoon zie je hoe Maria te horen krijgt dat ze moeder zal worden
van Jezus, onder toeziend oog van God.



Bijzonder is dat ze op haar borst al een afbeelding van Jezus draagt.



Het schijnt zo te zijn dat op afbeeldingen in de Westerse kunst
je meestal ziet dat Maria aan het lezen was
net voor ze de boodschap te horen kreeg.
In de Oosterse kunst was ze net voor het krijgen van de boodschap
aan het spinnen.



Deze icoon zou aanbeden zijn door de heilige Procopius.
Een Engelstalige beschrijving van de ikoon
en de verhalen er om heen is terug te vinden op de volgende web site:
http://religiousreading.blogspot.com/2007/05/annunciation-scene.html

xe2x80x98xe2x80xa6 Maar dat weet je pas als je iets gedaan hebt. Je moet altijd eerst maar eens iets doen. Laat maar staan voorlopig, want anders kun je niet overschrijden.xe2x80x99
xe2x80x98Niet wat?xe2x80x99
xe2x80x98Overschrijden, je eigen bedoelingen overschrijden. Uit de dag in de nacht komen, je eigen nacht waar een ander nooit geweest is. Ik heb nu net in xc3xa9xc3xa9n ruk een roman geschreven, maar ik heb geen idee wat het voorstelt. Thuis tik ik het uit, en dan zal ik het wel een kritisch bekijken. Als je met kritiek begint, ben je net een man die een drol eet in de hoop dat hij een brood zal schijten.xe2x80x99

Harry Mulisch, Twee vrouwen, pagina 77.

Een beetje onsmakelijk maar anders wel een mooie vergelijking.
En op de volgende pagina wordt die nog even doorgezet:

Recensent:
A.B. schrokt mijn kookkunst
en drukt de dag daarop
zijn recentste keutel:
xe2x80x98Moet je ruiken,xe2x80x99
spreekt hij lakend,
xe2x80x98en dat noemt zich kok.xe2x80x99

Harry Mulisch, Twee vrouwen, pagina 78.

A.B. is in dit verhaal Alfred Boeken, een recensent van theater.

Ik voelde mij als een vlieg, die midden in zijn vlucht door iemand met een opgevouwen krant in een hoek was geslagen.

Harry Mulisch, Twee vrouwen, pagina 92.

Die had zij alles verteld, van begin tot eind, op de rieten mat zittend, haar benen onder haar lichaam, in een kamertje met een reproductie van Degas aan de muur, en bamboe houdertjes met hangplanten.

Harry Mulisch, Twee vrouwen, pagina 93,


Edgar Degas, La classe de danse, 1873-1876.

xe2x80x99s Middags werd ik in de buurt van Lyon gepasseerd door een grote zwarte sportwagen. Ofschoon ik honderddertig reed, schoot hij mij zo snel voorbij dat het was alsof ik stilstond. Een man en een vrouw zatern er in. Op hetzelfde moment zag ik het hotel voor mij waar zij heengingen: het witte paleis in Cannes, of in Monte Carlo, met hoge smeedijzeren hek en oprijlanen van grint.
Met een sprong verdwenen zij over de heuvel, het was alsof er boven even een nabeeld bleef hangen.

Harry Mulisch, Twee vrouwen, pagina 99.

Agenten dirigeerden ons naar de linker rijbaan, waar wij langzaam langs hen defileerden. Dwars op de berm stond een truck met oplegger, zelf in twee verdiepingen volgeladen met nieuwe autoxe2x80x99s. Daar waren zij onder gekropen, alsof zij ergens bang voor waren. Exc3xa9n moment zag ik ze allebei zitten in hun opengescheurde wagen: voorover, in slaap, terwijl de reusachtige motor hun hele lichaam opvulde, van hun schoot tot hun kin: – zij hadden zichzelf ingehaald.

Harry Mulisch, Twee vrouwen, pagina 100.

Maar dat jezelf inhalen komt later in het boek nog een keer voor.

Een boek las ik: de brieven van Abxc3xa9lard en Hxc3xa9loise.

Harry Mulisch, Twee vrouwen, pagina 102.

Weer een verwijzing naar een klassiek verhaal.
Dit keer niet zo ver terug in de geschiedenis (rond 1118).
Maar weer een soort xe2x80x98onmogelijke liefdexe2x80x99.

Alleen al de zekerheid, dat zij zo dadelijk hier zou zijn, waarvoor het ook was, gaf een horizon aan mijn bestaan xe2x80x93 zoals bij een ruimtevaarder, die uit de grenzeloosheid terugkeert in de dampkring.

Harry Mulisch, Twee vrouwen, pagina 105.

Toen zij niet antwoordde, ging ik naar mijn schrijftafel en haalde haar paspoort er uit. Ik sloeg het even open om naar haar foto te kijken: een veel jonger meisje. Het leek meer op het meisje, dat ik een half jaar geleden had ontmoet, dan op het meisje dat nu in mijn kamer stond. Ik zag plotseling hoe zij was veranderd: iets ronds en donzig was uit haar gezicht verdwenen, het was harder geworden, vrouwelijker.

Harry Mulisch, Twee vrouwen, pagina 108.

En nu herinnerde ik het mij opeens: bij Runge, een romantisch Duits schilder van rond 1800, in zijn tekeningen Die Tageszeiten.

Harry Mulisch, Twee vrouwen, pagina 109.


Philip Otto Runge, De morgen, 1803.


Philip Otto Runge, De dag, 1803.


Philip Otto Runge, De avond, 1803.


Philip Otto Runge, De nacht, 1803.


Philipp Otto Runge, Morgen.

Ik reed over de weg, zoals ik nu al urenlang deed, -en plotseling klapte er iets om en ik stond stil, terwijl het op hetzelfde moment de weg was die onder mij vandaan werd getrokken met een vaart van honderddertig kilometer per uur. Geschrokken omklemde ik het stuur, mijn ogen op de onder mij wegsnellende weg. Ik begon te zweten, ik probeerde de wagen er op te houden, ik moest remmen maar ik kon de weg niet loslaten om in het spiegeltje te kijken. Voorzichtig minderde ik snelheid, dat wil zeggen die van de weg, en stuurde de vluchtstrook naar mij toe, terwijl ik gepasseerd werd door woedend toeterende automobilisten.

De aarde stond stil. xe2x80xa6
xe2x80xa6 Ik kon hier niet blijven. Ik startte, gaf voorzichtig gas, en langzaam zette de aarde zich weer onder mijn wielen in beweging. Ik liet de knipperlichten aan en zorgde dat de vluchtstrook onder mij bleef; zijn snelheid hield ik onder de vijftig kilometer.

Harry Mulisch, Twee vrouwen, pagina 110.

Ik vind dit een heel mooi fragment.
Mulisch draait hier de dingen om.
Het is niet de auto die snelheid maakt.
Het is de weg die de snelheid maakt.

In een winkel in de Spiegelstraat werd ik getroffen door een plaatwerk van Gustave Moreau en ik kocht het.

Harry Mulisch, Twee vrouwen, pagina 117.


Gustave Moreau, Salome dancing before Herod, 1876.

In het boek gaat het om Salome.
Deze figuur is door Moreau meerdere malen geschilderd.
Steeds gaat het in die schilderijen om ‘de verleiding’.

Zij was zwanger. Zij had gevraagd of ik een kind van haar wilde hebben, ik had ja gezegd, en zij had er voor gezorgd langs een meedogenloze omweg, – op een manier, die ik tot nu toe alleen kende uit de politiek.

Harry Mulisch, Twee vrouwen, pagina 123.

Scheef aan een spijker hing een ingelijste reproductie van De oude Koning van Rouault, die in Alfreds studeerkamer boven de schoorsteen had gehangen.

Harry Mulisch, Twee vrouwen, pagina 125.


Rouault, The old King, 1937.

De werkkamer wordt de kinderkamer,
de werkkamer wordt verplaatst naar de zolder.
Op zolder was het een bende met spullen van haar vader en haar moeder.
Waarom hangt nu juist daar dit schilderij ?
Is Alfred de oude koning?

Lingueglietta is de plaats waar het boek eindigt.
Niet Nice waar de moeder van Laura haar laatste jaren had doorgebracht.

Volgens de tekst:

In de kamer achter de mijne scharrelt de oude dame, tegenover mij staat het pausenlijk paleis: loodrecht onder mijn raam gaapt het gat als een wachtend graf.
Ik kan eerder beneden zijn dan de echo van mijn schreeuw terug is van het paleis.

Lingueglietta, mei-juni 1975


Nu er is in Lingueglietta geen pauselijk paleis.
Een korte speurtocht op het intenet levert Rome, Avignon, Viterbo,
Castel Gandolfo en Orvieto op.
Maar niet Lingueglietta.
Bovendien: de plaats ligt in Italie.
Zo’n 80 kilometer van Nice vandaan.
Voorbij Nice wel te verstaan.